Slechts veertien procent van de organisaties maakt gebruik van Information Lifecycle Management (ILM). Het belangrijkste argument om dat eventueel wel te gaan doen is om de beschikbaarheid van gegevens te verhogen.
Organisaties zijn nog weinig bezig met het beheren van de levenscyclus van bedrijfsinformatie. Slechts veertien procent van de organisaties maakt gebruik van Information Lifecycle Management (ILM). Bijna de helft van de organisaties (47,7%) doet dat niet, en 38,3 procent van de ict'ers weet niet in hoeverre hun organisatie ILM heeft doorgevoerd. Dat blijkt uit onderzoek van MarketCap in opdracht van Computable onder 321 bezoekers van de website van Computable.
Het verbeteren van de beschikbaarheid van informatie is het belangrijkste argument om ILM (eventueel wel) binnen de eigen organisatie door te voeren. In totaal bijna zestig procent (58%) van de respondenten wijst één van de volgende drie argumenten als belangrijkste argument aan voor de invoering van ILM: "verlagen van het risico op verminderde beschikbaarheid of verlies van informatie" (26%), "het vergroten van de effectiviteit van informatiebeschikbaarheid" (20%), of "menselijke fouten of interferenties willen verminderen" (12%).
ILM voor besparing op opslaginfrastructuur
Ook het beter benutten van de beschikbare opslagcapaciteit is een belangrijke reden om ILM te implementeren. In totaal bijna dertig procent (28,1%) van de respondenten wijst één van de volgende drie argumenten als belangrijkste argument aan voor de invoering van ILM: "lagere opslagkosten" (14,6%), "optimaliseren van de storage infrastructuur" (13,5%). Voor 9,4% is het "tegemoet komen aan de nieuwe wet- en regelgeving rond het bewaren van digitale gegevens" de belangrijkste reden voor de (eventuele) invoer van ILM.
Alhoewel de overgrote meerderheid (89,9%) van de organisaties ict-oplossingen heeft geïmplementeerd om de beschikbaarheid van bedrijfskritische informatie te waarborgen, heeft een kwart van de ict'ers (23,3%) in de afgelopen twee jaar te maken gehad met een situatie waarin kritieke informatie niet bijtijds beschikbaar was.
Multivendorstandaard
Het ontbreken van een multivendorstandaard voor ILM lijkt slechts in beperkte mate een hinderpaal te vormen voor het beheren van de levenscyclus van informatie. Ruim dertig procent (30,6%) van de respondenten staat neutraal tegenover de stelling "zolang er geen multivendorstandaard is, zal ILM niet van de grond komen." Twintig procent (20,1%) is het "deels" eens met deze stelling en 5,8 procent "volledig". Van alle respondenten heeft 35,4% geen mening, 3,6% is het met de stelling oneens en 4,4% is het er volledig mee oneens.
Meer informatie
Het volledige storage-onderzoek kun je bestellen door een mail te sturen aan info@marketcap.nl onder vermelding van "Storage-onderzoek Computable".
Door te innoveren en een slimme inzet van IT kan de toenemende vraag naar betrouwbare informatie van de organisatie het hoofd worden geboden. Maar wat doen we met alle informatie?
De veranderende trend naar markgerichte diensten leiden tot een fragmentatie in de bedrijfvoering. Door de gedrevenheid naar succes is ieder bedrijfsonderdeel zelf verantwoordelijk voor zijn toegevoegde waarde, waardoor veel autonome activiteiten en projecten worden ontplooid.
Door deze verzuiling wordt het beschikbaar stellen en veiligstellen van bedrijfskritische data een kostbare en ingewikkelde taak.
Organisatie moeten nu, samen met IT in actie komen om de toenemende groei van data, de beveiliging en het beheer hiervan te kunnen overzien. ILM is hier de juiste oplossing voor. Helaas zien we dat ondanks de grote bekendheid van het ILM concept nog weinig organisaties hiervoor kiezen. Omdat ILM een alles omvattende bedrijfsstrategie voor data management is, worden organisaties vaak met veel nieuwe dimensies geconfronteerd. Hierdoor zien ze wel in vage lijnen het nut van ILM, echter achten zij hun eigen organisatie te klein voor het invoeren van een dergelijk concept. Organisaties die ILM willen oppakken, maken IT verantwoordelijk om dit op te pakken. Echter zijn IT-organisaties zelf niet in staat het informatiebeleid van de organisaties te kunnen ontwerpen en in te vullen. Er is geen techniek die zelfstandig kan bepalen wat de waarde is van de data en welke levensloop deze moet doorgaan. De IT organisatie moet zich alleen richten op het beschikbaar stellen van middelen om de levensloop van data en de wensen en eisen vanuit de organisatie in te vullen.
Helaas zien we dat IT leveranciers ILM hoofdzakelijk gebruiken om aan te tonen dat zij een volwaardige storage leverancier zijn. Hierdoor blijft ILM de perfecte en noodzakelijke oplossing voor data management maar zal het helaas niet gebruikt worden.
Een organisatie met een focus op ILM moet dus juist elkaar helpen dit process zich te ontwikkelen en in te zien dat ILM meer is dan techniek en tiered storage. Door gezamenlijk, de organisatie en IT, de materie te laten begrijpen zal de toepasbaarheid en het effect van ILM resultaat hebben.
De conclusie: ILM zal zeker bijdragen tot een verlaging van kosten terwijl de kwaliteit van de informatie en dus de kwaliteit voor de individuele functionaliteiten wordt verhoogd, maar zal alleen slagen als het een als een organisatorisch en strategisch project wordt opgepakt.
Vincent van der Linden
Datamanagement adviseur Inter Access
ILM (=Its a Lot of Marketing) wordt helaas te vaak verward met DLM. DLM is wat door de diverse bedrijven geleverd wordt. Vaak doet men niet meer dan het verplaatsen van data naar een goedkopere tier. De oplossingen zijn meestal dermate beperkt dat het maar 1 richting op kan. In de praktijk (ervaring uit grote bedrijven) wordt bij implementatie data driftig ingedeeld naar geschikt of ongeschikt voor goedkope opslag. Draait het eenmaal dan kijkt niemand ernaar om. ILM betekent dat data automatisch naar de juiste tier gezet of gemigreerd wordt. De applicaties en klanten zijn hier nog niet aan toe. De echte specialisten die niet marketing technisch gelieerd zijn aan de leveranciers hebben in het verleden al aangegeven dat echte ILM nog jaren zou duren. Alleen in bepaalde verticale segmenten (zoals PACS oplossingen in ziekenhuizen) was zelfs voor de hype al ILM aanwezig.
Gert Brouwer leveranciers onafhankelijk adviseur Brouwer Storage Consultancy
ILM is een veelomvattende term waar oplossingen onder vallen van gelaagde (tiered) opslag in verschillende categorie?n tot complete documentstroom oplossingen.
Invoering van gelaagde opslag vindt bij veel van de grotere bedrijven plaats op dit moment. Dit soort oplossingen kan door de IT afdeling zelfstandig worden ingevoerd om kosten te besparen. Voorwaarde is voldoende schaalgrote om winst te kunnen halen uit het kostenvoordeel van de hardware ten opzichte van de iets verhoogde beheerinspanning en de beheersoftware. Maar bij een tiental Terabyte is dit al het snel het geval.
ILM voor archivering en documentstromen zijn initiatieven waarbij een veelvoud aan functies juist ook buiten IT betrokken zijn. In Nederland is de wet- en regelgeving op dit gebied veelal nog niet uitgekristalliseerd. Het zijn dus complexe trajecten, daardoor is de prioriteit voor dit soort trajecten bij veel bedrijven laag en staat invoering op een laag pitje.
Remko Westrik – Manager StorageWorks Hewlett-Packard Nederland
Een deel van de invoering van ILM heeft te maken met de acceptatiegraad van de uiteindelijk gebruikers van de informatie. Indien de acceptatiegraad laag is zal een besparing op storage geen directe reden kunnen zijn voor de invoering van ILM.
Kan het zo zijn dat virtualisatie van data een onderdeel van ILM wordt? Virtualisatie van storage betekent dat het voor de gebruiker van data niet zichtbaar is op welke tier de data opgeslagen is. Op deze manier kan data die veel gebruikt wordt op duurdere (en daardoor meestal snellere) opslagcapaciteit worden geplaatst. Data die minder kritisch of minder gebruikt wordt kan dan in de tier-chain zakken. Hiermee kan virtualisatie een onderdeel gaan vormen van het grotere geheel dat ILM inhoudt.
Dit zegende zal de invoering van ILM naar de toekomst toe zeker voordelen bieden. Data kan immers door een beter beheer en gebruik enorm in hoeveelheid worden vermindert.
Marcel Derksen – Manager Customer Services ion-ip
ILM is juist allang uitstekend van de grond gekomen: vrijwel iedere organisatie heeft immers al maatregelen genomen om de levenscyclus van de informatie te beheren. Van zo goed als alle data worden back-ups gemaakt, schijven worden met RAID-technologie beschermd tegen hardware uitval en het merendeel van de organisaties maakt gebruik van netwerkstorage oplossingen in de vorm van NAS en/of SAN.
Nu niet roepen dat dat geen ‘echte’ ILM oplossingen zijn, want dat zijn het wel. Uiteraard willen de partijen die belang hebben bij het ‘pimpen’ van het begrip ILM de nadruk leggen op dataclassificatie, tiered storage en integratie van meerdere technologieen om een zo homogeen mogelijk beheer van de informatiemassa mogelijk te maken.
En toegegeven: er zijn genoeg situaties waarin het voor organisaties interessant kan zijn om de opslag, verwerking en het bewaren van digitale gegevens op een hoger niveau te brengen. De grote toegevoegde waarde van ILM is, dat organisaties de beschikbaarheid en prestaties van hun datavolumes op hoog niveau kunnen inrichten, zonder dat zij direct met torenhoge kosten worden geconfronteerd. De besparingen van ILM, waarover zoveel wordt gesproken, liggen dan ook vooral in de toekomst: door intelligent met de aanwezige data om te gaan, kunnen organisaties hun gestelde doelen verwezenlijken binnen verantwoorde budgetten.
Dat laat onverlet het feit dat voor veel bedrijven en instellingen geavanceerd ILM niet haalbaar of relevant zal zijn: als de totale hoeveelheid data niet boven de 2 a 3 Terabyte uitkomt, is dataclassificatie naar verhouding al snel een kostbare excercitie, los van de technologische consequenties. Bovendien moeten organisaties zich realiseren dat ILM een actief proces is dat dagelijkse aandacht vereist. Ook de investering in arbeidsuren, en vooral ook het documenteren van de met ILM verbonden procedures op het gebied van data management, archivering en back-up moeten in de afweging worden meegenomen. als dan blijkt dat het niet duurder is om alle data op dure schijven te laten staan, moet men de complexiteit van ILM niet gaan opzoeken. Dat heeft dan weinig toegevoegde waarde.
Frank van der Lecq
Business development manager Bull Nederland
In computable van 9 mei wordt het als volgt samengevat:
Het verbeteren van beschikbaarheid van informatie is het belangrijkste argument om ilm (eventueel wel) binnen de eigen organisatie door te voeren. De drie belangrijkste redenen hiervoor zijn het verlagen van het risico op verminderde beschikbaarheid of verlies van informatie, het vergroten van de effectiviteit van informatiebeschikbaarheid en menselijke fouten of interferenties willen verminderen. Ilm wordt echter ook ingezet om op kosten te besparen en voor het optimaliseren van de opslaginfrastructuur. Ook het voldoen aan wet- en regelgeving wordt als reden gegeven om ilm te gaan implementeren.
Vervang ilm door ecm en het verhaal is ook waar. Zeker als je ook informatie door content vervangt.
Stelling: wat ILM voor gestructureerde data wil bereiken, doet ECM al decennia voor ongestructureerde informatie.