Wel eens op een vliegveld zitten wachten, of in de lobby van een hotel als iemand een roomwitte iBook uit zijn of (vaak) haar tas te voorschijn haalde en openklapte? En dan op de ogen en gezichtsuitdrukking van de omstanders gelet? Precies. Zo’n iBook is vandaag meer een fashion statement dan een laptop. Dat is typerend voor Apple, dat zijn dertigste verjaardag viert: alles draait om lifestyle.
Natuurlijk, je kunt bij Apple nog steeds een Xserver G5 kopen voor 3.999 dollar met Dual 2.3 GHz PowerPC G5, 512K L2 cache per processor, 1.15 GHz system bus per processor, 1 GB DDR400 ECC SDRAM (maximaal 16GB), 80 GB serial ATA drive, dual Gigabit Ethernet en combodrive. En het besturingssysteem Mac OS X Server v10.4 kun je voor 999 euro ook los kopen (voor een onbeperkt aantal clients). Maar eerlijk is eerlijk: voor de populariteit en het voortbestaan van het merk Apple is een download van ‘Beep’ van de Pussycat Dolls uit de iTunes Music Store à 99 eurocent veel en veel belangrijker, zeker als die track vervolgens wordt afgespeeld op een zwarte iPod nano van 159 euro. Apple is nog maar nauwelijks een it-leverancier te noemen, het is een consumer brand geworden.
Hoopvolle resultaten
De cijfers spreken boekdelen: het laatste kwartaal van 2005 was het beste kwartaal ooit van Apple met een omzet van 5,75 miljard dollar, 65 procent meer dan het jaar ervoor. De kwartaalomzet van de iPods (1,74 miljard dollar) overtrof die van de desktops en de laptops tezamen (1,72 miljard). Het bedrijf verkocht in drie maanden 1,25 miljoen Macintosh computers (20 procent groei) en 14 miljoen iPods (207 procent groei). Apple heeft nu 135 winkels en daar komen er in de loop van dit jaar veertig bij. De winkelomzet bedroeg in het kerstkwartaal meer dan een miljard dollar. iPods worden op 35.000 plaatsen in de wereld verkocht.
Sprekende cijfers
De muziek- en videocijfers zijn zo mogelijk nog sprekender. De downloadshop iTunes en andere muziekgerelateerde activiteiten zijn goed voor 490 miljoen dollar omzet. De iTunes Music Store bevat inmiddels meer dan 2 miljoen muziektracks, 25.000 Podcasts en 2.000 muziekvideo’s en tv-shows van omroepgigant ABC en Disney. Volgens de Nielsen SoundScan was de internetwinkel iTunes goed voor 83 procent van alle legaal gedownloade muziek in de maand december.
Indrukwekkende getallen, maar ze lijken eerder van een mediabedrijf te komen dan van een it-leverancier. Apple is nog steeds goed voor een aandeel van rond de 2,5 procent van alle verkochte computers en laptops. Maar die krijgen meer en meer de functie van downloadstation voor video, foto’s, podcasts en muziek, die vervolgens worden bekeken en afgespeeld op de iPod in al zijn varianten.
Bill Gates heeft een aantal jaren geleden al eens de ‘Slag om de Huiskamer’ aangekondigd. Met de Windows Media Player, maar vooral met de Windows XP Media Center Edition 2005. Mét afstandsbediening en draaiend op speciaal gecertificeerde, goed uitgeruste computers. HP en een aantal andere leveranciers hebben het naarstig geprobeerd, maar een groot succes lijkt het niet te worden.
Niet dat de eerder deze maand aangekondigde iPod Hi-Fi stereo-installatie nou zo’n schoonheid is, maar Apple heeft duidelijk veel meer kaas gegeten van het maken van consumentenproducten en -software. Ik weet nog hoe geïmponeerd ik zelf was door de eerste iTunes-software voor Windows. Bij de eerste generaties iPods leverde Apple nog Jukebox-software mee van Musicmatch om de muziekbestanden te organiseren en de iPod op te laden. Toen kwam iTunes: gebouwd op het platform van de ‘vijand’, gelikt als alle Apple-software en (vooral) met een razende snelheid door 18 GB aan muziekfiles scrollend.
Spraakmakende vormen
Het is juist die mix van technisch hoogstaand ontwerp en spraakmakende vormen die altijd het wezenskenmerk is geweest van Apple Computers. En niet te vergeten van Steve Jobs, de oprichter en huidige ceo van het bedrijf. Het visionair vermogen van Jobs gekoppeld aan het technisch vernuft van Steve Wozniak resulteerde in april 1977 in het eerste wereldwijde succesnummer van Apple, de Apple II.
Wie na een tijdje rondkijken in het Palo Alto Research Center (PARC) van Xerox naar buiten komt met het idee ‘daar ga ik verkoopbare producten van maken’ en vervolgens in een paar jaar tijd met de grafische scherminterface, het bureaublad met de klikbare icoontjes, de muis en de laserprinter op de proppen komt, die heeft verstand van innoveren. En laten we wel wezen: die weet ook van goed uit zijn ogen kijken en kopiëren van ideeën. En heeft dan ook nog het geluk dat briljante mensen kennelijk meekrijgen: namelijk dat Xerox zich nooit raad heeft geweten met de schatkamer aan innovaties die ze met PARC in huis hadden.
Jobs weet van innoveren en van de kracht van industrieel ontwerp. De Apple mini, een klein vierkant aluminium blik waarin een computer huist, zet iedereen zo bovenop zijn hifitorentje in de huiskamer. Hij ziet er prachtig clean uit, is fluisterstil en bovendien zoals alle nieuwe Macs voorzien van een Intel Core solo- of duo-processor. Het is juist die eenheid van fraai ontwerp en technologische innovatie die Apple zo uniek maakt. De huiskamer is van Steve Jobs, niet van Bill Gates. Hoewel, altijd voorzichtig blijven met Microsoft: nog niet van Bill Gates.
Naast een gedreven innovator en propagandist van gewaagd industrial design is Steve Jobs ook een buitengewoon gewiekst zakenman, die feilloos de enige niche lijkt te hebben gevonden die Michael Dell nog aan zijn concurrenten laat. Weg van de heilloze ‘me too’ aanpak die de perfecte Thinkpads van IBM in Chinese handen speelde of het machteloze gespartel van HP met zijn zakelijke en consumenten-pc’s in de klauwen van het prijsmonster uit Round Rock, Texas. Ook een innovator, maar dan van het directe verkoopmodel en van de hyperefficiënt ingerichte productie- en inkoopprocessen.
Hondstrouwe klanten
Apple blijft daar verre van. Gesteund door een hondstrouwe familie van klanten, vooral in de wereld van grafische media, video, film en geluid blijft Apple een behoorlijke premie vragen (en krijgen) voor zijn prachtig vormgegeven producten. Byte voor byte, inch voor inch, Gigahertz voor Gigahertz gemeten zijn die minder dan de concurrentie, maar wel duurder. Een economisch mirakel dat zich alleen laat verklaren uit de succesvolle branding van Apple, een van de meest bekende en beroemde merknamen en logo’s ter wereld.
Marktonderzoekers als Gartner waarschuwen al langer voor de omstandigheid dat de it-markt statisch is geworden en vooral een vervangingsmarkt. De enorme groei is er uit. Alle aanbieders worstelen er mee, met twee grote uitzonderingen: Dell en Apple. Dell pakt per jaar een groter marktaandeel van de koek die in omvang gelijk blijft en groeit nog steeds. Apple heeft geen last van de verzadiging op de it-markt omdat… de onderneming zich niet meer op de it-markt bevindt.
Tot nu toe hebben we het vooral over de hardware van Apple gehad; als we naar de Apple-software kijken wordt pas goed duidelijk hoe knap de Apple-strategie in elkaar steekt. De besturingssystemen van Apple zijn altijd van hoge kwaliteit geweest. Dat is des te meer het geval sinds de komst van Mac OS X in 2001. Dat besturingssysteem is gebaseerd op de Mach kernel en de FreeBSD-implementatie van Unix, die beide geïncorporeerd waren in Nextstep, het objectgeoriënteerde systeem ontwikkeld door NeXT, het bedrijf dat Jobs oprichtte nadat hij bij Apple moest opstappen.
Naadloos aansluiten
Bovenop de mogelijkheden van dat besturingssysteem is Apple gaan bouwen aan een nog steeds groeiende familie van softwareprogramma’s die één ding met elkaar gemeen lijken te hebben: ze zijn supereenvoudig te installeren en te gebruiken en sluiten naadloos aan bij wat een gewone consument met zijn Apple wil: video, audio, muziek maken, foto’s, chatten, presentaties maken.
Aan de kantoorapplicaties van een office-suite waagt Apple zich al lang niet meer: de dagen van Claris liggen ver achter ons. Die naam leeft alleen nog een beetje voort in de databasesoftware van FileMaker. En voor de Apple incrowd is er ook nog zoiets als iWorks dat de illusie van een Office suite moet hoog houden.
Microsoft van zijn kant heeft plechtig beloofd nog jarenlang zijn Office-suite voor de Mac te blijven updaten en dat was dus geregeld. Jobs investeert dan weer wel in Safari, een eigen browser. Die browser kwam er omwille van de toegang tot zijn eigen iTunes shop en de .Mac community die in opbouw is op het fundament van de grote schare Mac-getrouwen in de wereld.
iPhoto, iTunes, iLife-suite, GarageBand, iDVD; de lijst van softwareproducten gericht op de moderne consument is groot en groeiend. Ze werken allemaal mee aan het overeind houden en uitbouwen van het imago van een bedrijf dat het leuk vindt om zijn klanten te plezieren. Bijna geen merk heeft zo’n niet te besmeuren sfeer van blijheid en vrolijkheid om zich heen hangen als Apple. En dan helpt het natuurlijk in de strijd tegen Microsoft dat je zelf een ceo hebt die uitstekend op een podium kan presenteren en de ander totaal niet.
Een etalage in Cambridge
En presenteren, dat is waarom het draait als je een lifestyle brand als Apple in de lucht wilt houden. Overal ter wereld en dus ook in Cambridge, Massachusetts. Ik was daar een paar uurtjes aan het winkelen en wilde ook even langs de Apple Store. Die in Cambridge is prachtig, de etalage nog mooier. Een vijftien meter brede klassieke Amerikaanse boekenkast van gepolitoerd hout, tot de nok gevuld met boeken met leren banden. Niet echt, maar net echt, want geschilderd op een oprolbare achterwand. Aan de zijkant een houten trapje om de tweede etage van de boekenkast te bereiken, wel echt ditmaal.
Voor de boekenkast staan twee glazen standaards; verder is de etalage vóór de boekenkast helemaal leeg. Op de standaards twee opengeklapte PowerBooks, een van 12 inch en een van 17 inch. Nonchalant leunt een (bijna) handgeschilderd bordje tegen de grootste van de twee schermen: ‘All the books you will ever need’. Kijk, zo verkoop je lifestyle, ook op je verjaardag.n