Het subsidiebeleid van het ministerie van Economische Zaken wordt op een nieuwe leest geschoeid. Gisteren stuurden minister Brinkhorst en staatssecretaris Van Gennip van EZ hun notitie 'Sterke basis voor topprestaties, vernieuwde EZ-instrumenten voor ondernemers' naar de Tweede Kamer.
Binnen drie jaar moeten de instrumenten en de wijze van beleid maken en uitvoeren grondig zijn gemoderniseerd. Zo wil EZ het Nederlandse bedrijfsleven op weg helpen naar de innovatieve voorhoede van de Europese Unie. Het aantal regelingen wordt fors verminderd naar ongeveer zeven overzichtelijke instrumenten. Daarnaast moet geld gerichter worden ingezet en komen er minder loketten, zodat ondernemers makkelijker de weg naar kennis en kapitaal kunnen vinden.
De bestaande regelingen om kennis in te kopen rond ondernemen en innovatie (SKO/SKB, innovatievouchers, PSB en PESP) worden gestroomlijnd. Vraaggericht en eenvoudig is het doel van EZ. De recente ervaringen met innovatievouchers worden daarbij als voorbeeld gebruikt. Nationaal komt er een loket waar de voorlichting door SenterNovem, EVD, Octrooicentrum Nederland en Syntens wordt gebundeld.
Daarnaast zet het ministerie van EZ zijn beschikbare middelen gericht in op gebieden waar Nederland kansen heeft om tot de top te (gaan) behoren. Dat is een andere pijler onder de nieuwe aanpak, het 'programmatisch pakket' genaamd. Een aanpak die bij ict en energie reeds wordt gebruikt. De bewindslieden kiezen voor technologiën, gebieden en markten die in de toekomst een brede uitstraling hebben op een duurzamen Nederlandse economie.
Het huidige innovatiebeleid beantwoordt volgens Brinkhorst en Van Gennip niet genoeg aan de specifieke behoeften van de doelgroep. Bovendien wordt geld verdeeld over een groot aantal projecten op verschillende terreinen. Daarom wordt het merendeel van de bestaande subsidieregelingen voor innovatie vervangen door één regeling: de Innovatie-omnibus. De regeling Innovatiesubsidies Samenwerkingsprojecten gaat deze week van start. Begin juni wordt een tender opengesteld met een subsidieplafond van 19 miljoen euro, gericht op drie innovatiethema’s: Food & Flowers, High Tech Systemen & Materialen en Water. De maximale subsidie per project is een miljoen euro.