Het eind 2004 gesloten, vijfjarig megacontract tussen Philips en Dell voor het leveren van computerapparatuur en beheerdiensten is ontbonden. Beide partijen konden het niet eens worden over de ontwikkeling van het concept van de 'wereldwijde werkplek'.
Dell kwam eind 2004 met Philips overeen om 75.000 werkplekken in zestig landen in te richten. In het kader van de vijfjarige overeenkomst met een waarde van 700 miljoen dollar zou het computerbedrijf zorg dragen voor de hardware, het inregelen van de software ('packaging') en het beheer ervan. Dell trok als onderaannemers Atos Origin en Getronics aan.
Het Nederlandse elektronicaconcern wilde via de wereldwijde standaardisatie van zijn werkplekken komen tot efficiency- en kostenbesparingen. Het ultieme doel: te komen tot een virtuele wereldwijde werkplek waarop werknemers overal en altijd konden inloggen.
Philips en Dell hebben het afgelopen jaar samengewerkt aan de ontwikkeling van het programma Glow: Global Workplace. Een zegsman van Philips zegt dat beide partijen tot de conclusie zijn gekomen dat het wereldwijd invoeren van een gestandaardiseerde werkplek niet haalbaar is. "De 'one size fits all'-strategie bleek wereldwijd niet handig. Er bestaan in de praktijk toch teveel regionale verschillen om daarvoor één gecentraliseerde desktopomgeving te bouwen."
Hij zegt dat Philips nog geen besluit heeft genomen over hoe nu verder te gaan, maar de kans is groot dat het elektronicaconcern voor regionale desktop-vernieuwingsprojecten kiest. Volgens de woordvoerder heeft Philips geen plannen om een schadeclaim in te dienen bij Dell. "Wij zijn in onderling overleg uit elkaar gegaan. Bovendien blijft Dell een van onze technologieleveranciers."
Naar verluidt lijdt Getronics door het niet doorgaan van het contract een strop van 80 tot 90 miljoen dollar. Atos Origin zegt de klap te kunnen opvangen met ander werk bij Philips en door mensen bij andere contracten in te zetten.
Zie ook 'Philips ontbindt megacontract' in de Computable van afgelopen vrijdag (week 7 2006).