Leveranciers van ict-apparatuur wenden zich in toenemende mate tot de consumentenmarkt. Het bedrijfsleven houdt immers nog steeds de hand op de knip; het wacht sterk economisch herstel af. De consument daarentegen is wel tot aankopen te verleiden.
Apple gaf het voorbeeld door zich sterker te richten op de consumentenmarkt. Daarbij lijkt het steeds meer op Sony, gigant in consumentenelektronica (ce) en daarnaast producent van laptops en een enkele desktopcomputer. Apple is steeds minder alleen maar computerfabrikant, zeker sinds de muziekspeler iPod aanzienlijk bijdraagt aan de omzet van de Macintosh-producent.
Een bijkomend nieuw fenomeen zijn de inkomsten uit de aan de iPod gekoppelde online muziekdienst iTunes. Die online muziekwinkel, vooralsnog alleen voor Amerikaanse gebruikers beschikbaar, overtrof eind april nog de voorspellingen van analisten. Analist Steven Milunovich van investeringsbank Merrill Lynch heeft daarop zijn verwachting van 8,83 miljard dollar omzet voor Apple bijgesteld naar 8,91 miljard. Ceo Steve Jobs meldt dat de dienst met winst draait. Milunovich schat die op zeventien miljoen dollar in het lopende boekjaar 2005 en op 34 miljoen in boekjaar 2006.
Consumenten blijken op jaarbasis 140 miljoen liedjes aan te schaffen bij iTunes. Tenminste, voor het oorspronkelijke tarief van 99 dollarcent. De muziekindustrie ruikt geld en verhoogt de prijs. Aanvankelijk wilden de platenmaatschappijen de stuksprijs ophogen naar 2,99 dollar, maar dat is bijgesteld naar 1,25 dollar. De vraag is of dit consumenten afschrikt. De plannen van veel andere bedrijven voor eigen muziekdiensten duiden erop dat de (potentiële) leveranciers omzetgroei verwachten.
Technofetisjisme
Een gegeven is dat de consument koopt, in tegenstelling tot het bedrijfsleven, dat slechts voorzichtig investeert in ict-middelen. Van een grootschalig economisch herstel is nog geen sprake. Het lijkt een vicieuze cirkel; bedrijven wachten met fors besteden op het sterk aantrekken van de markt en dat gebeurt niet doordat bedrijven bestedingen uitstellen. De marketingmachines van de ict-industrie doen hun best de voordelen van nieuwe producten, versies en methodieken over te brengen. De enthousiaste ict-manager die wordt tegenhouden door een zuinige financieel- of algemeen directeur kan echter geen gehoor geven aan de marketing- of techno-roep. Het uiteenspatten van de internet-zeepbel, waarbij opwaarderen naar de nieuwste technologie nodig was voor de basisbedrijfsvoering, is hier mede verantwoordelijk voor. Het technofetisjisme lijkt omgeslagen in wantrouwen: wat is de roi, zijn de eigendomskosten en zo meer?
Daarom richten de ict-ondernemers zich nu op de consument. Niet alleen wil die nieuwste technologie, hij kan die ook zonder overleg aanschaffen. Hoewel de economische malaise het bestedingsniveau heeft aangetast, net zoals bij bedrijven, koopt de consument, desnoods met ‘voordelige leningen’. Op hem gerichte initiatieven, producten en samenwerkingsverbanden duiken op als paddenstoelen uit de grond. HP heeft een iPod-samenwerking met Apple, terwijl het ook handcomputers en multimedia-apparatuur maakt met software van Microsoft. De ‘HP-pod’ (de definitieve naam is niet bekend) komt binnenkort op de markt (wanneer is eveneens onbekend). Apple verwacht hiervan niet direct een snelle toename van de verkoop; HP zou voornamelijk als distributeur dienen in regio’s buiten de VS. De iPod-partner zelf is aanmerkelijk optimistischer, hoewel hij geen omzetverwachtingen afgeeft.
Zo’n beetje HP’s grootste productaankondiging van de laatste tijd was de presentatie in augustus 2003 van een reeks consumentenproducten. President Carly Fiorina prees 158 nieuwe producten aan, waaronder printers, scanners, vhs-dvd-converteerders en digitale camera’s. De topvrouw zei toen al een snellere groei te verwachten uit de consumentenkant van haar bedrijf, terwijl de zakelijke kant bescheiden groei boekt. Vóór de overname door HP richtte pc-pionier Compaq zijn iPaq-handcomputers niet alleen op zakenmensen, maar ook op consumenten. Het nieuwe bedrijf zet die lijn voort.
Bovendien kruipen de diverse fabrikanten van handcomputers langzaam op naar het terrein van de mobiele telefoon. De hedendaagse gsm is met een digitale camera, Bluetooth, stemaansturing en andere snufjes al een computer. De convergentie lijkt dus logisch. De ingehaalde handcomputer-pionier Palm kocht niet voor niets Handspring, maker van pda-telefoons en ooit opgericht door oud Palm-topmensen.
Andere jasjes
Computerproducenten zoeken niet alleen elders hun heil, ze steken de persoonlijke computer ook in andere jasjes. Die vermomming is fysiek, met fonkelende en kleine systeemkasten, én functioneel, met bijvoorbeeld multimediasoftware. Een van de voortrekkers voor de verbreding van het pc-gebruik is vanzelfsprekend Microsoft. De maker van het marktdominante pc-besturingssysteem Windows zag de marktverzadiging aankomen en heeft in reactie daarop diverse initiatieven ingezet, waaronder de spelcomputer X-Box, de omvorming van de pc tot multimedia-apparaat en de uitbreiding van de pc om ook andere apparaten te omarmen. Het concern lanceerde in de VS in maart vorig jaar de Media Center-uitvoering van Windows XP, die het alleen levert op specifieke pc’s van geselecteerde computerfabrikanten. Dit apparaat moet de acceptatie van de pc in de huiskamer bevorderen en daardoor de omzet van Microsoft en de betrokken hardwarefabrikanten opkrikken.
De nieuwe versie van Media Center, van 2004, komt nu naar Europa. De Europese consument zou ook wel eens toe kunnen zijn aan een stereotoren-achtige pc voor het afspelen, opslaan en beheren van films, muziek, televisie-uitzendingen en foto’s. Microsoft en zijn hardwarepartners, waaronder HP, Fujitsu-Siemens, Packard Bell, Mycom, Sky en Dynabyte, komen in de tweede helft van dit jaar met Media Center 2004-pc’s.
Opvallender is dat begin dit jaar Microsoft zijn streven om de pc te verheffen tot centrum van al wat multimedia is enigszins liet varen. De softwareproducent laat de pc zeker niet vallen, maar biedt met zijn Extender- en Connect-producten voor Windows Media Center aansluiting op consumentenapparatuur. Dat is een aansluiting waarbij de pc niet per se de meester is.
Doorbraak
Deze uitbreiding van de ict-industrie naar consumentenelektronica speelt niet alleen op het niveau van de apparatenfabrikanten. Toeleveranciers van componenten gaan mee en doen het soms zelfs zonder de vertrouwde afnemers-partners. Intel ontwikkelt chipsets specifiek voor multimediatoepassingen. Het vertrouwt er niet langer op dat pc- en softwareproducenten de algemene pc-architectuur succesvol kunnen inzetten voor een taakgerichte toepassing als amusement. De nieuwe Prescott-processorkern en de aanstaande Grantsdale-chipset zijn hier voorbeelden van. De energiezuinige Centrino-processor wordt ook voorgeschoteld aan ce-makers.
Daarnaast verbreedt de processorreus zijn bereik door speciale chips te ontwikkelen voor handcomputers, telefoons en digitale hoge resolutie televisietoestellen. De huidige computer- en monitorproducenten kunnen die apparaten wellicht maken, de gsm-, ce- en televisiefabrikanten zijn daar in ieder geval toe in staat. Daar is weliswaar overlap, maar hoe dan ook een bredere afzetmarkt. Dat ziet ook een pc-maker als Dell, die zijn activiteiten al heeft uitgebreid naar digitale camera’s, handcomputers en printers, en in de VS ook naar televisietoestellen.
Ook prijst Intel, samen met de gebruikelijke pc-partners, nieuwe ontwerpen aan voor onder meer televisiecomputers. Dat idee is niet nieuw. Bijvoorbeeld Compaq en Gateway hebben dit jaren geleden al geprobeerd, met PC Theater en Destination Big Screen. Zij zijn daarmee echter op hun gezicht gegaan. De consument wou er niet aan, vooral vanwege de nogal hoge kosten vergeleken met losse media-apparaten als cd-spelers en televisies. De huidige beschikbaarheid van geïntegreerde chips die goed presteren belooft lagere prijzen en daardoor ditmaal wel een doorbraak naar de massamarkt.
Draadloos
Naast de apparaten zelf is er ook een flinke potentiële afzetmarkt voor het netwerken daarvan. Niet voor niets heeft netwerkreus Cisco het consumentenmerk Linksys en diens producten overgenomen. De mogelijkheden voor thuisnetwerken gaan verder dan alleen reguliere ethernet-verbindingen tussen computers. Draadloos is ook een actueel onderwerp. Het bedrijfsleven maakt zich bij draadloos – terecht – zorgen over de beveiliging en de beheerbaarheid ervan. De consument wil echter wel draadloze vrijheid met nu nog hogere snelheid.
De vroeg verschenen snelle a-variant van draadloos netwerkprotocol 802.11 is een stille dood gestorven; het was duur. Leveranciers positioneerden het daarom voor de zakelijke markt, maar het is daar niet grootschalig aangeslagen. De b-variant en de later verschenen snellere g-variant, die bovendien compatibel is met b, doen het beter, maar ook hier neemt de consument het voortouw. Leveranciers zien eveneens een gouden toekomst voor thuisnetwerken tussen andere apparaten dan alleen computers. Het tijdschriftenschap ligt inmiddels vol met artikelen over en advertenties voor andersoortige apparaten, bijvoorbeeld voor het draadloos afspelen van muziek die zich op een computer bevindt.
Instat/MDR spreekt van een duidelijke convergentie van de pc- en de ce-wereld. Dit onderzoeksbureau voorziet dat de wereldwijde omzet uit genetwerkte pc- en ce-apparatuur tegen 2008 is gegroeid naar 5,7 miljard dollar. Die groei baseert het niet alleen op hoop; duidelijke tekenen zijn volgens Instat de samenwerking van grote producenten, onder meer in de Digital Home Working Group, die sinds vorig jaar bestaat.
Dergelijke optimistische geluiden zijn al eerder geuit. Terwijl de consument relatief makkelijk tot kopen overgaat, geldt hetzelfde voor stoppen met kopen. De crux is dus de cyclus op te gang te krijgen én te houden, in ieder geval tot de bestedingen in het bedrijfsleven weer grootschalig op gang komen.< BR>