De Belgische bank KBC was niet tevreden was over de functionaliteit van op de markt beschikbare softwaredistributie-oplossingen. Het besloot daarom eigen software te schrijven in Java. Het resultaat is een product dat ook derden uitkomst kan bieden. In een Belgisch-Ierse samenwerking met Beleir is het pakket DeployDirect ‘gecommercialiseerd’.
Grote ondernemingen van tegenwoordig zijn vaak resultaat van fusies, overnames, noem maar op. Daarbij worden vaak ook hele computerparken mee overgenomen naar de nieuwe onderneming. Het resultaat is een mengelmoes van platformen voor allerlei doeleinden. Voor de verantwoordelijke systeem- en netwerkbeheerders is zoiets een echte nachtmerrie. Er is immers vaak geen mogelijkheid om een standaard tussen oud en nieuw op te leggen, en zelfs relatief simpele dingen als data- en softwaredistributie worden ingewikkeld of zelfs vrijwel onmogelijk.
Het dilemma
Softwaredistributie kan op veel manieren. De meestgebruikte manier is dezer dagen het verspreiden van images of beeldkopieën. Dat is echter alleen maar bruikbaar als we praten over identieke hardware. Als men zevenduizend exact dezelfde pc’s met Windows 2000 Professional moet uitrusten, is een imagedistributie het handigst. Maar wat als het wel om functioneel ongeveer gelijkwaardige pc’s gaat, doch om de paar duizend of – huiver – om de paar honderd pc’s een ander merk en type voorhanden is? Dan moet men er al per pc-soort een image maken en die dan naar de juiste groepen definiëren. Vaak is dat echter niet zo praktisch.
De kern * Geschreven in Java2 is deze oplossing voor softwaredistributie werkelijk platformonafhankelijk. * Beheer steekt logisch in elkaar en een beheerder heeft dit snel onder de knie. |
Java
Het besluit werd genomen zelf een distributiesysteem te ontwikkelen. In Java geschreven draait de software op alle platformen die Java ondersteunen. Zowat alle besturingssysteem van de laatste tien jaar ondersteunen Java en zelfs Java2. Serverprocessen, clientprocessen, gui-processen, ze zouden op elk willekeurig platform moeten kunnen draaien en dat lukt als ze allemaal in Java geschreven zijn.
De eisen gingen echter veel verder. Distributies moeten onderworpen zijn aan rolgebaseerde regels, onderbrekingen en probleemloze herstarts moeten mogelijk zijn net zoals bandbreedtebeheersing en verregaande automatisering. Op het verlanglijstje stonden ook gecentraliseerde bewaking van alle stappen van de lopende processen, hardware- en software-inventarisatie, flexibele pakketaanmaak met versiebeheer, scripting, ondersteuning voor msi en rpm en real-time ondervraging van computers over hun pakketinstallatiegeschiedenis.
De ondersteuning van meerdere omgevingen en beheersbare opwaardering van pakketten naar een hogere omgeving spreekt hierbij als het ware vanzelf. Uiteraard moest er ook nog samengewerkt kunnen worden met eventueel reeds in het bedrijf aanwezige beheersuites. KBC gebruikt de software zelf voor het beheer van meer dan dertienduizend computers. Het Belgisch-Ierse bedrijf Beleir paste de software aan, zodat het geschikt is voor willekeurige bedrijven en brengt het op de markt onder de naam DeployDirect. Het wordt in Nederland gedistribueerd door Raxco Software Netherlands.
Architectuur
DeployDirect werkt vanaf tien servers (of diensten, zo u wil) en kan naargelang de behoefte op één of meerdere fysieke servers worden geïnstalleerd. Omdat de diensten in Java geschreven zijn, mag men als onderliggend serverbesturingssysteem zowat alles gebruiken. Dat geldt ook voor sturingen en agenten. Het spreekt vanzelf, dat de bepaalde configuraties zullen verschillen afhankelijk van of DeployDirect op zichzelf staand wordt gebruikt of als aangeefluik bij een andere beheersuite.
Een sturing communiceert met een product van derden. Zo is er een Tivoli-sturing om DeployDirect-aanvragen via scripts te vertalen naar Tivoli-bevelen. De meest gebruikte is de Algemene Sturing (General Driver) en die ‘praat’ met DeployDirect agenten. Er zijn nog meer sturingen, maar het voert te ver om deze allemaal te noemen.
DeployDirect maakt gebruik van een drielagen-architectuur. De eerste laag is de functionele laag en die omvat alle processen (of servers) die alle zakelijke logica en regels voor de applicatie voorzien. Alle gebruikersinterfaces werken met deze laag. De tweede laag is de vertaallaag en, zoals de naam al aangeeft, vertaalt die functionele berichten en aanvragen naar productafhankelijke. Dit gebeurt met behulp van sturingen. De derde laag is de productlaag en die bestaat uit een DeployDirect-agent of de eventueel in gebruik zijnde beheersuite van derden. DeployDirect is gebaseerd op een Java RMI-architectuur en dat betekent dat het compatibel is met alle Java2-platformen die kunnen communiceren via tcp/ip. Zoals eerder aangegeven omvat dat zowat alles wat sinds tien jaar op de markt is. Voor de database van DeployDirect kan men iedere JDBC- of ODBC-databaseomgeving gebruiken, maar het spreekt vanzelf dat JDBC-databases een betere prestatie bieden.
Control Centre
Het volledige DeployDirect systeem kan men uiteraard centraal beheren en bewaken. Dat begint bij het Control Centre (beheercentrale). Na het kiezen van de ‘New’-menuoptie verschijnt een lijst van beheermodules die men kan starten: Monitoring (bewaking, om het resultaat van een software-
Productinfo Product: DeployDirect Producent: Beleir Software Ltd., Ierland; http://www.beleir.com Leverancier NL: Raxco Software Netherlands, tel. +31 416 365141, http://www.raxco.nl Adviesprijs (excl. BTW): DD Endpoint: 35 euro (<1001) / 32,50 euro (1001-5000) / 30 euro (5001-20000) / 25 euro (>20000); opties: Advanced Release Management Module 2500 euro, Data Distributie Server Module 2500 euro Systeemvereisten: Java2-ondersteuning, netwerk |
Normaliter start men met het objectbeheer. Hier wordt vastgelegd welke besturingssystemen en softwarepakketten er allemaal geïnstalleerd worden en creeërt men de distrubutiepakketten. Met behulp van sjablonen kan de gebruiker instellingen die voor toepassingen vaak terugkomen, voordefiniëren zodat ze gemakkelijk telkens herbruikbaar zijn. De tweede stap is het aanvraagbeheer. In deze fase wordt een of meerdere van de aangemaakte pakketten gekoppeld aan een of meer machines en maakt de gebruiker er een installatieaanvraag voor aan.
Met behulp van de bewakingsmodule kan men alle gedefinieerde aanvragen opvolgen. Wij vinden het hele beheer logisch in elkaar steken en konden er zonder veel moeite mee overweg.
Maatwerk
Dit is duidelijk geen product dat men even in een winkel uit een rek haalt en daarom geeft de leverancier de eventueel benodigde ondersteuning. Het is mogelijk een speciale demonstratie aan te vragen of een DeployDirect-demo te downloaden. Maatwerk is mogelijk en men kan ook assistentie krijgen bij het samenstellen van de eigen pakketten. In het bijzonder tijdens de opstartfase is begeleiding vaak gewenst en kan de dealer helpen DeployDirect af te stemmen op de wensen of om die aan te passen aan specifieke omgevingen en behoeften.
Conclusie
Voor een volledig in Java geschreven oplossing is het verrassend wat DeployDirect allemaal kan inzake het ontplooien van software in een bedrijf. Er is een werkelijke platformonafhankelijkheid en de functionaliteit is een stuk groter dan zelfs bij grote jongens zoals Unicenter of Altiris. Als men software en data in een middelgrote tot grote onderneming moet distribueren en men overweegt daarvoor een softwarepakket aan te schaffen, dan mag DeployDirect op de shortlist zeker niet ontbreken .