Bij het ontwerpen van nieuwe datacenters wordt te weinig aandacht besteed aan de infrastructuur. Met name niet goed uitgewerkte of aangelegde elektriciteitsvoorzieningen kunnen een sterk negatieve invloed hebben op de prestaties van glasvezel- of andere netwerkverbindingen, waarschuwt David Tanis van Systimax Solutions.
Een datacenter ontwerpen is veel meer dan alleen servers en communicatieapparatuur bestellen. Met name de onderliggende infrastructuur, maar bijvoorbeeld ook de keuze van de fysieke locatie kunnen een grote invloed hebben op het uiteindelijke functioneren van het rekencentrum, stelt David Tanis. Hij is technical director van Systimax Solutions, een aanbieder van bekabelingsystemen.
Onverwachte problemen
It-afdelingen kunnen bij het ontwikkelen van nieuwe datacenters tegen onverwachte problemen aanlopen. "De hoge concentratie aan apparatuur betekent dat er goed nagedacht moet worden over de ondersteunende infrastructuur. Koeling is natuurlijk een bekend probleem, maar veel minder vaak wordt rekening gehouden met bijvoorbeeld kabelcongestie. Ook wordt nog wel eens te licht gedacht over de stroomvoorziening. Niet alleen moet de elektriciteitsmaatschappij voldoende capaciteit kunnen leveren, maar ook moet het om 'schone' stroom gaan."
Een belangrijk punt hierbij wordt nogal eens over het hoofd gezien: met welke andere gebruikers wordt de hoofdkabel gedeeld? "Gaat het om andere datacenters of bijvoorbeeld een ziekenhuis, dan zit je als bedrijf in de regel goed. Want ook die firma's willen goede voorzieningen om voedingsproblemen te voorkomen. Anders wordt het in de buurt van bijvoorbeeld industriële ondernemingen. Zo kunnen startende en stoppende elektromotoren pieken en harmonischen op de kabel veroorzaken."
Stroomdistributie
Belangrijk hierbij is ook dat de elektriciteitskabels ondergronds worden aangebracht. Zorg er tevens voor dat de bus van de verdeler flink overbemeten is. Als het datacenter eenmaal operationeel is, wordt het namelijk erg lastig om deze nog uit te breiden. Kortstondige spanningspieken moeten eveneens voorkomen worden. Daarom is het van groot belang om op elk niveau van het stroomdistributiesysteem in het datacenter te voorzien in onderdrukking van deze 'transient voltage surges'.
Ups-systemen om tot een redundante voeding te komen, worden al veelvuldig toegepast. Minder aandacht bestaat er volgens Tanis voor de voedingsdistributie. Zo zijn zogeheten 'power distribution units' nodig om schone stroom aan de in het datacenter opgestelde apparatuur te kunnen leveren. Per horizontaal distributiegebied binnen het centrum dient minimaal één PDU te worden opgesteld. Zo'n PDU levert een scheidingstransformator waardoor de distributiegebieden elektrisch van elkaar gescheiden worden, onderdrukt piekspanningen en bewaakt het spanningsniveau. Ideaal is om een PDU per een of twee gangpaden toe te passen.
In een weldoordacht datacenter wordt liefst een vaste bekabelinglay-out toegepast, meent Tanis. Voor de racks lopen de voedingskabels, terwijl de communicatiebekabeling achterlangs loopt. Hierdoor ontstaat een adequate scheiding. Doen we dat niet goed, dan kan elektrische interferentie ontstaan.
Aarding
Worden meerdere voedings- en datakabels gebruikt – vanaf circa dertig – dan dient de afstand tussen de kabels enkele centimeters te bedragen. Dat lijkt niet veel, maar in krap bemeten datacenters kan dit wel degelijk een belangrijk punt zijn. Daarom is het verstandig – en richtlijnen geven dit ook aan – om de bekabeling te installeren in een aan massa liggend en geaard metalen compartiment met daar tussen een massief metalen scheiding. Op die manier kan de noodzakelijke afstand tussen de kabels gereduceerd worden.
Ook een veel gemaakte fout: datakabels in plafonds die te dicht langs fluorescentielampen lopen. Ook dat kan interferentie opleveren.
Aarding wil in een datacenter eveneens nog wel eens voor problemen zorgen. "Daar moeten inderdaad zeer robuuste maatregelen voor worden genomen. De opgestelde apparatuur is nu eenmaal zeer gevoelig voor statische elektriciteit. Het aardingssysteem van het gebouw zal dus rechtstreeks met alle elektrische apparatuur moeten worden verbonden. Hetzelfde geldt voor alle racks, alle compartimenten en alle vloerelementen. Houd er bovendien rekening mee dat bij gebruik van geschilderde racks sprake moet zijn van een aardeverbinding met het kale metaal."
Bekabeling in beeld
Datacenters kennen in de regel kilometers aan bekabeling. Zonder een goede administratie is geen goed beheer mogelijk. Om het lokaliseren van kabels makkelijker te maken, kan de vloer van het datacenter voorzien worden van een denkbeeldig rooster waarmee X- en Y-coördinaten kunnen worden aangegeven. Hierdoor kunnen als het ware adressen worden gecreëerd voor opgestelde apparatuur en kan de loop van kabels goed in beeld worden gebracht. Deze adressen kunnen desgewenst verder verfijnd worden door aan de coördinaten bijvoorbeeld ook nog rack- en poortnummers toe te voegen.