Werknemers in het Nederlandse bedrijfsleven gebruiken voornamelijk een mobiele telefoon en een laptop. Dat blijkt uit onderzoek van Marqit Research.
Slechts de helft van de ondervraagden gebruikt een pda of smartphone. Bijna eenderde van de organisaties maakt nog geen gebruik van een mobiele dataoplossing. De belangrijkste twee voorwaarden voor de aanschaf van zo'n oplossing zijn de prijs en de kwaliteit. Daarnaast zijn deskundigheid van de leverancier en de geleverde service van doorslaggevend belang.
Van de organisaties die al ervaring hebben met mobiele dataoplossingen geeft ruim 40 procent aan binnen een jaar opnieuw te gaan investeren. Voor de groep zonder ervaring ligt dat percentage op 19 procent. De grootste barrière voor de aanschaf vormen de te maken kosten. De toegevoegde waarde van een mobiele dataoplossing blijkt voor bedrijven zonder ervaring op dat vlak niet inzichtelijk.
Er bestaan grote verschillen tussen respondenten die wel en geen ervaring hebben met mobiele dataoplossingen wanneer het gaat om investeringen in specifieke oplossingen. De helft maakt gebruik van umts om de buitendienst te automatiseren. Bijna driekwart van de ondervraagden met ervaring geeft aan in de toekomst te investeren in mobiele e-mail, een mobiel apparaat voor data-integratie of integratie van een vast en mobiel netwerk. Ruim eenderde van de organisaties zonder ervaring geeft aan gebruik te gaan maken van een mobiel apparaat voor data, umts, buitendienst automatisering en integratie van vast en mobiel netwerk
ITEA-project geeft mobility impuls
Het ITEA-project SmartTouch is gebaseerd op rfid-technologie en NFC. Near field communication (NFC) is een slimme vorm van rfid. Gaat het bij rfid primair om opslag en verzenden van informatie in één richting, NFC communiceert in twee richtingen en kan ontvangen signalen ook zelf verwerken. Deze technieken zijn erop gericht gebruikers toegang te geven tot verschillende slimme apparaten, zonder dat zij daarbij al te veel moeite hoeven te doen. Door middel van aanraking kunnen gebruikers met de apparaten communiceren. Het doel is om sleutelelementen die nodig zijn om algemene concepten te ontwikkelen voor bedrijfsketens in de mobility-industrie te ontdekken, ontwerpen, construeren en testen.
Kijk voor meer informatie op www.smarttouch.org.
Gebruik push e-mail blijft achter
De afgelopen zeven jaar is push e-mail een uitkomst geweest voor een kleine groep mensen die geen moment van hun dagelijkse berichtenstroom verwijderd wilden zijn. Volgens de Amerikaanse onderzoekers van Radicati, zal het aantal push e-mailgebruikers toenemen van 10 miljoen dit jaar naar 100 miljoen in 2009. Het fenomeen neemt een vlucht in de Verenigde Staten, in Europa blijft het gebruik van push e-mail flink achter. Volgens een Brits onderzoeksbureau gebruikt minder dan 2 procent van de e-mailaccounts software om e-mails door te sturen naar handcomputers. De laatste maanden proberen hard- en softwareleveranciers het aantal aanhangers van push e-mail in Europa te vergroten. Zo lanceerde Palm in oktober zijn nieuwste Treo die de functionaliteit ondersteunt. Maar ook het Taiwanese High Tech Computer bracht vier nieuwe apparaten naar de Europese markt.
Smartphone, pda, handheld, wát?
Een personal digital assistant, pda, is in feite een handcomputer (handheld) die de taken van zijn leren ingebonden voorganger overneemt. Het fungeert als adresboek, agenda en telefoonlijst. De meeste pda's bieden daarnaast nog extra functionaliteit zoals software voor tekstverwerking, spreadsheets en financiële zaken, databases, spelletjes en gps-navigatie. Met een pda is het mogelijk om gegevens te synchroniseren met de (bedrijfs)pc. Van oudsher was het niet mogelijk om te bellen met een pda, maar tegenwoordig zijn beide zaken met elkaar versmolten. We spreken dan van een smartphone. Een smartphone is een algemene benaming voor een apparaat dat als mobiele telefoon en als pda gebruikt kan worden. Het is onder meer mogelijk om met een smartphone e-mails te ontvangen en te versturen, internetpagina's te bekijken, muziek te beluisteren, films te kijken, te navigeren met een gps-ontvanger en verbinding te maken met bedrijfsnetwerken.
Nieuwe wet bevordert telewerken
De Tweede Kamer heeft een nieuwe wet aangenomen, die het voor werkgevers en werknemers aantrekkelijker maakt te gaan telewerken.
De wet ‘Paarse Krokodil' rekent per 1 januari 2007 vergoedingen en verstrekkingen voor telefoon, internet en vergelijkbare communicatiemiddelen tot de vrije vergoedingen en verstrekkingen. Het moet dan wel gaan om zakelijk gebruik. Hier is sprake van wanneer meer dan 10 procent van het gebruik zakelijk is. De oude regeling was moeilijk toepasbaar en pas interessant bij intensief gebruik. De nieuwe regeling beoogt een belangrijk irritatiepunt van werkgevers weg te nemen, ervan uitgaande dat de werkgevers zich beperken tot de voor het werk noodzakelijke vergoedingen en verstrekkingen.