De rijksoverheid heeft vorig jaar beduidend minder uitgegeven aan de inhuur van externe ict-adviseurs dan het jaar daarvoor. De verschillende ministeries en agentschappen gaven hier in 2003 18 procent minder aan uit dan in 2002.
Dit blijkt uit het sociaal jaarverslag van het Rijk over 2003 dat minister van Binnenlandse Zaken Johan Remkes vorige week woensdag naar de Tweede Kamer stuurde. Op deze derde woensdag in mei, Gehaktdag geheten, legt de regering verantwoording af over het gevoerde beleid en het financiële resultaat van het voorgaande jaar. In 2003 huurden de verschillende ministeries voor een kleine 264 miljoen euro aan automatiseringspersoneel in. Een jaar terug besteedde de rijksoverheid hier nog 322 miljoen euro aan. De daling is enigszins geflatteerd, omdat een aantal departementen, waaronder het ministerie van Verkeer en Waterstaat, nog geen relevante informatie over 2003 heeft aangeleverd. In 2002 gaf dit ministerie hier zeven miljoen euro aan uit.
Toch zijn de ict-inhuurkrachten bij het rijk minder hard weggesnoeid dan extern personeel op andere posten. Organisatieadviesbureaus zijn veel harder geraakt doordat de uitgaven aan extern advies in 2003 met 63 procent daalden. De inhuur van ict-personeel bepaalt nog steeds meer dan de helft van de kosten voor extern personeel bij de rijksoverheid. Het kabinet is er niet gerust op dat de daling van die kosten doorzet. Het wil een gedragscode opstellen voor situaties waarin wel en niet beroep gedaan mag worden op extern personeel. De code wordt deze zomer naar de Eerste en Tweede Kamer gestuurd.
Zorgenkindjes
De Rekenkamer constateert opnieuw dat het onder het ministerie van Binnenlandse Zaken vallende agentschap ITO zijn zaakjes in 2003 nog steeds niet op orde had. ITO, verantwoordelijk voor automatiseringszaken bij de politie, ontbeert nog steeds een deugdelijke financiële verantwoording. Het positieve resultaat van 5,5 miljoen euro over 2003 valt daarom niet goed te verklaren. Ook zijn in 2003 een aantal belangrijke EU-aanbestedingsfouten geconstateerd bij het agentschap. De Rekenkamer waarschuwt dat deze oude pijnpunten, die het ook al constateerde in 2002, de nodige aandacht verdienen, zeker nu ITO opgaat in het ISC.
Ook geeft de Rekenkamer BZ een veeg uit de pan over het gevoerde informatiebeveiligingsbeleid. Een zeer beperkt aantal ministeries leeft het voorschrift informatiebeveiliging Rijksdienst na. Dit voorschrift uit 1997 bepaalt dat ministeries een beveiligingsbeleid moeten hebben, en een plan en maatregelen om dit beleid in praktijk te brengen. De meeste ministeries hebben inmiddels wel vastgesteld wat hun standaard beveiligingsniveau is. De inbedding van informatiebeveiliging in de reguliere bedrijfsvoering voldoet bij veel ministeries nog niet aan de voorschriften. De Rekenkamer dringt erop aan het toezicht op dit voorschrift te verbeteren of het op uitvoerbaarheid na te kijken en aan te passen. < BR>