Ict’ers hebben last van outsourcing. De vakbonden merken dat outsourcing vaak in onderhandelingen opduikt. Soms wordt er gedreigd de werkzaamheden uit te besteden als de salariseisen volgens de werkgever te hoog zijn. Dienstverleners zelf willen het salaris relatief laag houden om kosten te besparen. Zo kunnen ze lage tarieven aanbieden om outsourcingsdeals binnen te halen.
Ict’ers weten het al een tijd. Hun salarisgroei wordt gedrukt door outsourcing. Uit onderzoek blijkt dat kostenbesparing niet de belangrijkste aanleiding voor outsourcing is. Maar ict’ers in India, China of Suriname verdienen nu eenmaal fors minder dan een ict’er in Nederland. Dat betekent dat Nederlandse ict’ers hun hogere salaris wel moeten terugverdienen.
Nederlandse ict’ers hebben als meerwaarde dat zij in het Nederlands met de klant kunnen overleggen. Ook zijn zij op de hoogte van de Nederlandse bedrijfscultuur. Bovendien zitten zij bij de klant om de hoek, dat helpt. Maar verder hebben zij weinig meerwaarde boven hun collega’s in het buitenland. Ook een Indiër kan overweg met de programmeertaal Java. Een Surinaamse helpdeskmedewerker spreekt ook Nederlands, zij het met een accent. Maar hij begrijpt de problemen en kan die ook op afstand oplossen.
Bedreiging
Niet alleen uitbesteding in het buitenland bedreigt de positie van de Nederlandse ict’er. Ook binnen Nederland wordt uitbesteed. Hoewel een Europese wet bepaalt dat werknemers moeten meeverhuizen met het werk en vakbonden zich hardmaken voor het behoud van arbeidsvoorwaarden, zijn ict’ers toch vaak bang voor outsourcing.
Voor een werkgever staat het levensgeluk van de ict’er niet voorop. Dat een werknemer ’s ochtends opeens een uur langer in de auto zit, maakt hem niet uit. Dat de ict’er ander werk moet doen, voor andere klanten, zal hem worst zijn. Die onrust onder personeel leidt telkens weer tot berichten in kranten, weekbladen en de vakpers. Geen wonder dat het imago van uitbesteding slecht is.