Service oriented architectures (soa’s) worden de laatste tijd geroemd (of geplugd) als een wondermiddel dat alle problemen met achterhaalde en onhandelbare it-systemen zou kunnen genezen. Volgens erp-aanbieder Unit 4 Agresso is dit optimisme echter verre van gerechtvaardigd. Soa’s kunnen erg nuttig zijn in het verbeteren van de efficiency van it, maar ze maken een organisatie niet automatisch flexibeler.
Een soa is in wezen een methode om softwareapplicaties samen te binden. Vroeger werden bedrijfsapplicaties vaak ontworpen als zelfstandige entiteiten, die op maat gemaakte interfaces nodig hadden om te communiceren met andere applicaties. Deze toepassingen namen echter steeds verder toe in aantal en in relevantie, wat weer hoofdpijn opleverde voor it-managers – met name degenen die werkten in een business living in change (BLINC).
Het soa-concept is ontwikkeld om dit probleem te verhelpen. In plaats van omvangrijke, op zichzelf staande applicaties, bevat een soa slechts relatief kleine stukjes informatie en software-functies (de zogeheten ‘services’) die met elkaar kunnen communiceren door middel van standaardprotocollen en interfaces. Nieuwe applicaties kunnen zo snel worden aangemaakt doordat benodigde services worden gebundeld, zonder de complexiteit die de traditionele benadering met zich meebracht.
Dit bleek ook uit een recent enquête van Information Week, waarin ‘flexibiliteit in applicatieontwikkeling’ de lijst aanvoerde van belangrijkste voordelen van soa-implementatie. Er is echter een grote valkuil: de integratievoordelen van een soa zijn redelijk nutteloos als de services zelf niet goed zijn ontworpen.
"Traditionele erp-aanbieders hebben de neiging om te veel nadruk te leggen op de mogelijke voordelen van service-oriented architectures", zegt Ton Dobbe, vice president product marketing van Unit 4 Agresso. "Het wordt verkocht als zijnde de heilige graal die de organisatie flexibeler zal maken. Maar zo lang de onderliggende systemen niet flexibel zijn, zal de soa dat ook niet zijn. Het beste wat je dan kan bereiken is een geweldige integratie van belabberde services."
Daar komt bij dat de implementatie van soa niet bepaald makkelijk is. 58 procent van de ondervraagden in een recent BearingPoint-onderzoek verklaarde dat soa in werkelijkheid meer complexiteit in de organisatie had gebracht dan dat het had opgelost. Dertig procent zei bovendien dat het meer kostte dan verwacht. Om dezelfde redenen kost het volledig herschrijven van een bestaande applicatie naar soa-componenten meestal enorm veel werk.
Om die reden zijn veel traditionele aanbieders overgegaan op het aanmaken van ‘wrappers’ – dunne soa-interfaces rondom de nog altijd rigide, oude applicaties. Diverse experts in de sector hebben dit fenomeen treffend omschreven als ‘de aap met de gouden ring’: het resultaat ziet er misschien wel beter uit, maar het onderliggende probleem blijft hetzelfde.
"Vergis je niet", vervolgt Dobbe, "traditionele erp-aanbieders zijn zich er volledig van bewust dat soa niet veel meer is dan een ingewikkelde (en dure) pleister op een wond die bijna onmogelijk te genezen is op het onderliggende niveau. Die wond is een armzalig datamodel, het resultaat van meerdere, van elkaar verschillende overnames die nooit fatsoenlijk zijn geïntegreerd."
"Er wordt nogal hard door erp-leiders geroepen dat soa-technologie een bedrijf flexibiliteit zal geven. Dat is niet zo. Ongeacht welke programmeertaal of webdiensten je gebruikt, soa levert niet meer of betere informatie of processen op maat, laat staan flexibiliteit na de implementatie. Het enige wat soa doet is combineren…, zowel de goede als de slechte dingen."