Het NFI (Nederlands Forensisch Instituut) neemt een omvangrijk RFID-systeem in gebruik voor al het sporenmateriaal in forensisch onderzoek. Deze geavanceerde implementatie is uitgevoerd door Atos Origin.
De diverse onderzoeksobjecten bij het NFI (Nederlands Forensisch Instituut) krijgen elk een rfid-tag (radio frequency identification). Het te onderzoeken sporenmateriaal wordt daarmee opgenomen in een uitgebreid systeem voor tracking&tracing. Het NFI houdt daarmee bij waar welk stuk sporenmateriaal is, wat het is, en bij welk onderzoek het hoort.
Wie, hoe lang en waar
Het NFI is het eerste Europese forensisch laboratorium dat een dergelijk ict-systeem in gebruik neemt. Het hoofddoel is 'de keten van bezit', de zogeheten chain of custody, te garanderen voor sporenmateriaal. Dus wie binnen het NFI heeft welk materiaal hoe lang onder zijn of haar hoede gehad.
Dit project is opgezet mede naar aanleiding van de Schiedammer Parkmoord. In die zaak uit 2000 is door justitiële fouten een onschuldige veroordeeld, die vier jaar heeft vastgezeten. Dit is uiteindelijk aan het licht gekomen door de bekentenis van de ware dader. Zijn DNA bleek ook overeen te komen met DNA-sporen op de plaats delict.
De complexe rfid-implementatie is gedaan door Atos Origin. Het track&trace-systeem wordt vandaag in gebruik genomen. Minister Hirsch Ballin verzorgt de officiële opening bij het NFI in Den Haag.
Nu maar hopen dat de RFid als extra ingezet wordt om de boel wat makkelijker te kunnen traceren en dus niet dat het het enige label is wat er op de verschillende sporen komt te zitten.
Leesfouten zijn heel erg zeldzaam bij RFid en ook nog eens zeer makkelijk te detecteren doordat er ruimte zat is voor een checksum, maar die chips kunnen wel onleesbaar worden.
Daarnaast is het te hopen dat deze technische stap puur en alleen bedoeld is om efficienter te kunnen werken en niet blindelings vertrouwd zal worden, wat je wel vaak ziet bij andere technische oplossingen.