FNV vindt het verplaatsen van ict-werk naar lagelonenlanden een minder grote bedreiging van de arbeidsmarkt dan velen vrezen. FNV Bondgenoten wil dat zowel werknemers als werkgevers zich goed voorbereiden op een mogelijke verandering van arbeid.
Moos-onderzoek Acht vakbonden uit zes EU-landen, waaronder FNV Bondgenoten, startten in december samen een onderzoek naar de gevolgen van ict-offshoring: Moos (Make Offshore Outsourcing Sustainable). Het onderzoek moet duidelijk maken hoeveel en welk werk uit Europa verdwijnt naar lagelonenlanden. Daarnaast willen de bonden uitpuzzelen wat binnen bedrijven aan offshoring vooraf gaat. Verder willen ze kunnen inschatten hoe ict-werk er in de toekomst uitziet. Het onderzoek kijkt vooral vooruit. De bonden willen het gebruiken om offshoring zowel economisch als sociaal draaglijk te maken. Vakbondsbestuurders moeten er steun aan kunnen ontlenen als ze met offshoring te maken krijgen. Het moet uitmonden in een netwerk voor kennis uitwisselen en beleid afstemmen. De deelnemende vakbonden kunnen een website, een handboek en enkele trainingsprogramma’s gebruiken om zich op offshoring voor te bereiden. FNV Bondgenoten hoopt de eerste resultaten van Moos eind september te presenteren op een conferentie over offshoring. |
Goedkoopste putje
Het is onvermijdelijk dat mensen op straat komen te staan omdat hun werk naar lagelonenlanden wordt geëxporteerd. Kiburg: “Voor sommigen heeft offshoring zeker pijnlijke gevolgen. We willen graag precies weten welke groep het kwetsbaarst is.” Het zwakst staan ict’ers met een mbo-opleiding, vermoedt ze. Niet iedere mbo’er zal met bijscholing een betere positie kunnen bevechten. “Scholing werkt niet voor iedereen, anders liepen er wel meer professoren rond.”
Kiburg verwijst opnieuw naar het RWI-onderzoek. Functieprofielen en eisenpakketten voor Nederlandse ict’ers zullen door offshoring veranderen. “Dat takenpakket wordt flexibeler, en sterker gericht op commerciële en communicatieve vaardigheden.” Ict’ers moeten ervoor zorgen dat ze veel kennis hebben van de bedrijfsprocessen van hun klanten, aldus de RWI. Slaagt de Nederlandse ict-sector erin die kennis en diensten te verbeteren, dan kan dit volgens de RWI zelfs goed zijn. “De concurrentiepositie en innovatiekracht groeien. Dat geeft de ict-sector een impuls.”
De Nederlandse bonden zijn druk bezig te bepalen hoe ze het best kunnen omgaan met offshoring. Het is niet de eerste keer dat de bonden te maken krijgen met het verplaatsen van werk naar lagelonenlanden. De textielindustrie bijvoorbeeld ging de ict lang geleden voor. Bedrijven die ict-werk willen verplaatsen, krijgen ook in die landen te maken met vakbonden, aldus Kiburg. “We zullen ervoor zorgen dat de internationale arbeidsregels worden nageleefd en dat er fatsoenlijk wordt beloond.”
Ze denkt dat ict-bedrijven de komende twintig jaar steeds opnieuw zullen doorschuiven naar het volgende lagelonenland. India rekent ze daar al bijna niet meer toe: “Daar gaat het jobhoppen door ict’ers veel sneller dan hier.” China doet nog maar net mee (“en het staat geen vrije vakbonden toe”), en Afrika is een vergeten reus, aldus Kiburg. “Het goedkoopste putje is nog niet bereikt.”