De scholen die de ict-diensten van Do.IT gebruiken, willen graag de hoeveelheid printjes van leerlingen en medewerkers kunnen controleren en soms kunnen doorbelasten. Daartoe is het programma Papercut aangeschaft.
Vanuit de scholen die aangesloten zijn bij Do.IT kwam het verzoek om de mogelijkheid te krijgen het aantal afdrukken dat leerlingen en docenten maken, te registeren. “De scholen wilden dat leerlingen bewuster werden van het aantal afdrukken dat ze maakten”, zegt hoofd ICT van Do.IT Jeroen Kuijk. De wensen waren per school echter verschillend. De ene school wilde alleen de mogelijkheid krijgen het aantal printjes te controleren, de andere school wilde leerlingen laten betalen voor afdrukken, afhankelijk van het lesprogramma. Kuijk: “Het programma moet universeel inzetbaar zijn, maar de school moet zelf in staat zijn om te bepalen hoe het printbeleid wordt toegepast”.
Sommige scholen verzochten Do.IT om niet te kiezen voor centraal geplaatste multifunctionele printers die werken met pasjes of codes. “Op het moment dat leerlingen tijdens een les iets moeten afdrukken, lopen ze door de gangen om de print op te halen. Dat geeft onrust in de school. Leerlingen komen elkaar tegen, kletsen met elkaar of het duurt langer dan noodzakelijk voordat ze terugkomen”, zegt Kuijk. De ict-organisatie koos daarom voor een programma dat het aantal printjes in de gaten houdt op basis van de inloggevens van de gebruiker. Zo kunnen printjes ook afgedrukt worden op de printer die in de klas staat.
15.000 gebruikers
Ongeveer 15.000 leerlingen, docenten en ondersteunend personeel kunnen printopdrachten geven op de 25 scholen. Do.IT wilde een programma dat communiceert met een centrale database. “Als je op iedere locatie een aparte server met een database moet zetten, is dat erg duur. Dat komt vanwege hardwarekosten en licenties”, zegt Bob Morcus, system engineer bij Wortell. Hij gaat de implementatie van Papercut, het gekozen programma, uitvoeren.
Het betekende echter wel dat het gekozen programma een grote capaciteit moet hebben. Verder wilde Do.IT graag gebruik maken van een MsSQL-database, omdat hun gehele ict-omgeving gebaseerd is op Microsoft- technieken. Een printprogramma dat een databasestructuur had gebaseerd op Oracle-databases was daarom niet geschikt.
Uiteindelijk werd gekozen voor het programma Papercut. “Het programma maakt gebruik van een basisstructuur van een client, een printserver en een centrale server”, zegt Morcus. Momenteel is het programma nog in de testfase en wordt het op één school, het Teyler College in Haarlem, getest. De hele school maakt gebruik van dit programma. De enige klacht die er momenteel vandaan komt, is dat het programma wat langzaam is. Marcus: “Maar dat komt omdat de software nu op een werkstation staat geïnstalleerd, in plaats van op een server. De specificaties van dit werkstation zijn de helft van wat door Papercut gevraagd wordt. Wij verwachten daarom dat de problemen met de snelheid straks zijn opgelost”. Do.IT verwacht het programma op korte termijn op alle scholen te kunnen implementeren.
NOG/OVO Haarlem Do.IT
Do.IT kwam tot stand na een fusie tussen de ict-afdelingen van OVO Haarlem en de Noordzee Onderwijs Groep (NOG). De intentie is dat per 1 april ook SAVO zich aansluit. De scholen geven les aan leerlingen van het vmbo, de havo, het vwo, het gymnasium en verschillende vormen van speciaal onderwijs.
Do.IT ondersteunt 13.000 leerlingen en 1500 tot 2000 mensen personeel. In totaal zijn er 34 locaties.