De ontwikkeling van het elektronisch patiëntdossier (epd) verloopt te traag, vindt de landelijke artsenorganisatie KNMG. Het kan volgens de dokters sneller en beter door het systeem regionaal in te voeren in plaats van meteen landelijk.
Om het elektronisch patiëntdossier (epd) snel te kunnen invoeren, moet het platform niet meteen landelijk worden ingevoerd. Dat is de boodschap die de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunde (KNMG) op zijn website heeft gezet. "Omdat de invoering aan alle landelijke normen moet voldoen en ook technisch goed in elkaar moet zitten, verloopt de invoering erg langzaam."
Regionale ontwikkelingen
Volgens de artsen is het een misvatting dat het epd direct landelijk moet worden ingevoerd. Dat proces duurt volgens hen veel te lang. Ze vinden dat bij de ontwikkeling van het epd daarom voorrang moet worden gegeven aan regionale ontwikkelingen en systemen "en van daar uit toewerken naar landelijke uniformiteit."
De artsen berekenden dat slechts 2 tot 5 procent van de dagelijkse gegevensuitwisseling landelijk is en dat de rest lokaal of regionaal plaatsvindt. "Dát is de dagelijkse realiteit in de zorg. En we moeten ervoor zorgen dat dit zo snel mogelijk langs elektronische weg mogelijk wordt. Dat komt de kwaliteit van zorg ten goede. We moeten dus niet wachten tot er landelijke applicaties zijn ontwikkeld, die in alle opzichten aan de landelijke vereisten en normen en technische specificaties voldoen."
VWS en NICTIZ
De organisatie roept het ministerie van volksgezondheid, welzijn en sport (VWS) en het Nationaal Instituut voor ict in de Zorg (Nictiz) op zich te richten op de ontwikkeling van standaarden voor uniformering van data-uitwisseling, privacyvereisten en beveiligingseisen. De regionale ict-netwerken zouden vervolgens primair moeten zorgen voor de applicaties die met behulp van de standaarden gegevens kunnen uitwisselen.
In enkele regio’s draaien momenteel pilots met onderdelen van het epd, zoals het elektronisch medicatiedossier en het waarneemdossier huisartsen. Omdat die systemen moeten voldoen aan alle landelijke normen, verloopt de invoering volgens de KNMG ‘erg langzaam’. Dit zou deels ook het gevolg zijn van technische problemen.
Stel je voor… je hebt een vervoermiddel nodig (een epd of zo). Dat doen we regionaal. A verzint een paard. B verzint een wagen. Een paard en wagen verzinnen is immers veel te lastig. Je moet dan aan allerlei eisen voldoen die regionaal niet (zo zwaar) tellen. Later (landelijk) doen we de los geconstrueerde onderdelen wel bij elkaar. Tja… dan blijkt dat je met zo’n combinatie de snelweg niet op mag en je hebt te beperken tot binnenweggetjes en zandpaadjes. Ook technisch gezien loopt het op landelijk niveau allemaal niet zo soepel. Enzovoort.
Wie essentiele (!) landelijke uniformiteit niet op voorhand – qua ontwerp dus – voorziet… en met constructie op maar alvast op regionaal niveau start… kan later naar beoogde integratie fluiten. Waarom? Omdat het ontwerpbereik niet verder reikte dan de enkele regio. Wie een landelijk epd wil, moet qua ontwerpbereik ten minste landelijk denken (liever nog wat ruimer). Wie daarna de constructie en invoering regionaal ter hand wil nemen… Een uitstekend idee!
Wie ontwerpendeweg niet verder kijkt dan een constructieneus lang is, verknoeit gemakkelijk veel geld. De ontwerpneus is beslist een fysiek andere neus dan de constructieneus. Het artikel gaat met dat wezenlijke verschil uitermate slordig om.
Dit is een uitstekende suggestie van de KNMG. Natuurlijk, het zal geen sinecure zijn om regionaal ontwikkelde EPD’s later weer landelijk te ontsluiten. Een landelijk initiatief kan echter niet rekenen op draagvlak en participatie van lokale en regionale partijen. Anders gezegd: start waar de energie zit en probeer niet om via overheidsregulering met een ’technology push’ partijen te forceren tot samenwerking. Uiteindelijk zal ook die weg wel slagen, maar we kunnen 95% tot 98% van de gegevensuitwisseling eerder en sneller realiseren door de regionale ontwikkeling te stimuleren.
@ Johan
En zo kan Getronics veel geld verdienen….
En KNMG, wanneer gaat u vaststellen wat u, als gebruikersvertegenwoordiging, wilt hebben? Dan wel in informatiekundige termen, niet in IT-termen natuurlijk. Is niet zo moeilijk. Maar iemand moet het wel doen, en u bent daarin, of u wilt of niet, leidend. Het is de enige manier om te voorkomen wat Jan van Til schildert en om het doembeeld dat Johan Sombekke toejuicht te voorkomen.