Organisaties kunnen wel de wens hebben alleen open source software te gebruiken, maar dat is niet mogelijk. Sommige applicaties draaien alleen maar op Windows, waardoor toch een hybride ict-omgeving nodig is.
Het is voor een bedrijf niet makkelijk om helemaal over te stappen op open source software. Dat bleek weer op dinsdag 28 oktober tijdens de opensourceconferentie in de Westergasfabriek te Amsterdam. Een groot deel van de bedrijfsapplicaties werkt niet op een ander besturingssysteem dan Microsoft Windows.
Veel van de applicaties die alleen werken op Windows zijn niche-applicaties, geschreven voor een kleine groep gebruikers. Tonny Lievers, senior hard- en softwareconsultant bij de gemeente Enschede, geeft het voorbeeld van de software Kikker. Dit programma wordt door ongeveer veertig gemeenten gebruikt voor het bewaren en organiseren van beelden die zijn gemaakt in het riool. "De software is gemaakt door één man. Ik weet niet of hij een softwareversie voor Linux gaat maken. Zoniet, dan moeten we dat zelf doen."
Niet op Linux
Ook Koos Werkman, apotheker bij de apotheek Tholen, kent het probleem dat niet alles draait op Linux. Hij heeft het hele serverpark op Linux draaien, maar voor de clients is dat niet mogelijk. Het systeem voor declaraties aan de zorgverzekeraar draait niet op een ander systeem dan Windows. "En gisteren ontving ik nog een bestand dat alleen te openen is met Excel."
Ook de SNS Bank, waarvan ict'er Emiel van Doorn sprak op de opensourceconferentie, gebruikt voor een groot deel van zijn ict-omgeving open source software. Toch draait daarnaast een infrastructuur gebaseerd op de IBM applicatieserver Websphere. De reden daarvoor is dat niet alle applicatieleveranciers ondersteuning bieden voor open source applicatieservers als JBoss, dat dan draait op Linux van Red Hat of Novell. Teammanager SNS IT Van Doorn: "We zeggen tegen klanten dat we 99,9 procent betrouwbaar zijn. Dat kun je niet zeggen als je geen ondersteuning hebt voor alle producten."