Een antispyware-wetsvoorstel in de Amerikaanse staat Oklahoma blijkt bedrijven uitzonderingen te bieden. Het voorstel is dan ook opgesteld met medewerking van Microsoft die al eerder bij antispam-initiatieven uitzonderingen bepleitte.
De Computer Spyware Protection Act, die nu in behandeling is, blijkt niet van toepassing op telecombedrijven, kabelmaatschappijen, hardware- en softwareleveranciers en aanbieders van informatiediensten indien zij monitoring van of interactie met computers en/of netwerken willen. Dit moet dan wel zijn met als doel het bekijken of repareren van het product of de dienst die zij leveren. Dit meldt de Oklahoma Gazette.
Dat bekijken of repareren lijkt een legitiem doel, maar het wetsvoorstel licht toe dat bedrijven hiermee het recht hebben computers en netwerken te 'betreden' om ongeautoriseerd gebruik, fraude-prakijkten en andere illegale activiteiten te detecteren en voorkomen. Dit 'huiszoekingsbevel' voor computers geeft ook het recht te scannen op software die onder deze wet valt én die te verwijderen.
Tegenstanders en critici, waaronder het Electronic Privacy Information Center in Washington, stellen dat dit wetsvoorstel online-spionage – en zelfs ingrijpen – daarmee goedkeurt voor bepaalde partijen. Bovendien zouden dit soort clausules opgenomen zijn of nog worden in licentie-overeenkomsten voor software. Indien eindgebruikers hier niet mee akkoord gaan, moeten zij de overeenkomst afwijzen waarmee ze de software niet kunnen installeren.
Ondertussen zijn meer Amerikaanse staten bezig met antispyware-wetgeving, al dan niet in samenwerking met ict-bedrijven. Ook hier is de grens tussen spyware, updates en beveiliging soms mistig.