Met wereldwijd zo’n veertigduizend gebruikers zijn telecomdiensten over elektriciteitsnetwerken nog lang geen hoogvlieger. Standaardisatie en regelgeving blijven een probleem. De Europese Commissie is van plan de lidstaten aan te sporen en de technologie te stimuleren met het oog op meer breedbandpenetratie.
"De telecomliberalisering maakt de weg vrij voor de doorbraak van plc (powerline communications – red.) als toegangstechnologie. We moeten ons verenigen om deze technologie te promoten", stelde Sergio Rogai, voorzitter van het PLC Forum en verbonden aan de Italiaanse energiemaatschappij Enel, als aftrap van de Brusselse World Summit of PLC Associations begin juni.
Voorlopig heeft plc de verwachtingen niet ingelost. Grote leveranciers, waaronder het Canadese Nortel, het Duitse Siemens en het Zwitserse Ascom, kondigden eind jaren negentig grootse plannen aan. De meeste daarvan zijn intussen in de ijskast gezet. De twee jaar geleden met veel poeha aangekondigde commerciële lancering van de plc-telecomdiensten door de Duitse energieleverancier RWE is afgeblazen.
Eén van de grotere commerciële netwerkdiensten in Europa is dat in Mannheim, waar zo’n vierduizend klanten 25 euro per maand betalen voor internettoegang (met 1 GB downloadvolume) via het elektriciteitsnetwerk. Deze ‘Vype’-dienst wordt aangeboden door een joint venture van de energiemaatschappijen MVV, ABB en de Israëlische productleverancier Main.net. "We hebben inmiddels dertigduizend toegangssystemen geleverd, vooral in Europa", vertelt Amit Yudan, regional vice-president marketing & verkoop Europa. Het bedrijf, met honderd medewerkers, is helemaal gericht op plc-communicatie. Yudan bestempelt 2003 als een overgangsjaar. Midden 2004 volgt de doorbraak. "Kabelcommunicatie heeft er tien jaar over gedaan om door te breken, dsl deed het in vijf jaar, voor plc zal het twee jaar zijn." De weg is echter nog lang. Opvallend is dat deze technologie alleen voor particulieren lijkt te zijn weggelegd; zakelijke gebruikers worden niet aangesproken.
Consumenten
Marcos Lopez Ruiz (Endessa) is voorzitter van de PLC Utilities Alliance (PUA), die de belangrijkste Europese energiemaatschappijen herbergt, waaronder het Franse EDF, het Italiaanse Enel, het Spaanse Endessa, het Portugese EDP en het Duitse Enbw, samen goed voor meer dan honderdmiljoen elektriciteitsklanten. Hij ziet nog belangrijke obstakels: "De onduidelijkheid over de regelgeving, die trouwens veel te traag verloopt, is groot. De technologie moet verder ontwikkeld worden, er bestaan nog veel vooroordelen en de financiële markt is er zeker nog niet klaar voor. Bovendien zijn er de laatste zes maanden nauwelijks gebruikers bijgekomen." De leden van de PUA, die in januari vorig jaar opgericht werd, hebben samen zevenduizend plc-klanten, terwijl ze zo’n honderdduizend gezinnen aankunnen. "Om de prijzen van de producten naar beneden te halen, moeten we economische schaalvoordelen zien te vinden", legt Ruiz uit. "Het probleem blijft dat de leveranciers zich er pas op willen storten als er voldoende volume is."
Toch lijken de operationele kosten geen echte hinderpaal te zijn. Keith McLean, verantwoordelijk voor de marketingwerkgroep van het PLC Forum en directeur van SSE (Scottish and Southern Energy), dat zich toelegt op PLC diensten in rurale gebieden, doet een gesubsidieerde test in dergelijke streken. "Voor zo’n vijftig klanten, aangesloten op één distributiepunt, kost het ons circa tien euro per gebruiker." SSE vraagt zo’n veertig euro per maand voor internettoegang. McLean verwacht vooral heil van "kleinere energiemaatschappijen die zich op rurale gebieden concentreren. De grote jongens, die destijds met enorme plannen uitpakten, hebben het laten afweten." Toch zijn de grote maatschappijen nodig om geloofwaardig te worden. "We hebben voorlopig nog niet beslist of we al dan niet met commerciële lanceringen uitpakken, maar we willen wel het standaardisatieproces bespoedigen", geeft PUA-voorzitter Ruiz aan.
PUA heeft daarom zelf een aantal definities opgesteld waaraan de technologie moet voldoen. De producenten moeten hun technologie daarop afstemmen. "Midden juli volgt het evaluatieproces. Eind dit jaar zou er een selectie plaatsvinden. De producten zouden dan aanvankelijk niet in grote volumes, maar midden 2004 toch op grote schaal beschikbaar moeten zijn. Intussen is duidelijk dat sommige leden met niet gestandaardiseerde apparatuur zullen starten", zegt Laurent Feltin, plc-manager bij het Franse EDF en bij PUA verantwoordelijk voor het standaardisatieproces.
Geen standaarden?
Leo Koolen, beleidsadviseur van de Europese Commissie, verraste de dertig deelnemers van de World Summit door te stellen dat er, in tegenstelling tot gsm of wlan, geen standaarden nodig zijn voor plc-diensten: "Het is een fundamenteel debat. We zitten in een mondiale omgeving, hardware wordt software. Veel leveranciers vragen ons om geen standaarden op te leggen. Ik denk dat we de innovatie wellicht ondermijnen als we te veel regels opleggen."
De EC organiseert 16 september een workshop over plc diensten en "zal mogelijk een aanbeveling uitvaardigen onder artikel 19 van de ‘Framework Directive’", aldus Koolen. "De EC wil de lidstaten aanmoedigen om in het kader van e-Europe 2005 de plc-diensten toe te laten, en de implementaties monitoren om de nodige expertise binnen te halen over de problemen." Koolen ziet een richtlijn eind dit jaar wel zitten, althans als er consensus bereikt wordt tijdens de workshop. Gebeurt dat niet, dan moeten we een fundamenteel debat voeren."
Opvallend is dat Koolen niet verwacht dat elektriciteitsnetwerken bij een eventuele goedkeuring hun infrastructuur ook voor derden zullen moeten openstellen om diensten aan te bieden. Kruissubsidiëring blijft wel een heikel punt. Verder zal volgens hem voip (voice over ip) over één tot twee jaar ook een gewone telecomdienst van een publieke operator zijn.
De Verenigde Staten, die laat in de plc gestapt zijn, hebben veel testen lopen, maar er zijn slechts tienduizend gebruikers. In Japan, dat tegen 2005 de sterkste it-natie ter wereld wil zijn, is plc voorlopig nog niet van de grond gekomen. De eerste testen worden nu pas toegelaten.
Thuisgebruik
Het elektriciteitsnet lijkt bij uitstek geschikt voor netwerken voor thuisgebruik. De Homeplug Powerline Alliance zou vandaag zo’n honderdduizend gebruikers hebben die de breedband internetaansluiting kunnen delen via het elektriciteitsnetwerk. De toegang wordt vaak nog geleverd door een andere dienstenleverancier. De ’thuisplug’ is beschikbaar voor een kleine vijftig dollar. "We halen er maximum 14 Mbit/s snelheden mee, met gemiddeld 5 Mbit/s", zegt Peter Kempf, voorzitter van de Homeplug Alliance en vice-president marketing van het Amerikaanse Conexant. De volgende stap is videotransmissie. In huis zouden gezinsleden dan op verschillende televisietoestellen naar diverse films kunnen kijken via dezelfde settopbox. Gebruikers van flat platte televisieschermen zouden via het elektriciteitsnet dan ook niet langer met meerdere vervelende kabels opgezadeld zitten. < BR>