Na negen kwartalen van afname is de omzet in de West-Europese servermarkt eindelijk weer gegroeid. Dat schrijft marktonderzoeker IDC in een nieuw rapport.
In het afgelopen derde kwartaal groeide de omzet van de Western Europese servermarkt voor het eerst sinds het eerste kwartaal van 2001. De kwartaalomzet bedroeg 2,9 miljard dollar, wat een groei inhoudt van 5,5 procent in vergelijking met vorig jaar. Dat is ook te danken aan de sterke positie van de euro ten opzichte van de dollar – als de koers van de dollar stabiel was gebleven, zou de omzet toch gedaald zijn.
Het aantal verkochte servers groeide wel erg sterk: er werden het voorbije kwartaal 312.325 servers verkocht, en dat zijn er 20,1 procent méér dan in dezelfde periode vorig jaar. De afname door het mkb droeg in grote mate bij tot dat grote aantal verkochte exemplaren. Door de concurrentiestrijd en de vele productlanceringen daalde de gemiddelde prijs van een server voor dit marktsegment met 12 procent in vergelijking met vorig jaar.
Naar omzet gemeten is IBM het voorbije kwartaal nummer één in de West-Europese servermarkt, met een omzet die ruim 16 procent groeide tot 927 miljoen dollar. Nummer twee HP verkocht echter het grootste aantal servers, maar ging qua omzet licht achteruit. Op de derde plaats staat Sun, dat wel de hete adem in de nek voelt van een goed presterend Fujitsu Siemens Computers. Dell deed het ook weer erg goed, met een 31 procent gegroeide verkoop van zijn Power Edge-servers. Maar door de scherpe prijzenpolitiek van Dell groeide zijn omzet slechts matig.
Zowel de Windows- als de Linux-servers gingen in grotere aantallen over de toonbank. Het marktaandeel van Windows (in verkochte aantallen) bleef even groot als in het voorgaande kwartaal, terwijl Linux licht vooruitging. Unix bleef ook stabiel, maar Netware ging licht oplaag. De omzet uit Windows-servers groeide het meest.