Uit onderzoek in opdracht van IBM en Peoplesoft blijkt dat software-applicaties bij bedrijven maar in beperkte mate zijn geïntegreerd. Wel is er volop beweging op dit gebied te zien.
De ‘return on investment’ op it-investeringen is een onderwerp dat steeds meer bedrijven hoog op de agenda zetten. Toch is er nog niet zo gek veel over bekend. Dit komt mede doordat veel bedrijven de roi op it-investeringen niet of onvoldoende meten. Uit eerder onderzoek kwam naar voren dat slechts 14 procent van het bedrijfsleven met betrekking tot de roi op it-investeringen zowel voor- als nacalculatie toepast. Alleen voorcalculatie, bij het opstellen van de budgetten, doet 19 procent. De resterende 67 procent berekent de it-roi op geen enkele wijze.
Onlangs heeft B2B Stratpartners een roi-onderzoek afgerond onder 79 bedrijven in de industrie, technische dienstverlening en groothandel in Nederland en België, variërend in omvang van vijftig tot meer dan duizend werknemers. Opdrachtgevers zijn IBM en Peoplesoft.
Bouw of pakket
De eerste vraag is wat de onderzochte bedrijven aan applicaties in huis hebben. Alle respondenten beschikken over software voor financiële toepassingen. Dat waren voor 95 procent aangekochte pakketten. Slechts 5 procent van de bedrijven ontwikkelt de financiële software zelf. Circa 80 procent van de bedrijven werkt met erp-, wm- en hrm-software (enterprise resource planning, werkstroom management, human resource management). Ook deze software wordt grotendeels in de vorm van bestaande pakketten aangeschaft. Dat geldt niet voor crm-software (customer relation management); bijna de helft van de bedrijven die ermee werken ontwikkelt deze programmatuur zelf. Hetzelfde geldt voor plm-software (product levenscyclus management). Van de onderzochte soorten programmatuur wordt plm-software het minst gebruikt; slechts 38 procent van de ondervraagde bedrijven werkt ermee.
Van de ondervraagde beslissers geeft 95 procent aan dat het integreren van applicaties toegevoegde waarde kan opleveren. Als voordelen noemen ze:
- besparingen op logistiek en transport;
- besparingen op de kosten van het beheer van de it-infrastructuur;
- beter in staat zijn verwachtingen te formuleren;
- betere interne communicatie;
- kleinere voorraden;
- verbeterde kwaliteitscontrole.
Barrières
In de praktijk komt van integratie nog niet veel terecht. Met 86 procent is scm-software (supply chain management) het meest geïntegreerd. Het minst geïntegreerd is plm-software met slechts 26 procent. Het zal geen toeval zijn dat dit ook de applicatie is die het minst wordt gebruikt. Ook hrm-software is met 27 procent nauwelijks geïntegreerd met andere applicaties.
Als barrières voor integratie noemen de respondenten:
- angst voor het verliezen van lokale flexibiliteit;
- gebrek aan vertrouwen tussen partners in het kanaal;
- een negatieve perceptie van veiling bij afslag;
- beperkte schaalvoordelen bij b2b e-commercie;
- de moeilijkheden bij de technische integratie van verschillende systemen;
- opwaarderen is duur door de grote mate van maatwerk;
- weerstand onder het eigen personeel.
Verschuivingen
Uit het onderzoek blijkt dat er de komende jaren grote verschuivingen zullen optreden in de mate van integratie van applicaties. Van de huidige toepassingen is op dit moment 40 procent intern ontwikkeld, 37 procent ‘best of breed’ en 23 procent een volledig geïntegreerde oplossing. Van de bedrijven die nu zelf software ontwikkelen geeft 29 procent aan dit in de toekomst te blijven doen. De overige 71 procent verlaat deze strategie; 56 procent wil overstappen op volledig geïntegreerde software. Van de bedrijven die ‘de beste in zijn soort’ applicaties gebruiken stapt 73 procent over op volledig geïntegreerde oplossingen. Alle bedrijven die op dit moment volledig geïntegreerde oplossingen gebruiken blijven dat in de toekomst doen.
Gefaseerde implementatie
Tot nu toe was de roi op investeringen in applicaties lastig te berekenen. ‘Big bang’ software-implementaties had vaak organisatorische ontwrichting tot gevolg en leidden mede daarom niet tot het terugverdienen van de investeringen. In de toekomst voeren organisaties de implementatie van programmatuur gefaseerd uit. De roi van iedere ingevoerde fase financiert de implementatie van de volgende. Volledig geïntegreerde applicaties hebben een open architectuur en voldoen aan open standaarden. Middleware-technologie helpt bij de integratie van toepassingen. Volledige geïntegreerde applicaties dienen voor primaire bedrijfsprocessen, terwijl ‘de beste in zijn soort’ programmatuur wordt toegepast voor secundaire bedrijfsprocessen.< BR>