The Open Group Architecture Framework gaat dé architectuurstandaard worden, zo is de overtuiging van Tom van Sante. “Er zijn meer frameworks, maar alleen Togaf heeft oog voor de procesmatige kant van architectuur. Bovendien is het een open standaard, waardoor ook wij invloed kunnen uitoefenen.”
Tom van Sante is bij Getronics PinkRoccade verantwoordelijk voor de invoering van The Open Group Architecture Framework (Togaf). Ook is hij sinds kort bestuurslid van Togaf. Getronics PinkRoccade is ruim een jaar geleden speciaal lid geworden van The Open Group om te kunnen meediscussiëren over de architectuurstandaard. "Wij hameren er nu bijvoorbeeld op om met een boek vol praktijkvoorbeelden te komen van organisaties die Togaf hebben toegepast. Want daaraan bestaat grote behoefte. In 2008 moet dit gestalte krijgen", aldus Van Sante.
Samen met onder meer Janine Kemmeren, ‘enterprise architect’ bij Getronics PinkRoccade, heeft hij een boek (TOGAF The Open Group Architecture Framework, A Management Guide; Van Haren Publishing) over Togaf geschreven. Met als doel aan het algemeen management duidelijk te maken waar het om gaat, want juist het bedrijfsbelang moet de architectuur dicteren. Kemmeren vertelt dat haar bedrijf in het recente verleden altijd ‘March’ (Methodische aanpak Architectuur) gebruikte, maar dat juist de procesmatige nadruk van Togaf de doorslag heeft gegeven om voor dit framework te kiezen. "Bovendien is het een open standaard, dus is er geen harde binding meer tussen klant en leverancier. Niemand zit te wachten op een leveranciersafhankelijke situatie, een ‘vendor lock-in’. Overigens kunnen we MArch nog steeds gebruiken als een set hulpmiddelen binnen Togaf. Ze sluiten goed op elkaar aan."
Bouwkundige
Van Sante, die ooit als bouwkundige is afgestudeerd, maakt een vergelijking met de bouw om het verschil in architectuurbenadering te duiden. "Iemand die een huis ontwerpt, beschrijft vooral hoe het moet worden gebouwd en uit welke materialen. De meeste architectuurframeworks zitten op dat niveau: de beschrijving van een systeem. Maar wij beschouwen architectuur meer in de zin van het werk dat een bouwkundige nog meer verricht om dat ‘systeem’ te realiseren. Zonder het proces om van droom tot werkelijkheid te komen, heeft architectuur geen zin. Een enterprise architect geeft, vanuit de wensen van de bedrijfsvoering en vanuit wet- en regelgeving, aan welke randvoorwaarden er zijn. Hij begeleidt het proces om al die wensen en eisen boven tafel te krijgen en zorgt ervoor dat die worden nageleefd. Als de randvoorwaarden bekend zijn, dan kunnen anderen deelsystemen maken die passen binnen de architectuur."
Hij haalt een recente studie aan van Infosys, gebaseerd op gesprekken met hoger it-personeel, over de ontwikkeling van ‘enterprise architecture’. "Infosys meent dat ‘enterprise architecture’ in zijn volgende evolutionaire fase zich omvormt naar een middel om bedrijfsstrategieën te implementeren. EA krijgt een nieuwe definitie, waarbij zij losbreekt van haar IT-centrische rol en de interactie tussen alle eenheden en middelen binnen organisatie regisseert. Zij creëert waarde voor de organisatie door een goede samenwerking te regelen met bedrijfspartners en klanten. Ik kan me goed vinden in die waarneming. Het mooie van Togaf is dat het aangeeft hoe je dat dan moet doen."
Winkel open
Volgens Kemmeren hoeven klanten niet meer overtuigd te worden van het nut om onder een architectuur te werken. "Maar vaak weten ze niet waar ze moeten beginnen. Wij helpen nadenken over de hoofddoelstellingen van IT, over hoe je moet aanhaken aan de bedrijfsvisie. Je moet dat ’top down’ doen. En eigenlijk moet het initiatief vanuit de commercie komen; daar moet de discussie beginnen, daar moet de visie ontstaan." Zij geeft toe dat het een lastig traject is, omdat de winkel open moet blijven. "Organisaties hebben al heel veel systemen. Die moeten blijven draaien. Later kun je nagaan of zij passen binnen de blauwdruk die je gaat ontwikkelen."
Recente ontwikkelingen als een ‘service oriented architecture’ (soa) en ‘software as a service’ (saa) kunnen een uitwerking zijn binnen de ‘enterprise architectuur’. Zij vertelt wel dat deze methoden, evenals ‘business process management’ (bpm) en ‘business intelligence (bi) een aanjager zijn om de architectuurdiscussie eens goed te voeren binnen organisaties.
Andere manier van denken
De Nederlandse Overheid Referentie Architectuur (Nora) – in wording – beschrijft de referentiearchitectuur voor de elektronische overheid. Van Sante haalt Nora aan om aan te geven dat Togaf hier kan helpen de volgende stap te zetten. "Nora blijft ook nog steken in het beschrijvingsproces. Zij beschrijft de wenselijke situatie, maar daarmee ben je er niet. Je moet ook weten hoe je die wenselijke situatie bereikt, welke processen daarvoor nodig zijn, hoe je die kunt borgen. Dat kan met Togaf", aldus Van Sante. Hij vertelt dat het framework een andere manier van denken vergt bij de architecten: niet meer vanuit de technologie, maar juist vanuit de bedrijfsdoelstellingen, en niet meer vanuit een statische ontwerpsituatie, maar vanuit een constant proces.
The Open Group werkt op dit moment aan een nieuwe versie (8.1.1) van Togaf, waarin bijvoorbeeld een aantal referentiemodellen wordt vernieuwd en uitgebreid. In het model ontbreekt nog een volwassenheidsschaal. Getronics PinkRoccade bespreekt in de discussiegroepen de mogelijkheden om die in te brengen.
Programma van eisen
Tijdens het gesprek halen Tom van Sante en Janine Kemmeren steeds de grafiek tevoorschijn waarin de fasen van de architectuurontwikkelmethode zijn beschreven. De eerste vier zijn ‘architectuurvisie’, ‘business architectuur’, ‘informatiesystemen architectuur’ en ‘technologiearchitectuur’. "Dat zijn de beschrijvingen. Ook Nora komt niet verder dan dat", verklaart Van Sante. Togaf beschrijft nog meer fases: ‘kansen en oplossingen’, ‘migratieplanning’, ‘implementatie en beheer’, ‘management van veranderingen in architectuur’. Al deze onderdelen cirkelen rond de bol met ‘requirements management’ (beheer van het programma van eisen). In het geheel is de Deming-cirkel (over de invulling van een kwaliteitssysteem) opgenomen, zodat de processen steeds worden geëvalueerd en, indien nodig, aangepast.