Op een dag bleek ik gepensioneerd te zijn, en ik wist totaal niet wat ik in de laatste twintig jaar had gedaan. Omdat ik toch niets te doen had, ging ik op de koffie bij Birgit, een voormalig stagiair van mij.
Zij was inmiddels cio bij een middelgrote onderneming. Ik vroeg haar naar de belangrijkste ontwikkelingen van de laatste jaren, bijvoorbeeld hoe er tegenwoordig elektronisch gecommuniceerd wordt.
"Gewoon, per e-mail", zei ze. "Het is snel, goedkoop, betrouwbaar en je hoeft er niet meteen op te reageren. Internetchatten wordt bij ons op kantoor trouwens officieel ontmoedigd."
"Maar hoe zit het dan met spam?", vroeg ik verbaasd. "We kwamen om in de spam, terwijl heel veel mail ten onrechte in de spambox bleef hangen."
"Nogal logisch," zei Birgit, "jullie probeerden nog mail van de hele wereld te accepteren. Dat doen we al lang niet meer. Nee, als je nu met ons wilt mailen moet je werken bij een van onze zakenpartners of lid zijn van een van de social networking sites waar we contracten mee hebben. Momenteel zijn dat MyFace, PlaxedIn, GoogleSAP en I-me. Anders wordt je mail gewoon afgeserveerd, met een auto-reply."
"Maar," stamelde ik, "hoe zit het dan met open communicatie, het internet-ideaal?"
"Kijk,", legde ze me uit, "alle zinvolle communicatie vergt een zekere hoeveelheid vertrouwen. De social networking sites zorgen ervoor dat er geen spambots op hun netwerk zitten, zo niet dan zeggen we hun contract op. Omgekeerd kunnen zij dan veilig onze mail naar hun leden afleveren. Ook de meeste internetproviders werken al lang zo. Dat heeft e-mail gered."
"Tjonge," zei ik, "dat het goede oude e-mail nog bestaat. Ik weet nog dat ik aan het eind van het eerste decennium aan e-mailprojecten werkte. De jonge garde noemde dat toen smalend ‘bejaardenchat'."
"Ja, ja", lachte Birgit, "ook die hippe internetgeneratie is op leeftijd gekomen. Weet je wat hun slogan was rond het jaar 2021, bij het vijftigjarig bestaan van e-mail? Bejaardenchat RuleZ!"
Peter van Eijk is onafhankelijk adviseur (http://www.digitalinfrastructures.nl/).