Amsterdam is één van de laatste gemeenten die nog met het rode potlood stemt. Of dat snel zal veranderen is de vraag, nu de Amsterdamse gemeenteraad haar voorkeur heeft uitgesproken voor een open source stemsysteem. Dat is er namelijk niet.
Begin juli heeft een meerderheid van de Amsterdamse gemeenteraad het amendement van Pvda-raadslid Peter Klerks over elektronisch stemmen aangenomen. Deze motie bepaalt dat de door het college voorgestelde invoering van een elektronisch stemsysteem met software die eigendom blijft van de fabrikant niet voldoet aan de minimale eis van transparantie en verifieerbaarheid. “Het mooie van openbare programmatuur (open source) is dat een gemeenschap van experts de ruimte krijgt om het stemsysteem te kraken. Dat komt de kwaliteit ten goede”, aldus Klerks.
Het college had in de begroting voor het komende jaar vierhonderdduizend euro vrijgemaakt voor de invoering van stemcomputers. “De gemeente had al geroepen dat er bij de volgende verkiezingen in 2006 computers gebruikt zullen worden. Het is misschien pijnlijk dat de raad de gemeente nu hierop terugfluit. Alleen zie ik de gemeente nog steeds die deadline wel halen, ook al moet het een systeem met openbare programmatuur systeem worden.”
Hard hoofd
Rob Kalse, hoofd verkiezingen bij de gemeente Amsterdam, heeft er een hard hoofd in dat de eis van de Amsterdamse gemeenteraad een verschil zal maken. “Het ministerie van Binnenlandse Zaken maakt het beleid voor de verkiezingen. Zij hebben de stemmachines van de twee bestaande leveranciers Nedap en SDU bij wet goedgekeurd. Het ministerie moet dan ook beleid maken voor stemsystemen op basis van openbare programmatuur. Ik zie de bestaande leveranciers dat niet leveren. Wat voor belang heb je erbij om je software gratis weg te geven?”< BR>