Een priegelscherm en veel te kleine knopjes maken spelletjes op de mobiele telefoon tot een ramp. Het Nederlandse Ex Machina is echter heilig overtuigd van het tegendeel.
[ klein maar fijn ] De beeldvorming van de Nederlandse ict-bedrijfstak wordt vaak gedomineerd door grote dienstverlenende bedrijven. In dat geweld dreigen kleinere bedrijven onderbelicht te blijven. Ten onrechte. Computable stelt ze stuk voor stuk aan u voor: van piepjong tot middelbare leeftijd en met nooit meer dan zo�n zeventig medewerkers. En altijd: Klein maar Fijn. Alle afleveringen: |
|
"Spelletjes op de mobiele telefoon worden binnen enkele jaren enorm populair." De oprichters en eigenaars van Ex Machina Jeroen Elfferich en Jacob van Duyn zijn overtuigd van hun zaak door de ervaring die zij opdeden met interactieve spellen en quizzen op internet. "Mensen hebben hun mobieltje altijd bij zich en er zijn genoeg momenten op een dag om de tijd te doden met een spelletje. Quizzen waarin iemand zijn kennispeil kan testen met andere internetters, springen optimaal in op de sociale functie van een mobiele telefoon", legt Elfferich uit.
Ontwikkelhulpmiddel
Ex Machina deed ervaring op met interactieve spellen toen het eind jaren negentig een Java-platform inrichtte dat ‘multiplayer gaming’ op internet-pc’s mogelijk maakte. Elfferich en Van Duyn stuitten op de noodzaak van zo’n platform toen zij in die periode een quiz voor de website van Amstel Bier maakten. De Macromedia-software die ze voor dit project gebruikten, bleek een ramp. Ze besloten een Java-platform in te richten dat het spelen van spelletjes via een Flash-module in de browser mogelijk maakt. Ex Machina exploiteert dit platform, dat ze Deus+ hebben gedoopt. Voor spelmakers staat een ontwikkelhulpmiddel klaar waarmee zij spelletjes voor het platform kunnen bouwen.
Ex Machina is voortgekomen uit deze Amstel-opdracht. Elfferich en Van Duyn kennen elkaar van de studie Kunstmatige Intelligentie aan de Universiteit van Amsterdam, waar ze beiden in 1993 mee startten. "Alle andere studenten waren nogal nerds, dus al snel zaten wij bij elkaar aan tafel", zegt Van Duyn. Beiden hebben hun studie niet afgerond. Het internetbedrijf Netlinq, dat ze naast hun studie begonnen waren, slokte al snel al hun tijd op. In 2000 deden de twee Netlinq van de hand aan het Zweedse Framfab en startten het nieuwe bedrijf om zich helemaal op de ontwikkeling van interactieve spelletjessoftware te kunnen storten.
Aandelen
Miljonairs zijn ze van deze transactie niet geworden. De twee werden bij deze transactie betaald in aandelen van de overnemende partij die pas na anderhalf jaar in contanten om te wisselen waren. Toen was het aandeel van Framfab net als dat van andere internetbedrijven al flink in waarde gekelderd. Volgens Elfferich hebben ze een leuk bedrag aan zes jaar werken overgehouden. Daarmee houden ze Ex Machina draaiende; de kosten gaan nu nog voor de baat uit.
Om de huurkosten laag te houden verhuizen ze in Amsterdam van kantoorpand naar kantoorpand. De zes medewerkers in vaste dienst worden aangevuld met minstens evenveel stagiairs. Zonder moeite overigens: het ontwikkelen van spelsoftware trekt veel studenten informatica aan.
Vijf mediabedrijven, waaronder de Vpro, gebruiken de spelsoftware van Ex Machina om interactieve spellen en quizzen op hun site aan te bieden. "We moeten naar het buitenland om het Deus+-platform te slijten. Uiteindelijk zal er een beperkt aantal Java-spelplatformen overblijven van de vijf die nu wereldwijd in de maak zijn", voorspelt Elfferich. De twee hebben nu een overeenkomst met een Nederlandse exploitant van een sms-platform, die nieuw brood ziet in het aanbieden van interactieve spellen. Om contractredenen kunnen ze de naam niet noemen. Nederlandse mobiele operators tonen nog weinig interesse, omdat beslissingen op dit vlak meestal in het buiten Nederland gelegen hoofdkantoor vallen.< BR>