Hoewel er veel te verbeteren valt, is er ook positief nieuws over de staat van het ict-onderwijs. Dit concluderen de deelnemers aan een discussie over de kwaliteit van het Nederlandse onderwijs.
Zet vertegenwoordigers van een school, een netwerkleverancier, een netwerkdienstverlener en een op innovatie gericht medialab bij elkaar aan tafel en je krijgt vier verschillende meningen over het niveau van het Nederlandse ict-onderwijs. Marleen Stikker, oprichter en directeur van de Waag Society, David Bradshaw van Cisco, Hans Appel van het Hanze Institute of Technology en Roel Rexwinkel van SURFnet delen hun visie.
Met name Stikker en Appel vinden dat er veel verbeterd kan worden aan het Nederlandse systeem. Volgens Stikker, die met de Waag Society op een creatieve manier technologie inzet om te innoveren in het onderwijs, blijft veel talent onbenut, omdat het onderwijs niet optimaal is ingericht. "Jongeren worden ééndimensionaal opgeleid. Er zou veel meer interactie tussen verschillende disciplines moeten zijn", vindt zij. Appel bespeurt tijdens zijn lessen als Lector Computer Science & Sensor Technology vooral een gebrek aan kennis. "Veel studenten missen basiskennis waneer zij bij ons aan een opleiding beginnen."
Kenniseconomie
Volgens Rexwinkel van SURFnet, dat netwerkdiensten levert aan instellingen die zich richten op wetenschappelijk onderzoek en hoger onderwijs, valt het echter allemaal wel mee en ligt het onderwijsniveau niet zo laag. Nederland biedt volgens hem oneindig veel mogelijkheden voor jong ict-talent.
Alle voorwaarden voor een innovatief klimaat zijn inderdaad aanwezig, vindt ook Bradshaw: "Nederland heeft de ambitie om de sterkste kenniseconomie ter wereld te worden. Op de World Economic Growth Index staat Nederland op nummer acht. Dit betekent dat er slechts zeven landen zijn die het beter doen dan wij! Op diezelfde ranglijst staan wij in de categorie 'technology readiness' op nummer één. Wat betreft ict-infrastructuur lopen wij ver voor op andere landen, dat geeft ons een sterke concurrentiepositie."
Sponsoren
Rexwinkel denkt dat de het vooral van belang is om vooraan te blijven lopen. "Het onderwijs in Nederland staat internationaal nog steeds hoog aangeschreven, maar stilstaan betekent achteruitgang, dus we moeten scherp blijven en innovatie stimuleren."
Alle deelnemers hebben wel ideeën hoe het ict-onderwijs naar een hoger niveau te tillen. Volgens Appel klopt het financieringsmodel van het Nederlandse onderwijs niet. "Nederlandse ondernemingen zouden zich wel wat meer mogen inzetten voor de publieke zaak door een bijdrage aan het onderwijs te leveren", vindt hij. "Dit hoeft niet direct iets op te leveren. In Amerika is het heel normaal dat bedrijven scholen sponsoren. In Nederland heerst een typische handelsgeest, bedrijven willen wel iets terugzien van hun investering. Maar dat Sun Microsystems ons instituut sponsort, betekent echt niet dat er overal op school posters hangen van Sun of dat studenten speciale 'Sun'-lessen krijgen."
Nerd
David Bradshaw is het met Appel eens. "Vanuit de Cisco Academy bieden wij ROC's lespakketten aan. Bijna alle scholen maken hiervan gebruik. Daar hebben wij niet direct iets aan, want de ROC-leerlingen zijn na hun studie vrij om te gaan werken waar zij willen. Maar hebben jullie ooit een Cisco-vlag bij een ROC zien hangen? Wij denken echter dat kennisdeling een voorwaarde is voor innovatie."
Maar het is ook heel belangrijk dat ict een beter imago krijgt, vinden de deelnemers. De campagne van ICT~Office helpt daar echter niet bij. Stikker denkt dat jongeren het door de gekozen rolmodellen moeilijk vinden zich te identificeren met ict. "Nerd zijn, moet leuk zijn. Laat meesterhacker Rop Gonggrijp jongeren stimuleren de ict in te gaan. Of Jeroen Hofs. Die ontwikkelt software voor VJ's. Dat interesseert jongeren."
En hoewel er nog veel meer verbeteringen denkbaar zijn, en besproken worden, is er ook wel wat positiefs te melden. "We klagen wel, maar er is genoeg om trots op te zijn", lacht Stikker. Ook Rexwinkel is overwegend positief. "Maar het kan altijd beter natuurlijk."