KPN besteedt alle testwerkzaamheden uit aan Sogeti en Satiam. Een deel van de testactiviteiten wordt overgeplaatst naar India. Om hoeveel werkplekken het gaat en of KPN-testers kunnen overstappen naar de nieuwe partners is nog niet bekendgemaakt.
KPN IT Nederland heeft ervoor gekozen om alle testwerkzaamheden uit te besteden aan een Nederlandse en een onderneming, respectievelijk Sogeti Nederland en Satiam uit India. De bedrijven ondertekenden een samenwerkingsovereenkomst voor Quality Assurance (QA) en testwerkzaamheden. De overeenkomst betreft alle soorten testwerkzaamheden en heeft een looptijd tot eind 2009. Er wordt gebruik gemaakt van onsite, offsite en offshore faciliteiten. Sogeti gaat de diensten leveren vanuit test-servicecenters in Nederland en India.. Satiam werkt vanuit India.
KPN hoopt met de uitbesteding het ict-innovatie-proces te verbeteren en te vereenvoudigen, time-to market te verkorten en kosten te reduceren. Bij de keuze voor de twee testbedrijven is de combinatie van zowel lokale als offshore faciliteiten doorslaggevend geweest.
Het is niet bekend hoeveel werkplaatsen de uitbesteding betreft en of KPN-testers kunnen worden ondergebracht bij de nieuwe partners.
In principe denk ik dat testen het best extern kan plaatsvinden en dat KPN een juiste beslissing genomen heeft. Inhouse kan een testafdeling zelden goed scoren. Ze heeft per definitie en in zekere mate een negatieve grondhouding en dat is lastig voor de positie van de medewerkers van de testafdeling binnen een bedrijf. De positie van de testmanager is meestal erg lastig bijvoorbeeld. Hij of zij is wel verantwoordelijk voor het aan het licht brengen van de softwarekwaliteit maar kan meestal niet meepraten als het gaat om releases, changes et cetera. Een externe testmanager staat dan net wat sterker in zijn schoenen omdat hij dan nog de expertise van zijn eigen bedrijf (in dit geval Sogeti) achter zich heeft staan.
Offshoring in de ict is een ontwikkeling waar ik persoonlijk gemengde gevoelens bij heb (net als iedereen denk ik die dergelijke processen heeft begeleid). Aan de ene kant zitten in landen als India, China en tegenwoordig ook Mexico (waar Indische bedrijven inmiddels offshoren) best wel capabele ict’ers. Anderzijds is hun houding soms niet kritisch genoeg ten opzichte van hun Europese en Amerikaanse counterparts. Daar waar een ontwikkelaar zonder veel problemen een analist om de oren wappert met een setje onvoldragen softwarespecificaties, weet ik uit ervaring dat ontwikkelaars uit India nog niet zo geancipeerd zijn (of gewoon beleefder zijn :-)).
Het offshoren van testen is echter een heel andere uitdaging. Wat is testen namelijk: het valideren van de software tegen de eisen van de business. Dat laatste is tricky want de eisen van de business zijn zelden volledig waterdicht omschreven. Dus van FAT- en vooral ook GAT-testers wordt verwacht dat ze “door de regels van een FO heen lezend” nou net die testgevallen opstellen die het software op een heel specifieke manier uitdagen. Dat is “fingerspitsengefl” om het maar een op zijn Duits te omschrijven en dat is lastig aan derden over te dragen (eigenlijk zelfs niet aan gedetacheerde medewerkers) laat staan te offshoren.
Wat wel te offshoren is, is het unit- en systeemtesten en integratietesten voor zover er geen gebruik hoeft te worden gemaakt van specifiek in te richten WAN e.d. koppelingen (want dat is eigenlijk alleen na inrichting on site te testen).
Hou dan wel rekening met een paar dingen:
1) Ook de Indische tester zal niet al te kritisch staan (of beter gezegd dat niet snel laten merken) ten opzichte van de geleverde input vanuit onze kant.
2) Er dienen ook duidelijke kwaliteitsafspraken gemaakt te worden met de offshore testers want ik heb meerdere malen geteste Indische software bij aankomst niet zien functioneren. Dat gebeurt ook bij niet Indische software overigens (dus daar is in ieder geval geen winst te boeken :-)).
3) Er moeten goede communicatielijnen zijn tussen alle betrokken partijen en dat laatste wil ook nog wel een niet helemaal optimaal verlopen (overigens is dat in dit geval meer dan eens te wijten aan de zendende partij).
Dit gezegd hebbende zie ik dan ook niet hoe deze offshoring kan bijdragen aan de doelen die de KPN zich gesteld heeft:
> Het ict-innovatie-proces verbeteren:
Om dat proces te verbeteren moet je niet meer en beter testen, daarvoor moet je meer en vooral beter specificeren in de voorfase van het traject. Dat gebeurt in Nederland, inhouse en niet offshore (mag ik hopen).
> Het ict-innovatie-proces te vereenvoudigen:
Dat lijkt me per definitie onmogelijk. Je zorgt ervoor dat werk dat je eerst met mensen inhouse en onder jouw leiding deed, nu door derden wordt gedaan waarvan een deel van de derden ook nog op 6500 km afstand zijn werk doet. Kan iemand me zeggen hoe dit een vereenvoudiging zou kunnen zijn?
Time to market verkorten:
Een bult werk moet door mensen worden gedaan, de enige reden waardoor de time to market kan worden verkort is het inzetten van meer testers, maar hou daarbij rekening met de wet van de verminderde meeropbrengst. En hou ook rekening met tijd nodig voor communicatie tussen de verschillende partijen. Dus kijk goed wat je offshored en wat niet.
Kosten te reduceren:
Dat zou kunnen maar hou er ook rekening mee dat Indische ontwikkelaars en testers inmiddels ook weten wat ze waard zijn. Weliswaar liggen de kosten nu nog lager maar als je weet dat Indische bedrijven inmiddels hun activiteiten zelf in Mexico aan het offshoren zijn dan kun je wel aanvoelen dat dit wellicht niet zo lang meer een voordeel kan zijn.
Dus wens ik de KPN, Sogeti en Satiam veel succes met hun joint venture en ben ik eigenlijk best benieuwd naar het netto resultaat van deze operatie.
Groeten, Ed