De geschiedenis van Computer Associates is een ict-thriller met overnamen, ontslagen, conflicten, foute boekhouderij, malversaties, leugens, zwijggelden en gevangenisstraffen. Ceo John Swainson probeert manhaftig een bedrijf dat groot werd met list en bedrog op het rechte pad te krijgen. Kijkt hij alleen vooruit of sleept hij oprichter Charles Wang alsnog voor de rechter?
Wanneer de 45-jarige Amerikaanse Srilankees Sanjay Kumar zich deze maand in New Jersey meldt voor het uitzitten van een gevangenisstraf van 12 jaar dan is dit de afsluiting van een belangrijk hoofdstuk uit de geschiedenis van het beruchte bedrijf Computer Associates. Kumar krijgt in de cel tijd om na te denken over zijn zonden en ook hoe hij de 800 miljoen dollar bij elkaar kan krijgen die hij terug moet betalen aan de gedupeerde aandeelhouders van het bedrijf dat inmiddels onder de naam CA door het leven gaat. De voormalige ceo is veroordeeld wegen fraude met de boeken van Computer Associates, het misleiden van een gerechtelijke onderzoek en het betalen van zwijggeld aan getuigen. Met hem zijn nog zeven voormalige toplui van het bedrijf veroordeeld tot gevangenisstraffen.
De op het oog zo minzame Srilankees zal in zijn cel waarschijnlijk nog wel eens terugdenken aan de dag in 1987 waarop het bedrijf waarvoor hij toen pas werkte – UCCEL Corp – werd overgenomen door Computer Associates, het machtige software-imperium van Charles Wang. Computer Associates heeft dan al de betrekkelijke alleenheerschappij in de verkoop van software die bedrijfsmainframes en netwerken monitort. Afnemers van de producten van Computer Associates voelen zich meer krijgsgevangenen dan gewaardeerde klanten. Wanneer je eenmaal het bedrijfsnetwerk of het mainframe runt met Computer Associates Unicenter dan is het vrijwel onbetaalbaar om het te vervangen door het iets anders.
Het klikt meteen tussen Wang en Kumar. Misschien speelt het een rol dat ze beide vluchtelingen zijn. Wangs familie was in 1952 uit Sjanghai gevlucht voor het bewind van voorzitter Mao, de familie Kumar vluchtte in 1976 voor het etnische geweld op Sri Lanka. Het zal ook een rol hebben gespeeld dat Kumar nog maar pas in dienst was bij UCCEL en dus kneedbaar als was. Hoe dan ook, Kumar wordt een protegé van Wang en hij leert vanaf dag één de bedrijfsfilosofie van Computer Associates: take-no-prisoners. Er is slechts één heilige heilige koe bij Computer Associates en dat is cashflow. Het moet Kumar al gauw duidelijk zijn geweest dat geen middel geschuwd wordt om die cashflow gaande te houden.
Klanten tegen wil en dank
Wang, de rijkste Chinees van Amerika, laat zijn bedrijf continu groeien door het overnemen van kleinere concurrenten. Op het einde van de jaren negentig is Computer Associates na Microsoft en Oracle (in ieder geval op papier) het grootste softwarebedrijf van de wereld. Oracles Larry Elisson typeert Wang als de aaseter van de softwarebranche. Na een geslaagde overname wordt het topmanagement samen met veel codeervolk de laan uitgestuurd. De softwarekrenten worden uit de pap gehaald en de overige producten worden bij het oud papier gezet, zodat de klanten-tegen-wil-en-dank een jaar na de overname met miljoenen dollars aan muffige software in hun maag zitten. Dan komt Wang op de proppen met een dure oplossing voor dat probleem. Bedrijven die proberen aan het schrikbewind van Wang te ontsnappen kunnen rekenen op processen.
Kumar stijgt als een komeet door de rangen van Computer Associates en wordt al in 1994 door zijn mentor Wang gebombardeerd tot president en chief operating officer. Wang en Kumar lijken elkaar uitstekend aan te vullen. Wang heeft met zijn overnames, zijn massaontslagen en zijn interne schrikbewind een keiharde reputatie opgebouwd. Hij is een alleenheerser die zijn bedrijf graag vergelijkt met een eenkoppige draak. Die ene kop is uiteraard Wang. Kumar wordt door iedereen – van de klanten tot de commissarissen – beschouwd als de man die Computer Associates een klantvriendelijker imago kan bezorgen. Uiteindelijk is dat een misrekening van jewelste.
Computer Associates opereert in de jaren negentig in een lucht van verdachtmakingen en geruchten over malversaties. Het echte schandaal breekt los in 1998 wanneer Wang, Kumar en mede-eigenaar Russel Artzt zichzelf aandelenopties toebedelen die samen meer dan een miljard dollar waard zijn. Een paar weken later stort het aandeel van Computer Associates met 31 procent in. Het trio van Computer Associates is op slag het symbool van hebzuchtige topmanagers die zichzelf verrijken ten kostte van bedrijf, werknemers en aandeelhouders. Niet alleen begint de Securities and Exchange Commission een onderzoek naar de manier waarop Computer Associates de boekhouding manipuleert, ook een officier van justitie in Brooklyn opent een onderzoek naar criminele activiteiten bij het bedrijf op Long Island.
Opstand van de aandeelhouders.
De aandeelhouders pikken het niet langer. Er volgen verschillende rechtszaken die geschikt worden wanneer Wang en Kumar 250 miljoen dollar terugstorten in de partijkas. De hele affaire ondermijnt wel het gezag van Wang en Kumar en veel aandeelhouders verliezen het vertrouwen in het duo dat er altijd in is geslaagd met trucs en stuntwerk de cashflow gaande te houden. Kumar wordt in 2000 ceo van Computer Associates en doet allerlei mooie beloften dat het bedrijf onder zijn leiding zich aan de meest strikte principes van ethische bedrijfsvoering zal onderwerpen. De tijd voor een eerlijker en rechtvaardiger bedrijf lijkt aangebroken.
De Texaanse miljardair Sam Wyly – hij is aandeelhouder geworden wanneer zijn bedrijf Sterling Software in 2000 door Computer Associates wordt overgenomen – gelooft er niets van. In 2001 roept Wyly de aandeelhouders op de bestaande commissarissen die Wang en Kumar door dik en dun steunen weg te stemmen. Volgens Wyly is de top van Computer Associates betrokken bij het misbruiken van klanten, aandeelhouders en werknemers. Het zogenoemde proxygevecht om de macht bij Computer Associates wordt onder andere uitgevochten met peperdure, paginagrote advertenties in de New York Times. Wyly verliest dit gevecht en krijgt uiteindelijk een paar miljoen dollar van Kumar om zich niet langer met Computer Associates te bemoeien.
De commissarissen van Computer Associates bedanken na de mislukte coup de aandeelhouders met een paginagrote advertentie in de New York Times voor het vertrouwen dat ze hebben getoond in de leiding. ‘We zijn van plan aan elk van u duidelijk te maken dat u de juiste beslissing hebt genomen voor de toekomst van uw investering in CA.'. Achteraf bekeken zaten die commissarissen er natuurlijk goed naast. Behalve door Wang, Kumar en Artzt is deze advertentie ook nog ondertekend door de commissarissen Alfonse d'Amato (de senator van New York), Richard Grasso (voorzitter van de New York Stock Exchange) en de hier ten lande niet onbekende Nederlander Roel Pieper.
Reservedoelman
Charles Wang trekt zich in 2002 terug uit Computer Associates. Hij stort zich o.a. met volle overgave op het runnen van de New York Islanders, het ijshockeyteam dat – net als Computer Associates – zijn thuisbasis heeft op Long Island. Dat Wang het ijshockeyteam net zo runt als Computer Associates blijkt eind 2006 wanneer hij de zeer ervaren manager Neil Smith na 40 dagen ontslaat en reservedoelman Garth Snow in zijn plaats benoemt. De reservedoelman stond volgens Wang meer open voor ‘nieuwe ideeën', dan zijn voorganger. Zoals de meeste dictators werkt Wang graag met onervaren mensen die gemakkelijker te controleren zijn. In 2003 meldt het blad Forbes dat er bij het hockeyteam van Wang gesjoemeld wordt met de boekhouding en dat inkomsten uit televisiecontracten buiten de boeken werden gehouden.
Gesjoemel met de boekhouding? Dat is bij Computer Associates de gewoonste zaak van de wereld. In 2004 barst het schandaal wijd open. Het blijkt dat het bedrijf jarenlang heeft geopereerd met ‘een 35 dagen maand' een praktijk waarbij de boeken op het einde van het kwartaal niet worden afgesloten maar dat nieuwe inkomsten nog een paar dagen lang worden bijgeschreven. De winst wordt op deze manier kunstmatig omhoog gedrukt om aan de verwachtingen te voldoen en het aandeel hoog te houden. Wanneer de officier van justitie in Brooklyn de zwendel van 2,2 miljard dollar in het vizier krijgt, proberen Kumar en zijn handlangers met leugens en het omkopen van getuigen hun lot te keren. Tevergeefs. Kumar en nog zeven topmanagers worden aangeklaagd en Computer Associates wordt onder curatele geplaatst. Het bedrijf moet 225 miljoen dollar storten in een fonds om de aandeelhouders te vergoeden voor de geleden schade.
Puinruimen
Terwijl Sanjay Kumar zijn spullen pakt voor een verblijf van 144 maanden in de singsing is John Swainson, de nieuwe ceo van CA, nog steeds aan het puinruimen. Uiteraard heeft hij zijn oog gericht op de toekomst, maar af en toe wordt er op het hoofdkwartier op Long Island weer een kast opengetrokken waarin dan toch nog weer een lijk uit de periode Wang-Kumar tevoorschijn komt. Zo blijkt pas in juli 2006 dat het in de jaren negentig bij Computer Associates gewoonte was stockopties te back-daten zodat de beloningen voor de top hoger uitvielen. In augustus 2006 moet het bedrijf voor het eerst in zijn geschiedenis een negatieve cashflow melden. De verkopen van het bedrijf zijn tussen 2000 en 2006 gedaald met 40 procent en het aandeel is 70 procent minder waard dan de hoogste waarde van 2000. Het valt dus inderdaad niet mee om op eerlijke wijze het bedrijf te runnen.
Het probleem voor Swainson is niet alleen dat de boeken van CA niet deugen, maar ook dat een deugdelijke boekhouding grotendeels ontbrak. Veel cijfers – juiste en onjuiste – werden jarenlang alleen opgeslagen in de hoofden van Kumar en Wang. Sommige contracten in de boeken waren nep-contracten, maar welke? Het bedrijf dat zelf automatiseringsprocessen leverde aan 95 procent van de Fortune-500 bedrijven had zelf geen major enterprise software in gebruik. Fortune schrijft in november 2006 dat Wang en Kumar hun miljardenbedrijf met 15.000 werknemers runden alsof het een start-up was met een handjevol werknemers. Pas na het aantreden van Swainson is CA begonnen met het bedrijfsbreed installeren van een erp-pakket van SAP.
Wat te doen met Wang?
In alle rechtszaken rondom Computer Associates is Charles Wang buiten schot gebleven. Hij is een van de rijkste mensen van Long Island, heeft invloed in de politiek en bestiert de New York Islanders alsof het zijn privé-club is. Wang kan ook niet meer strafrechterlijk worden vervolgd. Als hij al misdaden zou hebben gepleegd, dan zijn die inmiddels verjaard omdat hij in 2001 uit het bedrijf is gestapt. Het is echter wel mogelijk dat het nieuwe bedrijf CA onder leiding van Swainson alsnog zal proberen een deel van Wangs kapitaal terug te eisen.
Op 13 april jl. publiceert CA een rapport waarin staat dat oprichter Wang in feite altijd de kwade genius is geweest achter de malversaties van het bedrijf. Het rapport is geschreven door twee nieuwe commissarissen van CA die samen met een aantal advocaten een commissie vormen die Swainson moet adviseren of Wang alsnog moet worden aangepakt. Het antwoord op die vraag is positief. In het rapport staat dat Wang meer dan tien jaar lang leiding heeft gegeven aan de fraude bij zijn bedrijf. Wang schiep een ‘culture of fear' in het bedrijf en plaatste bewust onervaren mensen in belangrijke posities om zo meer controle te hebben over het bedrijf. Hij ontmoedigde managers om contact met elkaar te hebben en ontsloeg competente mensen wanneer ze het niet met hem eens waren.
Uiteraard heeft Charles Wang furieus gereageerd op het rapport van CA. In een geschreven verklaring zegt Wang dat Sanjay Kumar totaal verantwoordelijk is voor het wanbeleid bij het bedrijf. Wang schrijft: ‘Ik ben van plan mijn goede naam op alle mogelijke manieren te verdedigen en zal me verzetten tegen de pogingen mij de misdaden van Kumar en zijn management in de schoenen te schuiven.' Wang noemt het rapport onbetrouwbaar omdat het gebaseerd is op verklaringen van voormalige werknemers van CA waarvan al duidelijk is dat ze gelogen hebben tegen de rechterlijke macht. Als we even stil zijn, kunnen we Sanjay Kumar in zijn cel horen zuchten.
Teake Zuidema