Intel schaart zich toch achter het OLPC-project (One Laptop Per Child) van het Amerikaanse MIT (Massachussetts Institute of Technology). Dat zogeheten 100 dollar-laptopproject telde tot op heden processorproducent AMD en Linux-distributeur Red Hat onder de partners.
Intel treedt toe tot de groep bedrijven, waaronder AMD en Red Hat, die het OLPC-project van MIT steunt. De processormaker had, in reactie op het 100 dollar-laptopproject, een eigen initiatief opgezet voor laaggeprijsde, praktische computers voor ontwikkelingslanden. Deze zogeheten Classmate PC kost ruim 200 dollar en doet sterken denken aan de 100 dollar-laptop van MIT. Intels alternatief is ook alleen bedoeld voor de Derde Wereld, hoewel er ook in het Westen wel interesse is voor deze goedkope en robuuste laptops.
Eerder haalde Intel-ceo Craig Barrett juist uit naar OLPC vanwege die beperking; de laptops zijn volgens hem onvolledige pc's en dus slechts gadgets. OLPC-grondlegger Nicholas Negroponte reageerde fel en beschuldigde Intel ervan filantropie te misbruiken als pr-hulpmiddel. De twee projecten hebben wel enigszins tegenstrijdige benaderingen. Intels Classmate is een meer reguliere pc, draait Windows XP Embedded en is bedoeld voor klasomgevingen. De OLPC-laptop is een computer met ingebedde AMD Geode-processor, draait open source software en is ook bedoeld voor niet-schools, individueel gebruik, zoals zelfeducatie door kinderen. Daarnaast heeft de OLPC-machine een handslinger voor een handmatige stroomvoorziening.
Het lidmaatschap van Intel omvat een niet onthulde financiële bijdrage, alsook de levering van technologie en educatief materiaal. Woordvoerders van het OLPC-project verklaren dat er geen plannen zijn om in de toekomst Intel-chips te gebruiken. De chipproducent verklaart op zijn beurt dat het zijn Classmate-project gewoon voortzet. De regeringen van Brazilië en Mexico voeren al tests uit met de OLPC-tegenhanger van Intel.
Overigens zal de OLPC-machine zelf het prijsdoel van maximaal 100 dollar per stuk (bij grote aantallen) in eerste instantie niet halen. Dat wordt pas eind 2008 bereikt als de massaproductie goed op gang is. De eerste exemplaren kosten 175 dollar en rollen eind dit jaar van de fabrieksband van computermaker Quanta, wat weer wat later is dan gepland.