Minister Klink heeft geen inzicht in de achterstand die ziekenhuizen hebben met de digitalisering van patiëntgegevens. Hij geeft daar ook geen prioriteit aan, hoewel dit probleem de succesvolle invoering van het EPD in de weg kan staan.
Minister Klink van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) heeft geen zicht op de achterstand in het digitaliseren van papieren dossiers bij ziekenhuizen. Ook zegt hij geen inzicht te hebben in de risico's voor patiënten die kunnen ontstaan door deze achterstand in de digitalisering. Bovendien is de WVS-minister ook niet van plan meer inzicht te krijgen in de omvang van die achterstand. De bewindsman geeft daar "geen prioriteit aan".
‘Geen prioriteit’
Dit blijkt uit kamervragen die PvdA-lid Vermeij stelde aan de VWS-minister naar aanleiding van het Computable-artikel ‘Kilometers dossiers bedreigen succes EPD'. Vermeij vroeg Klink: "Heeft u inzicht in de omvang van de achterstand in het digitaliseren van ziekenhuisdossiers en daarmee verband houdende risico's? Zo neen, bent u van plan om dit inzicht te verwerven?'. De minister antwoordde daarop: "Nee, daar geef ik geen prioriteit aan."
Op 1 september 2009 moeten huisartsen, apothekers en ziekenhuizen zijn aangesloten op het elektronisch patiënten dossier (EPD). Vooral de ziekenhuizen lopen achter met de digitalisering van papieren patiëntendossiers. Daardoor kan de uitwisseling van medische gegevens tussen zorgverleners onvolledig zijn.
Redenen achterstand
In het Computable-artikel geeft Paul Nanninga, sales director van document-management leverancier Ricoh Nederland een aantal redenen voor de achterstanden in de digitalisering van dossiers bij ziekenhuizen. De ziekenhuizen lopen volgens hem achter doordat: "igitalisering geen prioriteit heeft voor ziekenhuizen doordat het geen acuut medisch probleem is."
Nanninga schrijft verder: "Bovendien worden veel patiëntdossiers niet actief gebruikt en leiden zogezegd 'een slapend bestaan'. Ziekenhuizen zijn namelijk wettelijk verplicht dossiers vijftien jaar in hun archief te bewaren. Voor operatieverslagen geldt zelfs 115 jaar."
Ook technische oorzaken
Er zijn volgens Nanninga ook technische redenen voor de achterstand. "Instellingen moeten er bijvoorbeeld deugdelijke database management systemen (dms) en enterprise resource planning-systemen (erp) op na gaan houden die alle informatie kunnen herbergen. Kleine ziekenhuizen beheren nu ongeveer twee terabyte aan data. Bij academische ziekenhuizen is al snel sprake van ongeveer zeven terabyte aan data. Als daar het archief in digitale vorm ook nog eens bijkomt, gaan deze getallen flink de hoogte in."
Daarnaast ziet hij organisatorische redenen voor de achterstand. "Als tijdens verhuizingen of reorganisaties blijkt dat het kilometers lange archief onhandig is en wel erg veel ruimte in beslag neemt, digitaliseren ziekenhuizen gegevens. Helaas ligt aan de aanpak hiervan niet in alle gevallen een duidelijke visie ten grondslag. Ziekenhuizen digitaliseren patiëntendossiers vaker door ruimtegebrek, dan dat men dit doet om patiënteninformatie makkelijker uit te wisselen en kansen op medische fouten te verminderen."
De problemen met de invoering van een EPD zijn voor ziekenhuizen drieledig:
1. Nieuwe patienten krijgen geen papieren dossier meer maar worden direct in een EPD opgeslagen wanneer dat er is. Echter wanneer patienten uit een ander ziekenhuis komen met een papieren dossier moet dit dossier eerst gedigitaliseerd worden. Dit kost tijd dus wordt met het papieren dossier doorgewerkt. Dat dan uiteindelijk nog wel gedigitaliseerd moet worden. Men blijft dus achter het probleem aanlopen.
2. De oude dossiers moeten gedigitaliseerd worden. In het Erasmus MC in Rotterdam gaat het op 17 kilometer dossiers. You do the math.
3. Elk ziekenhuis is zijn eigen EPD te ontwikkelen (met vaak ook nog verschillende sub dossiers zoals een Verloskundig Dossier, EVD). Artsen en apotheken hebben in veel gevallen off the shelf EPD software. Maar al deze verschillende EPD’s moeten straks wel interoperabel zijn, zij moeten gegevens kunnen uitwisselen. Wanneer het ene EPD in Delphi en de ander in .NET is geschreven worden al die interfaces ingewikkeld. Er is geen standaard voor EPD’s omdat alle ziekenhuizen, verassend genoeg, andere specificatieseisen.
Tijdswinst, efficiency en minimaliseren van risico?s zijn belangrijke aandachtsgebieden in de ziekenhuiswereld.Het digitaliseren van patientendossiers is een onderdeel hiervan. Maar ook het “digitaliseren” van de patientenzorg is belangrijk. Juist om de aandacht voor de patient specifieker,persoonlijker en betrouwbaarder te maken.
Voorbeelden van deze “digitalisering” zijn de polsbandjes en de ponskaartjes,de middelen voor pati?ntenidentificatie van dit moment. Bij een ponskaartjes wordt een kostbare reliefdrukker(embosser) gebruikt. Dit maakt de productie van ponskaartjes duur, maar ook het risico van fouten bij het lezen van een afdruk van de ponskaart op een document is groot. Het is een antiek kopieerproces, waarbij de ponskaart het origineel is. Bij stof of beschadiging van de ponskaart is ieder document met een afdruk van de ponskaart onleesbaar en in het ergste geval kunnen pati?nten verwisseld worden. Bij creditcards is deze techniek jaren geleden afgeschaft; nu wordt een elektronische afdruk gemaakt via de chip of magneetstrip.
Een beter alternatief voor de ponskaart is het printen van een label met het patientennummer in de vorm van een barcode. De labels zijn voordelig te produceren en te reproduceren. De barcode is bovendien uniek en zeer eenvoudig en efficient te lezen. Extra labels kunnen eenvoudig worden geprint voor de diverse formulieren van de verschillende afdelingen. Een eenduidig, efficient en voordelige toepassing van het digitaliseren van de patientenzorg.
Bij opname in het ziekenhuis is het polsbandje noodzakelijk. In veel ziekenhuizen worden de gegevens nog met pen overgenomen op de polsband. Uiteraard met alle risico’s van onduidelijk handschrift tot foutieve informatie. Ook hierbij geldt dat het digitaal printen van de polsband, eventueel voorzien van een barcode, een veel efficientere oplossing is.
Er kan bij beide toepassingen gebruik gemaakt worden van het bestaande ziekenhuis informatiesysteem, waarbij alleen de relevante gegevens worden afgedrukt op de polsband of ponskaart. Deze werkwijze van digitaliseren kan zeer snel worden geimplementeerd en biedt tijdswinst ten gunste van de patient, met minder risico op fouten. Uiteraard kan als het dossier ook nog gedigitaliseerd is, met een eenvoudige barcodescan het juiste dossier bij de juiste patient worden gevonden. Het digitaliseren van het patientendossier is een belangrijke stap, maar het identificeren van de patient op een unieke, eenduidige manier moet hieraan voorafgaan.