De invoering van de Belgische telecomwetgeving stond eind vorige week niet op de agenda van de federale ministerraad. Ze zal vermoedelijk pas na de zomer plaats vinden. België is door de Europese Commissie inmiddels voor het Europese Hof van Justitie aangeklaagd.
De implementatie van de nieuwe Europese richtlijnen had reeds in de lente van 2003 moeten gebeuren, maar toen bleek de timing niet haalbaar wegens de federale verkiezingen. Na heel wat bevoegdheidsgekibbel tussen economieminister Fientje Moerman en minister Freya Vandenbossche van consumentenzaken (er wordt nu toch samengewerkt), werd als deadline 5 maart 2004 voorgesteld, bijgesteld tot 2 april. Uiteindelijk zou het 300 pagina's tellende document vrijdag 30 april, door de ministerraad besproken worden.
Daarna moet het naar de Privacycommissie, vervolgens naar de Raad van State die nog een aantal wijzigingen zal opdringen, en dan nog naar het Parlement. Een invoering voor de zomer wordt dus nauwelijks haalbaar. Indien de verkiezingen van 13 juni ook nog invloed zullen hebben op de federale regering, lijkt de klus zelfs pas in de herfst of eind dit jaar te kunnen worden geklaard. Het ziet er overigens steeds meer naar uit dat België rekening moet houden met een veroordeling door het Europees Hof van Justitie.
Eén van de pijnpunten is de algemene dienstverlening. De telecomdienstverleners moeten op basis van hun marktaandeel bijdragen in dit fonds, dat naar verluidt 80 tot 90 miljoen euro groot wordt. Op het graafrecht (de aanleg van glasvezel) zouden geen bijkomende belastingen geheven worden. Ook de rol van de Raad van Mededinging staat ter discussie. “Als de Raad slechts gehanteerd wordt om procedures te vertragen, dan heeft het weinig zin. We moeten voor zoveel mogelijk flexibiliteit zorgen, Belgacom mag niet langer een blok aan het been zijn”, is de mening van een kabinetsmedewerker.