Mainframes staan bekend om hun capaciteit voor het doorvoeren van grote hoeveelheden data, transacties. De moderne Cell-processor is door IBM, Sony en Toshiba ontworpen voor verwerking en doorvoer van massale multimediadata.
IBM is praktisch gezien de laatste overgebleven mainframeleverancier. Niet alleen geeft het bedrijf het aloude platform niet op, het moderniseert het nu met de hypermoderne Cell-processor. Jawel, de chip die is ontwikkeld voor het verwerken en doorvoeren van grote hoeveelheden multimediadata, zoals in de Playstation 3-spelcomputer van Sony.
Die eigenschap, of kracht, voor grote hoeveelheden data past juist bij het mainframe. IBM wil de Cell toevoegen om complexe virtuele werelden en online games te kunnen draaien. De computerproducent, die zelf veel potentie ziet in Second Life, werkt hiervoor concreet samen met het Braziliaanse bedrijf Hoplon Infotainment, dat online multiplayer-spellen aanbiedt. De twee draaien al een bèta-uitvoering van een dergelijke game.
In eerste instantie wordt de toevoeging gedaan door Cell-bladeservers te koppelen aan mainframes. Dat gebeurt dan via een netwerkverbinding. IBM levert die Cell-machines al enige tijd. Deze zijn niet bedoeld voor algemene taken maar voor zwaar rekenwerk. Later komt IBM met speciale insteekkaarten waarop dan Cell-processoren huizen.
Dergelijke combinaties van algemene computers of processoren enerzijds met gespecialiseerde systemen of chips anderzijds lijken nu de mode. AMD en daarna Intel hebben hun processoraansluitingen (sockets) opengesteld voor taakspecifieke chips, zoals encryptieprocessoren. Serverleveranciers als IBM en Sun bieden al jaren speciale chips en insteekmodules voor dergelijke toepassingen.