Europa richt zijn aandacht opnieuw op netwerken en infrastructuur. Glasvezel staat weer in de belangstelling, zeker nu de Europese Commissie wellicht geen bezwaren meer heeft tegen investeringen door regionale overheden. Dat bleek op het jongste FttH-congres (Fiber to the Home) in Wenen.
Het opmerkelijkste nieuws kwam van Viviane Reding, Eurocommissaris voor ‘Information Society and Media’. Zij gaf aan dat de Europese Unie wellicht afstapt van neutraliteit ten opzichte van technologie. Hoewel ze het niet in die woorden zei, was de boodschap voor de toehoorders een signaal dat de EU meer dan geïnteresseerd is in glasvezelontwikkelingen. Reding kan een omschakeling in het beleid verantwoorden door te wijzen op de dringende behoefte aan daadkracht met betrekking tot de concurrentiepositie van Europa.
“Dat Europa in diverse onderzoeken naar breedbandpenetratie naar voren komt als een vooraanstaande regio, komt onder andere door de positie die de EU tot nu toe innam”, verklaarde Reding. “De concurrentie op infrastructuur was totnogtoe niet slecht, maar we moeten verder indien we de strijd met regio’s als de VS en Japan/Zuid-Korea willen voortzetten.”
Reding wil meer investeringen, maar begrijpt dat de regelgeving aangepast moet worden. Ze gaat de strijd aan met nationale instanties die het doorvoeren van regels afremmen om monopolistische infrastructuren van dominante operatoren te beschermen.
Nieuw zwaartepunt
In 2005 lag het zwaartepunt bij content, maar in deze sector is volgens de Eurocommissaris de richting gegeven en zal de industrie het overnemen. Voor 2006 wil zij zich niet langer op content richten, maar op infrastructuur.
Nu blijkt dat de glasvezelinvestering van de overheid waarschijnlijk niet langer als staatssteun wordt beschouwd, steken heel wat steden hun licht op. In Nederland zijn Amsterdam en Nuenen koplopers. Ook Scandinavische steden, waaronder Stockholm, hebben een eigen glasvezelnetwerk uitgebouwd. Parijs wil het Amsterdamse model kopiëren. Wenen heeft eveneens plannen. Alles staat of valt echter met de definitieve beslissing van de EC over de financiering.
De gemeente Amsterdam wordt bij goedkeuring een van de aandeelhouders van Glasvezelnet Amsterdam. Daarin participeren naast de stad (eenderde) ook vijf woningcorporaties (eenderde) en ING (eenderde). Eind vorig jaar gaf de gemeenteraad unaniem zijn goedkeuring aan het FttH-project voor ongeveer veertigduizend aansluitingen. Dat is goed voor 10 procent van de stad. Als de test succesvol is, wordt dat later uitgebreid tot de hele stad (450 duizend woningen).
Sinds 1 januari moeten de gebruikers betalen. Voor alle drie de aangeboden diensten (internet, telefonie en radio/televisie) blijft 70 procent abonnee. Internet scoort zelfs meer dan 90 procent. “Laat de consument maar wennen aan de snelheid en vooral de unieke diensten die alleen toegankelijk zijn op zo’n snel netwerk. Dan wil niemand meer terug”, vertelt Paul Naastepad, ex-voorzitter van FttH Council Europe en managing director van Emtelle Europe. Hij verwacht dat glasvezel aan een behoorlijke opmars in Europa begint.
Meerlagenmodel
“In de Verenigde Staten blijft de investeerder voor een langere periode eigenaar van het netwerk en mag hij zelf bepalen onder welke voorwaarden derden gebruik mogen maken van de infrastructuur”, vertelt Naastepad.
In Duitsland heeft de regering een aanvraag van Deutsche Telekom voor een investeringsbescherming naar Amerikaans voorbeeld recentelijk goedgekeurd. Dat schoot de EU in het verkeerde keelgat. Reding waarschuwde dan ook dat “de beslissing over de juiste balans tussen concurrentie en investeringsbeslissingen niet langer enkel een nationaal item is”.
Als het aan de EC ligt, volgt Europa een andere lijn. De EC is voorstander van het meerlagenmodel waar Citynet in Amsterdam een voorbeeld van is. De investeerders zijn aandeelhouder-eigenaar van de fysieke infrastructuur, maar moeten toegang gegeven aan diensten- en contentleveranciers, zodat de gebruiker keuzevrijheid heeft. Er wordt immers maar één glasvezelnetwerk aangelegd, en niet meerdere naast elkaar. Dit botst met de belangen van bestaande telecombedrijven, dus stappen andere partijen in. Door deze trend komen de telecombedrijven langzaam maar zeker tot inkeer. KPN is bijvoorbeeld gestopt met het aanleggen van koperverbindingen naar nieuwe huizen. Het legt alleen nog maar glasvezel aan.
De kip of het ei?
Volgens Paul Naastepad, ex-voorzitter van FttH Council Europe, slaat ‘Fiber to the Home’ tot nu toe niet echt aan vanwege twee problemen. Het belangrijkst is de regelgeving. Die wordt nu aangepakt, en dat motiveert investeerders. “Die zien dat het nu gaat gebeuren. ING is in Citynet gestapt. Tot nu toe was dat geen reden tot paniek bij ABN Amro of de Rabobank, maar nu de plannen doorgaan, zoeken andere banken soortgelijke projecten.”
“Nu op het punt van regelgeving verschuivingen plaatsvinden, wordt ook het andere probleem kleiner. Netwerkbouwers wijzen op het feit dat er geen diensten zijn die zoveel bandbreedte behoeven, terwijl contentontwikkelaars niet verder willen denken zolang er geen infrastructuur is. De netwerken komen er nu aan. Tegelijkertijd staan grote contentbedrijven op. Walt Disney bijvoorbeeld heeft de Europese breedbandaanbieders gevraagd haast te maken met het aanleggen van snellere en intelligentere netwerken, zodat het zijn interactieve diensten kan aanbieden.”
@05-Bodytext: