Organisaties die met Business Intelligence (BI) aan de slag gaan ondervinden nogal eens de flinke tegenstand. Van verschillende kanten worden vaak ongemerkt allerlei barricades opgeworpen. De afdeling finance heeft een eigen reporting omgeving, en we moeten het nieuwe BI systeem maar daarop enten. De traditionele IT’er vindt al die overbodige gegevens maar niks. Marketing en sales roepen beiden om het hardst dat er eerst maar eens iets gedaan moet worden aan de kwaliteit van de klantdata. Een afdelingsmanager is al tevreden, zijn handige hulpje maakt allerlei moois met spreadsheets. Men zou kunnen denken, wie heeft er dan nog behoefte aan BI?
Deze zomer moest ik voor één van mijn projecten een aantal keer naar de UK vliegen. Aanvankelijk was dat helemaal niet de bedoeling. Het project had een duidelijke scope en deliverables. Tot opeens twee dagen (!) na start van het project, liet de afdeling finance weten dat het niet zo kon zijn dat we hun reporting systeem niet meenamen in de toolselectie. Daar moesten we ook naar kijken en in Engeland en de Verenigde Staten hadden ze het allemaal fantastisch voor elkaar met dat reporting systeem. Na acht weken onderzoek, rapporten schrijven, praten en politiek gesteggel kwamen we er achter dat de zaken er heel anders voorstonden. De implementatie van het systeem was geen groot succes, tenminste in die landen. Toen dat min of meer helder was voor betrokkenen, kwam de volgende aap uit de mouw. Er kon geen BI systeem gebouwd worden, want er was geen IT architectuur. Natuurlijk had de betreffende business information manager een punt, maar naar later bleek was dat niet waar het om ging. Heel toevallig kon deze persoon het vrij goed vinden met de directeur financiën…
Wat heeft dit alles te maken met Bush en de Dalai Lama? Om antwoord te krijgen op deze vraag moeten we terug naar een andere vraag: waar gaat het om in het leven? Er zijn twee fundamentele keuzes: geld, macht en status (a) of om gezondheid, passie en ontwikkeling (b). Tussen haakjes: toen ik dat laatst vroeg aan een zaal van tweehonderd mensen koos overigens niemand voor a! Vreemd… van wie zouden al die mooie auto’s in de parkeergarage dan zijn? Enfin, iedere keuze kan worden gevonden in iemands overtuiging of gedrag. Zo krijgen we vier archetypen, die we kunnen visualeren in een kwadrant. Linksboven staan mensen die a als overtuiging hebben en zich er ook naar gedragen, denk aan president Bush of de oud-topman van Ahold. Linksonder staan mensen die b als overtuiging hebben, maar zich gedragen als a. Denk dan aan een dronken monnik.
Rechtsboven staan mensen die a als overtuiging hebben, maar qua gedrag b vertonen. Zeg maar een gesjeesde student bedrijfskunde of een accountmanager met een burn-out. Tot slot hebben we rechtsonder de mensen die b als overtuiging hebben en dat ook uiten in hun gedrag.
Bush en de Dalai Lama zijn bepaald geen vrienden, Bush houdt de handen boven het hoofd van de dronken monnik en de accountmanager hangt zich op aan Dalai Lama. Mijn ervaring is dat deze krachten en emoties ook zichtbaar, maar vooral onzichtbaar zijn in organisaties, en waar BI projecten veel last van kunnen hebben. Business Intelligence gaat ten diepste om integraal management en samenwerken. De afdeling komt niet meer centraal te staan, maar het proces, de klant en de strategie. Bij echt succesvolle BI werkt finance (Bush) dan ook goed samen met hrm (de Dalai Lama), en de accountmanager (klanten) met de dronken monnik (processen). En dan kan zich het volgende beeld ontvouwen: de vier vakken in het kwadrant vertonen sterke gelijkenis met de vier perspectieven van de balanced scorecard. Daar is het mij om te doen: van finance tot hrm de kritische succesfactoren, verbanden en essentie ontdekken van de organisatie.
Je gaat het pas zien als je het doorhebt. Met dank aan Johan Cruijff, George Bush en de Dalai Lama. Tijd om na deze vergezichten te gaan slapen. Het is inmiddels 23.45 geworden.
Managing Partner Passionned