De mobiele telefoon wordt een knooppunt voor televisiediensten. Deze convergentie gebeurt op basis van internetstandaarden. En overheid en mediabedrijven bepalen niet langer de inhoud van de diensten, maar de markt. Zo luiden de belangrijkste conclusies van het Europees-Chinese onderzoeksproject RoadiBrom.
Roadmapping Digital Broadcasting / Mobile Convergence (RoadiBrom) is een onderzoeksproject dat een jaar geleden is opgezet door de Europese Unie (EU). Het doel van het project is om blauwdrukken op te stellen voor de ontwikkeling van mobiele televisie tot 2015. Deze concepten moeten de basis vormen waarop de EU toekomstige onderzoeksprogramma's uitschrijft.
Aan het RoadiBrom-project doen onderzoekspartners en ondernemingen uit Europa én China mee. Projectcoördinator Bernhard Katzy, hoogleraar technologie en innovatiemanagement aan de Universiteit Leiden, vertelt waarom de samenwerking met China is aangegaan: "Alle technologie komt straks daar vandaan. Als Europa een rol wil blijven spelen op het gebied van mobiele communicatie, zal de samenwerking met China op onderzoeksgebied verbeterd moeten worden."
Drie trends
Deze samenwerking vormde voor Philips een belangrijke reden mee te doen aan het project. Arthur Weyns, vice-president global affairs van de divisie Consumer Lifestyle: "Wij willen graag weten hoe de Chinezen denken over toekomstige ontwikkelingen op het gebied van mobiele televisie en wat eindgebruikers verwachten." Volgens Weyns was de bereidheid tot samenwerking groot: "De Chinezen hebben het gevoel dat samenwerking het wederzijdse belang dient."
In het onderzoeksproject is een visie voor mobiele televisie in 2015 opgesteld. Vervolgens is er gekeken naar hoe de kloof tussen de huidige en de voorspelde situatie valt te overbruggen. Op basis daarvan is een 'roadmap' opgesteld met onderzoeksvragen. Els van de Kar, die namens AnyWi, aanbieder van mobiele communicatieoplossingen, deelnam aan RoadiBrom, vertelt dat er voor 2015 drie belangrijke trends op het gebied van mobiele televisie zijn geïdentificeerd: integratie, disintermediatie, en deregulatie.
Integratie en waardeketen
De eerste trend is de integratie van mobiele telefoon, televisie en internet. Dit betekent dat straks elk kanaal toegang geeft tot dezelfde informatie. Daarbij zal de mobiele telefoon centraal staan. Volgens Van de Kar maakt het dan niet meer uit via welk netwerk diensten worden aangeboden: "Alles gebeurt op basis van het Internet Protocol (IP)." Toch vindt er dit moment nog een strijd plaats om de dominante standaard op het gebied van mobiele televisie (zie kader).
Als tweede trend is onderkend dat tussenpartijen die nu nog opereren tussen consument en producent van diensten, zoals de omroepen, veelal zullen verdwijnen (disintermediatie). Van de Kar verwacht dat in plaats daarvan de markt zal bepalen welke programma's worden ontwikkeld en uitgezonden. Weyns meent dat dit de trend is die de toekomst van mobiele televisie het meest zal beïnvloeden: "De belangrijkste vraag is: wat wil die consument nu eigenlijk?" Hij verbaasde zich erover dat de Chinezen het hiermee eens waren: "Wij dachten dat zij zich nog veel meer met technische vragen bezighouden. Zij zijn echter ook tot de conclusie gekomen dat het om het aanbod van diensten draait."
Van de Kar viel de overeenstemming tussen Europa en China op dit punt ook op: "In dit RoadiBrom-project is bevestigd dat het in de toekomst bij mobiele televisie niet zozeer gaat om technologie, maar om de de ontwikkeling van informatie en programma's. Belangrijke vragen zijn: ‘hoe verandert de samenleving?' en ‘wat wil de klant?' Wat ik niet verwacht had, is dat er nauwelijks inhoudelijk verschil is tussen Europa en China. Jongeren willen hetzelfde soort diensten ontvangen."
Distributie
De derde trend is deregulatie van het videodistributiekanaal. Op dit moment reguleren overheden het televisielandschap. Zo wordt bijvoorbeeld voor publieke zenders bepaald welke soorten programma's uitgezonden dienen te worden. Verwacht wordt dat de markt in de toekomst bepaalt welke diensten worden ontwikkeld, en dat de regulatie wegvalt. Op het gebied van toezicht op de inhoud is er wel een opmerkelijk verschil tussen de houding van Europa en China. "De Chinezen zijn er van overtuigd dat je nooit ongemodereerde inhoud moet uitzenden. Volgens hen moet er altijd een betrouwbare partij toezicht blijven houden," vertelt Van de Kar. Weyns: "Zij hebben er een raar gevoel over dat de burger nu ook journalist kan zijn. Zij vinden het erg belangrijk dat er controle op de inhoud van diensten is, terwijl wij dit veel meer aan de markt overlaten."
Toch meent Katzy dat de tijd rijp is voor een wereld waarin altijd en overal dezelfde programma's kunnen worden bekeken op de mobiel: "De consument wil dit en zorgt er voor dat alles via internet beschikbaar is via Skype- en YouTube-achtige concepten die buiten het traditionele televisiekanaal omgaan. Ook in China."
Standaardenoorlog
Wat wordt dé standaard voor mobiele televisie? Deze strijd woedt aan twee fronten. Aan de ene kant strijden telecom- en televisiewereld om de dominante technologie. Binnen de telecomwereld wordt de High-Speed Packet Access (Hspa) doorontwikkeld tot Long Term Evolution (LTE) over het derde generatie (3G) mobiele netwerk. Ericsson is hier bijvoorbeeld mee bezig, zo staat op hun website. De belangrijkste televisiestandaard is Digital Video Broadcasting – Handheld (DVB-H). Deze wordt ondersteund door onder andere Philips, Nokia en Motorola, aldus Arthur Weyns.
Aan de andere kant promoten regio's elk hun eigen standaard. De Europese Commissie heeft in maart 2008 DVB-H aangewezen als voorkeursstandaard voor mobiele televisie. De Verenigde Staten promoten Forward Link Only (FLO) en Japan en Korea ontwikkelen ook elk hun eigen standaard, net als China. Volgens Weyns hebben deze beslissingen weinig te maken met technologische superioriteit; het is vooral een politieke en economische kwestie: "De keuze voor een standaard heeft vaak meer te maken met het beschermen van de eigen industrie en technologie."