In de serie ‘Als Oplossingen Problemen Worden’ belicht Computable grootschalige ict-projecten die bedrijven in een lastig parket hebben gebracht. In deze aflevering de parkeergarage in Den Bosch waar het automatisch parkeren van auto’s niet helemaal volgens het boekje ging.
Wie?
De gemeente Den Bosch
Wanneer?
Ambtenaren die vanaf april 2003 hun auto parkeerden in de kersverse volautomatische parkeergarage in Den Bosch onder het nieuwe stadskantoor keken raar op toen ze hun auto kwamen ophalen. De parkeergarage meldde dat hun auto niet aanwezig was, terwijl ze hem door het traliewerk heen konden zien staan. Anderen kregen hun auto wel terug, maar zonder buitenspiegel of met beschadigingen aan de lak. De automatische parkeergarage parkeerde auto's waar al auto's stonden en hield geen rekening met de hoogte van de wagen.
Wat ging er mis?
De gemeente Den Bosch dacht slim te zijn door in april 2001 na een aanbestedingsprocedure voor bijna drie miljoen euro een automatische garage te bestellen bij het bedrijf CVSS (Computerised Vehicle Storage Systems). Op die manier dacht de gemeente optimaal gebruik te kunnen maken van de beschikbare ruimte. In een automatische parkeergarage zijn namelijk geen rijbanen nodig. Via een stelsel van transportbanden, sluizen en liften zou CVSS de auto's naar de juiste plek transporteren.
Professor Jan Friso Groote van de Technische Universiteit Eindhoven: "Tijdens de bouw van de garage dacht men in eerste instantie dat één computer voldoende was om de garage met twee liften aan te sturen. Dat bleek niet voldoende. Dus werden er op beide liften computers geplaatst die beide een deel van de garage in hun beheer hadden. De computers moesten niet alleen met elkaar, maar ook met alle apparaten in de garage communiceren. Dat is buitengewoon ingewikkeld, omdat ook de software rekening moest houden met alle mogelijke foutsituaties en communicatiestoringen. De leverancier heeft zich nooit gerealiseerd hoe complex software is en richtte zijn aandacht op het installeren van goede hardware, vanuit het idee dat een programma voor de aansturing van de hardware niet al te moeilijke zou zijn. Het bedrijf realiseerde zich niet dat de software niet alleen geschikt moet zijn om een auto op de juiste plek te parkeren, maar dat het ook onder iedere omstandigheid moet werken. Niet alleen in een lege, maar ook in een volle en een halfvolle garage. En de software moet nog steeds adequaat reageren als er louter bestelbussen in de garage worden geparkeerd en tegelijkertijd één van de twee liften stuk gaat. Kortom: het aantal omstandigheden waar de software potentieel mee geconfronteerd kan worden is zeer groot. Groter dan het aantal atomen in het heelal."
Hoe verholpen?
Nadat de gemeenteraad in 2006 een plan blokkeerde om een andere leverancier de problemen voor 1,9 miljoen euro te laten oplossen, heeft de gemeente in februari 2007 besloten het volautomatische parkeersysteem uit de garage te slopen. In plaats daarvan komt er een traditionele parkeergarage, met half zoveel plaatsen en met traditionele hellingbanen.
Blaren?
Sinds de opening van het nieuwe stadskantoor in maart 2003 hebben ambtenaren hun auto niet normaal kunnen parkeren. Ze liepen het risico hun auto beschadigd of helemaal niet terug te krijgen, waardoor ze met het openbaar vervoer naar huis moesten. CVSS ging failliet, maar maakte een doorstart als Dolphin Parking. Bovenop de kosten die de gemeente Den Bosch maakte voor de volautomatische parkeergarage is nu ook nog eens 2,1 miljoen euro nodig voor een conventionele garage.
Had dat niet anders gekund?
Groote: "Bij het ontwikkelen van nieuwe software slaagt 20 procent van de projecten, 30 procent mislukt volkomen en 50 procent voldoet niet aan de oorspronkelijke eisen. Het toverwoord dat je altijd tegenkomt is onderschatting van de complexiteit. Kleine design flows in softwareontwerp zijn vaak moeilijk te detecteren. Moderne softwaresystemen bevatten zoveel intelligentie, dat de bediening ervan lastig is. Wat er ín die systemen gebeurt, gaat vaak zelfs het voorstellingsvermogen te boven.
"Botenbouwers zijn in staat om boten te bouwen van dimensies die het menselijke voorstellingsvermogen ver te boven gaan. Waarom breken die boten toch niet doormidden? Omdat ingenieurs wiskundige modelleertechnieken gebruiken voor het doorrekenen van krachten die stammen uit de 17e eeuw en nog continu verfijnd worden. Dat is de reden dat ingenieurs zo'n goede naam hebben. Dat geldt niet voor softwareontwerpers."
"Als je een huis laat bouwen, legt de gemeente je ontwerp voor aan een constructiebureau. Bij software is dat niet zo. Wat er bij elk softwareontwerp zou moeten gebeuren, is dat je het dataverkeer modelleert en daarna op een abstract niveau bewijst dat het correct is. Verder pleit ik voor het oprichten van onafhankelijke overheidscommissies die het ontwerp daarna nog eens controleert op correctheid."
Tips?
Heb je tips voor deze serie? Mail ze naar computable@bp.vnu.com. Vermeld in de titel: Als Oplossingen Problemen Worden.