Velen zullen bij het implementeren van projectmanagement in hun organisatie gelijk denken aan Prince II. Bijna elke organisatie heeft echter behoefte aan maatwerk, meent Robert van der Veur.
Prince II: kikker of prins? De methodiek voor projectmanagement Prince II kent voor- en tegenstanders. Gebruikers Ron Seegers en Brigit Hendriks-van Winden zijn tevreden, maar wezen in hun artikel Succesvol veranderen vereist structuur wel op de haken en ogen van de methodiek. Michiel van der Molen kan voor een groot deel met hun bevindingen en adviezen meegaan, maar vindt dat het belang van het lijnmanagement te laag wordt ingeschat. Jos Keetels heeft een heel andere mening over Prince II. In zijn reactie in Computable (24 oktober 2003) op Elimineer het verrassingselement van John Roos, veegt hij de vloer aan met de methodiek. Dit is bij velen in het verkeerde keelgat geschoten. Hieronder de reacties: |
Veel organisaties vergeten dat de omgeving waarin we werken een dominante invloed heeft op onze prestatie. In een organisatie waar processen en procedures rond projecten nog niet zijn uitgekristalliseerd, zal de prestatie per projectmanager sterk variëren. Persoonlijke kwaliteiten zullen hier het prestatieniveau sterk bepalen. Echte projecthelden beschikken natuurlijk over zowel technische, sociale, commerciële, communicatieve en projectmanagement vaardigheden en zijn zeer ervaren. Voor organisaties waar projectmanagement niet, onvoldoende of verkeerd is geïmplementeerd, kan een projectheld het verschil uitmaken van het wel of niet behalen van het gewenste projectresultaat. Helaas wijst de praktijk uit dat er maar weinig projecthelden zijn en zeer veel zwarte pieten.
Het vervangen van de zwarte pieten, of alle zwarte pieten naar een Prince II-cursus sturen is niet de oplossing. Alleen het juist implementeren van projectmanagement in een organisatie zal ervoor zorgen dat ook anderen dan projecthelden succesvol zijn. En zelfs projecthelden kunnen soms wel eens hulp gebruiken.
Maatwerk
Velen zullen bij het implementeren van projectmanagement in hun organisatie gelijk denken aan Prince II.. Jammer, want hoewel Prince II een goede projectstandaard is, is deze maar voor weinig organisaties in de zelfde mate geschikt. Organisaties die relatief kleine projecten uitvoeren, zullen de methode snel te zwaar en te omslachtig vinden. Terwijl grote organisaties naast Prince II ook behoefte zullen hebben aan methoden voor programmamanagement en portfoliomanagement.
Bijna elke organisatie heeft behoefte aan maatwerk.
Een recente studie van het Project Management Institute (http://www.pmi.org) heeft ruim zeshonderd ‘best practices’ voor ‘organizational project management maturity’ (OPM3) onderkend. Dit wil niet zeggen dat alle organisatie alle zeshonderd ‘best practices’ nodig hebben, en evenmin dezelfde ‘best practices’. Ook is er niet één methode die alle ‘best practices’ dekt. Prince II bijvoorbeeld zal op zijn best maar driehonderd van de zeshonderd ‘best practices’ kunnen dekken. Dit is ook de reden waarom het niet verstandig is om Prince II blindelings te adopteren of waarom een Pino bij voorbaat geen slecht ding is.< BR>
Robert van der Veur