Miljoenen euro’s geven de grote softwareleveranciers per jaar uit aan research. Maar loont dit nog wel de moeite? Hoe innovatief zijn ze eigenlijk nog?
Allemaal kopen ze de laatste jaren aan de lopende band kleine leveranciers op. Na aanschaf integreren ze die nieuw verkregen software met hun eigen software en stelen daar later de show mee. Hun marketingafdelingen zijn uiteraard vele malen krachtiger dan die van die startups, waardoor de producten succesvoller zijn dan dat ze ooit hadden kunnen zijn. Maar waarom ontwikkelen die reuzen nog maar zo weinig zelf? Staan hun innovatieve mogelijkheden er zo belabberd voor?
Natuurlijk is de research van IBM nog baanbrekend als het om hardware gaat. Maar als het om software gaat voor het ontwikkelen van administratieve applicaties dan komen bijna alle vernieuwende producten bij kleine startups vandaan, die soms letterlijk vanuit een garage beginnen. Enkele jaren met de broekriem aan doorploeteren en dan in een keer veel geld verdienen omdat ze gekocht worden.
Microsoft wilde enkele jaren geleden de Olap en datawarehousemarkt betreden en kocht daarvoor de software van het Israëlische Panorama. Van SQL Server zijn we haast vergeten dat die ooit van Sybase is gekocht. De lijst is echter langer. Herinnert u zich Connectix, Groove Networks en natuurlijk Great Plains Software nog?
IBM kocht enkele jaren geleden Crossworlds en Holosophix om de WebSphere familie uit te breiden. Daarna kochten ze nog even Rational om betere ondersteuning voor UML en softwareontwikkeling te krijgen en recentelijk namen ze nog Ascential over om hun datawarehousingaanbod uit te breiden met een degelijk ETL-product.
Oracle kocht vorig jaar Collaxa en enkele maanden geleden Oblix. Beide producten maken het mogelijk dat Oracle op korte termijn een complete Enterprise Service Bus kan uitbrengen en hiermee de soa-markt kan binnenstappen. En recent kochten ze nog de TimesTen-databaseserver om een in-memory databaseserver te verkrijgen.
Ze geven veel geld aan research uit, maar ze moeten toch bij tijd en wijle gewoon de portefeuille opentrekken om op korte termijn een nieuwe specifieke markt in te kunnen stappen. En deze trend is niet enkele jaren geleden pas gestart. Bijvoorbeeld Bea Systems en IBM, nu beide dominant in de markt van Java-applicatieservers, hebben hun succesvolle producten (in)gekocht. Initieel is dus niets zelf ontwikkeld.
Lukt het deze giganten niet meer zelf? Zijn ze ondertussen zo groot en bureaucratisch geworden dat frisse, vernieuwende ideeën niet meer kunnen rijpen? Het lijkt er wel op.
Uiteraard zijn ze wel meesters geworden in het integreren. Vroeger bleken aangekochte producten nog wel eens stiefkinderen te worden die als aparte producten bleven bestaan. Maar dat kunnen we niet meer stellen.
Dus als u wilt weten wat de nieuwe producten van 2006 zullen zijn, dan moet u niet de grote jongens bellen. U moet de kleintjes bezoeken. Die zijn soms wel lastig te vinden, maar via internet moet dat te doen zijn. De grote leveranciers doen pas mee als de grote klanten de kleine leveranciers gaan bezoeken. Dan worden deze slapende reuzen wakker, ruiken geld, en slaan toe.
Misschien kunnen ze hun eigen research afdelingen beter sluiten en af en toe geld pompen in kleine startups met nieuwe, verfrissende ideeën. Als ze dan mede-eigenaar blijven, ligt de koopprijs later een stuk lager.
Rick F. van der Lans is onafhankelijk adviseur, een internationaal bekend spreker en auteur van diverse boeken, tevens gespecialiseerd in softwareontwikkeling, datawarehousing en internet.