"Het kan toch niet zo zijn dat de de facto standaard voor projectmanagement in ict-projecten niet bruikbaar is", vroeg ik me af toen ik ‘Prince II is totaal ongeschikt’ van Jos Keetels zag.
Prince II: kikker of prins? De methodiek voor projectmanagement Prince II kent voor- en tegenstanders. Gebruikers Ron Seegers en Brigit Hendriks-van Winden zijn tevreden, maar wezen in hun artikel Succesvol veranderen vereist structuur wel op de haken en ogen van de methodiek. Michiel van der Molen kan voor een groot deel met hun bevindingen en adviezen meegaan, maar vindt dat het belang van het lijnmanagement te laag wordt ingeschat. Jos Keetels heeft een heel andere mening over Prince II. In zijn reactie in Computable (24 oktober 2003) op Elimineer het verrassingselement van John Roos, veegt hij de vloer aan met de methodiek. Dit is bij velen in het verkeerde keelgat geschoten. Hieronder de reacties: |
De Standish Group heeft in 1994 onderzocht waarom ict-projecten falen. Als ik kijk naar hedendaagse ict-projecten, verbaas ik me er wel eens over hoe accuraat de resultaten van dit onderzoek nog steeds zijn, bijna tien jaar na data. De onderzoekers geven een top-10 van redenen voor projectfalen. Het al dan niet gebruiken van een methodiek komt daar niet in voor.
Is een methodiek voor projectmanagement dan totaal zinloos? Dat nu ook weer niet. Een methodiek is te vergelijken met de spelregels van bijvoorbeeld voetbal. Die zorgen ervoor dat, mits goed toegepast, de wedstrijd ordelijk verloopt. Ze zijn nodig, maar garanderen geen boeiende wedstrijd; daar is meer voor nodig.
Bij projecten waar sprake is van een klant-leverancier-relatie hebben leverancier en klant een gemeenschappelijk belang: het slagen van het project. De leverancier zet zijn omzet en, belangrijker nog, zijn goede naam op het spel indien een project faalt. De klant behaalt niet de doelstellingen (de business case) die aan het project ten grondslag liggen, zoals kostenbesparingen of nieuwe mogelijkheden. Leverancier en klant hebben er dus alle belang bij om elkaar te helpen het project tot een goed einde te brengen.
Vaak wordt dit over het hoofd gezien en komen leverancier en klant tegenover elkaar te staan. Ze proberen bij problemen over en weer de verantwoordelijkheid voor het project bij de ander neer te leggen. Toegegeven, een methodiek als Prince II biedt in zo’n situatie handvatten voor ‘cover-your-ass’-gedrag, maar de oorzaak daarvan moet toch echt ergens anders worden gezocht.
Vaak wordt vergeten dat Prince II is ontwikkeld voor toepassing bij projecten die binnen een organisatie worden uitgevoerd. Rondom de klant-leverancier-relatie wordt niets geregeld. Daar moeten dus additionele spelregels voor worden afgesproken, op basis van onderling respect en vertrouwen. Succes maak je samen, als leverancier én klant. Dat begint bij jezelf, en niet bij een methodiek als Prince II.< BR>
Ir. E.J. van Hasselt