Nieuwe technologieën als RFID (radio-frequency identification) en M2M (machine-to-machine communicatie) dringen steeds vaker door in de primaire processen van organisaties. Dat is goed nieuws, want dit soort toepassingen kan grote voordelen opleveren voor de productie. Zo biedt RFID veel mogelijkheden voor bagageafhandeling op vliegvelden en in de logistiek. In 2010 zal het een miljardenmarkt zijn, zo voorspelde Gartner onlangs. M2M maakt een nieuwe benadering van klantenservice mogelijk: al voor een klant kan doorgeven dat een apparaat niet naar behoren functioneert, heeft de leverancier het al geregistreerd en een reparateur gestuurd.
Het klinkt fantastisch. Toch staat een belangrijk punt het succes van technische applicaties in de primaire processen en de productielijn nog in de weg. It en productieprocessen zijn in veel organisaties namelijk nog steeds grotendeels gescheiden werelden.
Dat is erg vreemd. In feite zijn dit soort it-applicaties namelijk logische extensies van het it-netwerk in een bedrijf, en zo zouden ze dan ook behandeld moeten worden. Dat levert daarnaast nog een flink aantal additionele voordelen op. Voor grote multinationals is het bijvoorbeeld gemakkelijk om RFID-gegevens over voorraad en productie via het bedrijfsnetwerk uit te wisselen. Nog te vaak sluiten ze een apart contract af met een telecomprovider voor het wereldwijd delen van dit soort gegevens, terwijl er al een prima functionerend bedrijfsnetwerk is dat deze informatie kan vervoeren.
Organisaties die RFID, M2M en andere technologieën aansluiten op het bedrijfsnetwerk investeren in innovatie. Op die manier kunnen ze hun bedrijfsprocessen beter beheren en de concurrentie voorblijven. Een logische stap, want daarvoor zijn dit soort technologieën in de eerste plaats ook bedoeld.
Garmt van Soest
Managing Consultant Mobility bij Orange Business Services