"Door de overheid aan te sporen alleen nog software te kopen van kleine open source leveranciers wordt open source het doel in plaats van een middel. Dat is in onze ogen in niemands belang", schrijft Michel van der Bel, algemeen directeur van Microsoft Nederland.
Naar aanleiding van het interview met Groen Links Tweede Kamerlid Kees Vendrik (Computable, 18 juli 2003) willen wij pleiten voor een open en eerlijke discussie over hoe software het functioneren van de overheid optimaal kan ondersteunen. Vendrik stelt – opnieuw – dat de overheid het gebruik van open source software door overheidsinstanties moet stimuleren. De kwaliteit van de informatievoorziening bij de overheid is echter niet afhankelijk van de keuze voor open source, zoals Vendrik stelt. Niemand is gebaat bij de polarisatie die dreigt te ontstaan zodra het over open source gaat. It-systemen zijn een middel en niet, zoals in deze discussie dreigt, een doel op zich.
Open standaarden
Iedereen die software ontwikkelt voor de overheid heeft de verantwoordelijkheid om informatiesystemen transparant en veilig te maken en ervoor te zorgen dat informatiestromen tussen burger en overheid, en overheidsinstanties onderling, geïntegreerd kunnen worden en toegankelijk zijn. Deze criteria kunnen alleen worden gewaarborgd door het gebruik van open standaarden, de afspraken op basis waarvan systemen van verschillende ontwikkelaars en producenten kunnen samenwerken. Wij juichen Vendriks pleidooi voor open standaarden dan ook toe.
Dat alle software open source zou moeten zijn, dus dat de broncode vrij toegankelijk is voor elke gebruiker of ontwikkelaar en van niemand eigendom is, is een heel andere discussie. Open source is absoluut geen garantie voor kwaliteit, noch voor veiligheid of lage kosten. Onafhankelijke onderzoeken bewijzen dit. De argumenten voor en tegen open source software zijn legio. Zonder ze allemaal op te sommen kun je stellen dat het van de behoeften van de gebruiker afhangt voor welk ontwikkelmodel deze kiest. Belangrijk is om bij dergelijke beslissingen voor de toekomst alle voor- en nadelen rationeel af te wegen.
Overigens kunnen er prima combinaties van open-, shared– en closed source software in dezelfde it-omgeving functioneren, zolang ze maar aan open standaarden voldoen. Door de overheid aan te sporen alleen nog software aan te schaffen van kleine open source leveranciers, zoals Vendrik doet, wordt open source het doel in plaats van een middel. Dat is in onze ogen in niemands belang.
Toegang
Microsoft voelt zich verantwoordelijk voor de kwaliteit, betrouwbaarheid en veiligheid van zijn software. Bovendien investeren we veel in innovatie. We kiezen er mede daarom voor onze software te beschermen door middel van eigendomsrecht. We geven wel toegang tot de broncodes aan partners en klanten waarmee we een lange relatie hebben.
Voor overheden gaan we nog een stap verder met het Government Security Program. Dit programma hebben we begin dit jaar geïnitieerd om tegemoet te komen aan de speciale behoeften van overheden, onder andere op het gebied van veiligheid. Diverse overheden, waaronder van het Verenigd Koninkrijk en Rusland, hebben inmiddels vergaande toegang tot de broncodes van onder andere Windows. Met tientallen andere overheden spreken we op dit moment hierover.
We pleiten voor een genuanceerde discussie en verantwoordelijkheid van alle leveranciers. Wij willen graag met alle betrokken partijen het gesprek aangaan. Laten we dan praten over de behoeften van de overheid en de burger op het gebied van kwalitatieve, toegankelijke en veilige systemen, en niet over de vraag van welke leverancier de software moet zijn.< BR>
Michel van der Bel, Algemeen directeur Microsoft