Nieuwe doorbraken in de liberalisering van de Nederlandse telecomsector zijn het best af te meten aan de ferme taal van KPN-topmannen. De oud-bestuursvoorzitter Wim Dik heeft bij het openbreken van het vaste net naar verluidt uitgeroepen dat ‘ambtenaren moord plegen op dit bedrijf’.
De huidige KPN-topman Ad Scheepbouwer reageert in ieder geval naar de buitenwereld met minder emoties: de kwaliteit van het netwerk gaat naar de knoppen, het concern wordt een kopje kleiner gemaakt en KPN verplaatst zijn investeringen naar het buitenland. Waarschijnlijk zijn in de Haagse bestuurskamers van het concern de echte krachttermen pas te horen.
Het ministerie van EZ heeft inmiddels laten weten dat het immuun is voor KPN’s kritiek op Opta. Scheepbouwer mag het onderwerp aanroeren tijdens de ontmoeting tussen de topman en de nieuwe minister bij EZ Laurens-Jan Brinkhorst die op de agenda van de nieuwe bewindvoerder staat. Echte kritiek kan het bedrijf kwijt bij de rechter, zo meent het ministerie: die zal bij het uiteindelijke oordeel de dan geldende telecomwet er naast houden. De argumenten van KPN zijn met enig inzicht in de Nederlandse telecomsector gemakkelijk te pareren.
Het is de vraag wat voor uitwerking KPN’s recente mediacampagne op de Nederlandse politiek zal hebben. De Tweede Kamer behandelt na het reces de nieuwe telecommunicatiewet, die Opta en Brussel meer zeggenschap geeft over de Nederlandse telecomsector. Bij menig politicus zou best weer eens de reflex naar boven kunnen borrelen om de eigen markt te beschermen. Hoeveel kamerleden en politieke partijen zijn vatbaar voor het argument dat Nederland met het nu al aannemen van de Europese richtlijnen vooruitloopt op de Brusselse muziek. Andere lidstaten als Duitsland en Frankrijk schuiven die nog even voor zich uit, omdat dat de oud-monopolisten beter uitkomt. < BR>