De muis is al sinds de jaren tachtig een cruciaal hulpmiddel om een computer te besturen. Toch hebben zich alternatieven aangediend die op een snellere en intuïtievere manier de computer bedienen. Gaan we in de toekomst dan toch ‘muizen’ met onze ogen of volledige hand?
De hedendaagse muis is maar weinig geëvolueerd ten opzichte van het eerste model met één knop, dat Xerox begin jaren tachtig met de Star-computer meeleverde. Met de komst van de personal computer nam het aantal knoppen toe en werd ook het scrollwiel toegevoegd. Een recente uitbreiding op het scrollwiel was het kantelwieltje, waarmee naar links en rechts kan worden gescrolld, en in- en uitgezoomd. De voor vuil en stof gevoelige muisbal kreeg een optische equivalent.
3D en gebaren
Logitech heeft recent met de Air Mouse een nieuwe dimensie toegevoegd aan het apparaat: een muis, die zowel op een bureau als in het luchtledige functioneert. De muis werkt in grote lijnen hetzelfde als de afstandsbediening van een televisie. Om navigatie in de lucht mogelijk te maken, combineert het apparaat bewegingstechniek, gebarencommando’s en draadloze technologie. Bij het gebruik in de lucht rusten de vingers van de gebruiker onder de muis en bedient de duim de knoppen. De technieken die gebruikt worden bij de Air Mouse zijn al een tijdje bekend in de gamingwereld, met de Nintendo Wii als bekendste voorbeeld.
De Air Mouse toont aan dat de ontwikkeling van de muis niet stil staat, zegt Glenn Rogers, business manager muizen van Logitech. “Hoewel het apparaat uiterlijk weinig verandert, proberen wij ieder jaar de muis opnieuw uit te vinden. Diversiteit, comfort en ergonomie zijn daarbij de sleutelwoorden. In de toekomst beschikt iedere professionele gebruikersgroep over een eigen muis, toegerust op de applicaties waarmee veel wordt gewerkt. Voor een ict’er is dat een ander soort muis dan voor een grafisch ontwerper.”
Eye-trackingtechnologie stamt al uit het begin van de vorige eeuw, toen oogbewegingen werden ‘gevangen’ met fotofilm en lichtreflectie. De hulpmiddelen van toen zijn verruild door een monitor met ingebouwde HD-camera en infraroodlicht. Aan de hand van de reflectie van infraroodlicht op het hoornvlies worden de bewegingen van de pupil vertaald naar muisacties.
De techniek biedt meer snelheid en comfort ten opzichte van de reguliere muis, zegt Roel Vertegaal. De Nederlandse professor in de interactie tussen mens en computer aan de Queen’s University in Kingston is een gerenommeerd expert op het gebied van eye-tracking. “Ogen zijn sneller dan handen en kijken vaak al naar een object voordat een opdracht aan dat object wordt gegeven. Ook hoeven gebruikers geen apparaten, zoals een muis, bij zich te dragen. Dat is het voordeel van eye-tracking boven de muis.”
Oogmuis
Via zijn bedrijf Xuuk wil Vertegaal een oogmuis aan de man brengen, die werkt op tien meter afstand. Eye-tracking kan de muis vervangen, maar alleen onder bepaalde voorwaarden, zegt hij. “Desktop eye-trackers zijn erg accuraat en worden veel gebruikt door gehandicapten. De resolutie is echter nog te laag om de muis direct te vervangen. Eye-trackingtechnologie kan de muis al wel vervangen in omgevingen waar de computer alom aanwezig is. Denk aan een gebouw met computers verborgen in zijn infrastructuur, waarbij gebruikers bepaalde objecten binnen het gebouw bedienen. Dat scenario is al mogelijk via ‘eye contact sensing’. Eye contact sensors nemen waar of een gebruiker naar een object kijkt of niet. Denk aan een televisie die vanzelf pauzeert als niemand kijkt.”
De techniek is niet volmaakt. Te vaak nog denkt de computer aan een muisklik, terwijl alleen de pupil trilde. Ook de vertaling naar de praktijk is niet zonder obstakels. Eye-tracking is toch zo goed als marktrijp, zegt Vertegaal: “De techniek is in een volwassen fase beland. In mei hebben wij de eerste eye contact sensor gepresenteerd op het hoofdkwartier van Google. De kosten moeten nog omlaag en de resolutie omhoog voor een doorbraak. Nu kunnen we met ongeveer 15 graden nauwkeurigheid bepalen waarnaar iemand op 10 meter afstand kijkt, en dat tegen een kostprijs van 1000 dollar. Het moet 2 graden worden voor 100 dollar.”
Multitouchscreen
Johan de Heer, toen expertisegroepsleider Cognitieve Systemen aan het Telematica Instituut in Enschede en inmiddels overgestapt naar het bedrijfsleven, voorspelde al begin 2006 tegenover Computable dat het multitouchscreen rijp voor de markt is: “Multi touch is volwassen, ook al beschouwen veel mensen het nog als science fiction.”
De Surface-tafel van Microsoft bevestigt zijn voorspelling. In november 2007 wordt het multitouchscreen in gebruik genomen in onder meer de casino’s van Harrah’s Entertainment in Las Vegas, Sheraton Hotels en Amerikaanse T-Mobile-winkels. Bij het apparaat, een tafel met een groot HDTV-scherm als tafelblad, zijn de muis en toetsenbord volledig vervangen door de hand. De hand wordt gebruikt om objecten op het scherm aan te passen en te verplaatsen. Het apparaat registreert handbewegingen via vijf infraroodachtige camera’s. De techniek maakt het bestellen van een virtuele menukaart mogelijk en herkent ook objecten.
De multitouch interface is geen vondst van Microsoft. Ook partijen als HP (werkt samen met het Institute of Mathematical Sciences aan een multitouchscreen) en Philips (Entertaible) zijn ermee bezig. De iPhone beschikt over een miniatuurversie van het multitouchscreen. Apple heeft overigens ook een patent gedeponeerd voor een muis met een multitouchscreen.
Virtuele videomuur
Veelbelovend is ook het aanraakscherm van Jeff Han, dat overeenkomsten vertoont met hoe Tom Cruise in Minority Report een virtuele videomuur gebruikt om in een database te spitten. Het scherm van Han voelt hoe hard je het indrukt, kan meer dan één aanraking tegelijk aan, en begrijpt ook handgebaren. Online filmpjes waarin Han het aanraakscherm als een moderne magiër bedient, zijn veelvuldig bekeken. Via zijn bedrijfje Perceptive Pixel probeert Han het scherm aan de man te brengen.
Louis Vuurpijl, als onderzoeker en docent interactie tussen mens en computer verbonden aan de opleiding Kunstmatige Intelligentie van de Radboud Universiteit Nijmegen: “Mijn studenten willen allemaal dat apparaat van Han hebben. Maar het is geen vervanger van de muis. Als je de filmpjes nader bestudeert dan zie je dat je de interface goed moet kennen om ermee te kunnen werken. Het scherm is vooral interessant voor professionals, zoals ontwerpers, en gamers.”
Glenn Rogers, business manager van muizenfabrikant Logitech zegt eye-tracking en ‘vooral het multitouchscreen’ met belangstelling te volgen, maar hij is ervan overtuigd dat de muis voorlopig geen bedreigde soort is. ”Het is nog altijd het beste point&click-apparaat voor de computer. Ik zie de komende vier jaar zich ook geen alternatief aandienen. Te vaak heb ik al gehoord bij een nieuwe techniek: dit wordt de nieuwe muis. Denk aan spraakherkenning. Ook eye-tracking en het multitouchscreen zullen de muis niet vervangen. Het worden technieken die je in combinatie met de muis gaat gebruiken.”
Uitvinder van de muis
De Amerikaan Douglas Engelbart is de uitvinder van de muis. In 1955 pas afgestudeerd in de elektrotechniek, trachtte hij zonder succes zijn kennis op het gebied van opslagsystemen in een bedrijf te gelde te maken. Daarna werkte hij voor het Stanford Research Institute. In 1970 vroeg Engelbart patent aan voor een houten doosje met metalen wieltjes, in het testlab bug of mouse genoemd. Engelbart vond niet alleen de muis uit. Hij was ook pionier op het gebied van hypertext, netwerksoftware, teleconferencing en de grafische gebruikersinterface, waaruit Windows later werd geboren. In 2000 ontving hij uit handen van de toenmalige president Bill Clinton de National Medal of Technology. Tegenwoordig werkt de 82-jarige Engelbart voor het Bootstrap instituut en geeft hij zo nu en dan lezingen.
Het toetsenbord
Werken met alleen het toetsenbord is efficiënter, sneller en beter voor de gewrichten. Het zal geen opzienbarend nieuws zijn voor de liefhebbers van command line interfaces. Het staat in het boek ‘Sneller met het toetsenbord’ van de ict’er en zelfstandig ondernemer Tilbert Schulte. Schulte stelt dat toen mensen de muis vijftien jaar geleden leerden gebruiken computers nog langzaam waren. Na een opdracht kon gerust een pauze worden genomen. Tegenwoordig zijn computers zo snel dat de mens de vertragende factor is geworden. Wie zijn command lines en hotkeys kent, werkt dus sneller, aldus Schulte.
Muispen niet uitvlakken
De muispen voegt een derde dimensie toe aan een reguliere muis: reageren op de druk die met de pen uitgeoefend wordt. Bovendien vermindert de muispen de administratieve rompslomp omdat het krabbels digitaliseert. De muispen is handig voor artistiek tekenwerk en wordt ook in laboratoria gebruikt. Louis Vuurpijl, onderzoeker aan de Radboud Universiteit Nijmegen, geeft de muispen evenveel kans als alternatief voor de muis als het multi touchscreen en eye-tracking. “De muispen is accurater en biedt meer invoermogelijkheden dan een muis. Je kunt ermee schrijven, tekenen en zelfs schema’s maken. Voor mobiele applicaties is de penmuis geschikter dan eye-tracking of het multi touchscreen. Probeer maar eens met één vinger iets te schrijven op het scherm van een iPhone.”