Sinds de doorbraak enkele jaren geleden in de ‘main-stream’ leek de opmars van het open source-fenomeen onstuitbaar. De grootste economische bijdrage van open source is het eenvoudig en goedkoop toegankelijk maken van hoogwaardige technologie voor de minder kapitaalkrachtige it-consumenten, namelijk charitatieve instellingen, onderwijs, bedrijven uit het mkb-segment en zelfs individuen. Het is curieus dat organisaties met grote it-bestedingen, daar wat kostenbesparingen betreft de grootste winsten zijn te behalen, relatief weinig interesse in het gebruik van open source-producten hebben getoond. Recente aankondigingen van softwaremakers en systeemintegrators kunnen daar echter snel een verandering in brengen.
Als we de stand van zaken omtrent de volwassenheid van open source bekijken, zien we drie grote toepassingsgebieden: servers, desktops en embedded. Die laatste lijkt trouwens momenteel te splitsen in appliances (zoals routers en storage appliances) en mobiele toepassingen (bij voorbeeld pda's, mobiele telefoons, multimedia centra). Het is duidelijk dat open source met name op de servertoepassingen een voorsprong heeft dankzij producten zoals Linux, MySQL, Samba en meer recentelijk de JBoss Java-applicatieserver. Het overgrote deel van managementanalisten, inclusief Gartner en Forrester, was het er vorig jaar al over eens dat wat het datacenter betreft open source voet aan de grond heeft gekregen.
Hoewel het aantal desktopprojecten zelfs dat van servergerelateerde projecten overstijgt, wordt de rol van open source op de desktop wegens de overweldigende dominantie van Windows als marginaal ervaren. De perceptie dat een Linux-desktop moeilijk in de omgang is en dat er nauwelijks applicaties voor de gewone gebruiker bestaan, blijft ondanks verbeterde producten hardnekkig. Het stormachtige tempo van nieuwe ontwikkelingen – één van de karakteristieke kenmerken van open source – maakt dat de achterstand met reuzensprongen wordt ingehaald. Naast relatief nieuwe 'start ups', zoals Linspire en Ubuntu, maken gerenommeerde bedrijven zoals Novell zich sterk om de consument – zowel privé als professioneel – van de waarde van de Linux-desktop te overtuigen. De weg naar acceptatie op de desktop is echter niet zonder obstakels. Er is nog steeds een hoop te doen op het gebied van integratie van de verschillende open source-desktopcomponenten tot een consistente gebruikersomgeving.
Hoe de ontwikkelingen zich ontvouwen in de strijd om marktaandeel, ligt voor het grootste deel niet aan de softwaremakers. De meeste troeven liggen bij de zakelijke consumenten en de overheden. Als het op het gebruik van open source-producten door overheden binnen Europa aankomt, bestaat de kopgroep naast Spanje en Frankrijk voornamelijk uit de nieuwe lidstaten. De rijkere Europese overheden lijken meer naar de drempels dan naar de potentiële besparingen te kijken. In Nederland is het standpunt van de overheid ten aanzien van open source onduidelijk. Men lijkt naar aanleiding van een beslissing van de Tweede Kamer in 2002 (Motie Vendrik) aan te sturen op de verdere inzet van open source-producten binnen de overheid. De praktijk van de afgelopen jaren geeft echter een tegenstrijdig signaal aan. Naast het oprichten van het OSOSS-programmabureau heeft de centrale overheid nauwelijks zichtbare initiatieven tot de uitvoering van de motie getoond. In een brief aan de Tweede Kamer begin dit jaar gaf de toenmalige minister van Economische Zaken de juridische verplichtingen en hoge migratiekosten als reden aan, waarom de uitvoering van de motie zo moeizaam verloopt. Vendrik – de oorspronkelijke initiatiefnemer – is echter niet ontmoedigd, samen met een aantal gelijkdenkende partijen is hij nieuwe voorstellen aan het voorbereiden. Zo zouden bijvoorbeeld het bijdragen aan open source-projecten als donatie aan een goed doel bij de belastingaangifte gecompenseerd kunnen worden.
In afwachting van deze tweede open source-'revolutie' zullen de aanbieders op korte(re) termijn zich blijven richten op de verdere terreinwinst bij servertoepassingen. In het afgelopen jaar heeft open source een aantal opmerkelijke en zelfs onverwachte vooruitgangen geboekt, allemaal gericht op de verdere acceptatie bij grote datacentra. Zo heeft bij voorbeeld Novell met zijn SuSE Linux Enterprise Server-product het open source-virtualisatieproduct Xen gebundeld. De overname van JBoss door Red Hat draagt bij tot consolidatie van de aanbieders. De in november gesloten Novell-Microsoft deal en de aankondiging van Oracle om een eigen Linux-distributie uit te gaan brengen zijn binnen de open source-gemeenschap controversieel, maar voor grote klanten is dat zonder twijfel een bevestiging dat open source een volwassen alternatief is geworden.
Gábor Nyers
Open Source Architect bij Unisys Nederland