Het privé-gebruik van internet op de werkplek kostte het Nederlandse bedrijfsleven vorig jaar ongeveer vier miljard euro. Toch moet het niet verboden worden, "het moet worden gereguleerd", zeggen Martijn van Grol en Frank Tel van internetadviesbureau Weblimits uit Amsterdam.
|
Weblimits wil dat het altijd mogelijk blijft om privé te internetten op de werkplek, maar wil het beheersbaar maken door het invoeren van een contentfilter. Van Grol: "Wij hebben een selectie gemaakt uit contentfilters in de markt. Een goed filter is dynamisch, dus een firewall kwalificeren we niet als een goed contentfilter. Er wordt een database aangelegd waarin alle niet-zakelijke sites zijn ingedeeld in categorieën. Iedere dag wordt er een update gemaakt met alle sites die die dag in de lucht zijn gekomen. Door het instellen van parameters kan een werkgever bepalen welke werknemer welke sites mag bekijken en wanneer."
Seks uit, reizen in
"Een van onze criteria om met bepaalde contentfilter-leveranciers in zee te gaan, is dat ze toepasbaar moeten zijn in de Nederlandse markt. Nederlanders surfen toch het meest Nederlands, dus moeten er vooral veel Nederlandse sites in de database zitten", aldus Van Grol. "We zien wel dat sekssites een beetje uit zijn. De categorie die nu het meest gebruikt wordt, is reizen."
"Alle facetten van het bedrijfsleven worden beheerd, behalve internet en e-mail. Daardoor worden bedrijven nu in het nauw gedreven. In de meeste elektronische gedragscodes staat: ‘U zult zich gedragen als een goed huisvader’, maar dat is te vaag omschreven."
Tel vult aan: "De kern van het probleem is dat als mensen achter hun pc zitten, de sociale controle wegvalt. Als je te laat op je werk komt, roepen je collega’s lachend ‘Goeiemiddag!’. Dat is een vorm van sociale controle, maar zodra iemand in de werkhouding achter de pc zit, is het moeilijk te controleren wat hij doet. We noemen dat ook wel ‘Alt-tabben’."
"Onze visie is drieledig", legt Tel uit, "we willen organisaties helpen met het beschermen van de werknemers tegen de donkere kanten van internet. Daarnaast is er het reguleren van de privé-zaken die wel moeten kunnen, maar niet overdadig en tot slot willen we het gebruik stimuleren van zakelijke sites waardoor de arbeidsproductiviteit juist omhoog gaat."
Het internetgebruik van werknemers wordt bij de meeste Nederlandse bedrijven al geregistreerd. Vraag is natuurlijk of daarmee niet de privacy van de medewerker in het gedrang komt. Tel: "Wij zien graag dat bedrijf ervoor kiezen om anoniem te ‘loggen’, dus niet op gebruikersnaam, maar op ip-nummer. Dan is wel te achterhalen wat er allemaal gebeurt, maar wordt er op de bal gespeeld en niet op de man."
Werknemertje pesten
"Het is ook van groot belang dat het invoeren van een contentfilter goed gebeurt. Als het ingevoerd wordt en dat wordt niet gecommuniceerd, dan gaan mensen bellen met systeembeheer: ‘Mijn internet doet het niet meer’. Dat is dus een klassiek voorbeeld van hoe het niet moet", zegt Tel. "Nog erger is als duidelijk wordt dat er bepaalde dingen niet meer kunnen, maar er geen tekst en uitleg komt van het hoogste niveau. Dan krijg je het zogenaamde Big Brother-effect en dat is funest voor je organisatie. Als wij verantwoord internet invoeren bij een klant, maken we een handboek met een uitleg van de categorieën. Daarnaast wordt ook ‘learning on the dot’ ingevoerd. Dat wil zeggen, als je naar een pagina wilt waarvan is bepaald dat jij die niet mag bekijken, komt er een melding in beeld."
Lijkt dat niet een beetje veel op ‘werknemertje pesten’? "Nee," antwoord Van Grol, "als je het op een goede manier invoert, wordt dat niet zo ervaren. Het wordt pas werknemertje pesten als een werkgever besluit alle internet van de werkplekken te schrappen en één centrale internetcomputer neer te zetten. Wij helpen bij het beheersen van internet, daarbij worden afspraken gemaakt en als dat goed gecommuniceerd wordt, heeft iedereen er baat bij."
Tel: "Te veel internetten blijft een organisatorisch probleem. Gemiddeld wordt er per werknemer per week tussen de twee en de vijf uur gesurft. Het is belangrijk dat de groep mensen die boven dat gemiddelde uitkomt, tegen zichzelf wordt beschermd. Het is met een contentfilter ook mogelijk om medewerkers te quoteren. Iemand mag bijvoorbeeld 25 minuten per dag internetten en of dat nou privé of zakelijk is, maakt niet uit."
"Er zijn drie variabelen om vast te stellen wie er binnen een bedrijf het meest gebruik maakt van internet. Dat zijn leeftijd, de fysieke inrichting van het kantoor en de bedrijfscultuur. We zien dat jonge mensen meer gebruik maken van internet. En wanneer op een kantoor de computers zó staan opgesteld dat mensen makkelijk over je schouder mee kunnen kijken op het scherm, en de sociale controle dus groter is, wordt er minder geïnternet."
E-mailfilters
Naast de contentfilters voor het verantwoord gebruik van internet, levert Weblimits ook een e-mailfilter. Tel: "Dat is er eigenlijk maar één, dat van Surfcontrol. Dat is namelijk het enige filter met een Nederlandse ‘dictionary’."
Van Grol: "Ook bij het e-mailfilter is er sprake van een dynamische database. Daarin staan zogenaamde vingerafdrukken van ontvangen mailtjes. Het filter herkent een spammailtje dan ook aan de inhoud en opbouw en niet aan de afzender, want die verandert per dag. Via allerlei slimme technologieën en door een vergelijking met mailtjes die al in de database zijn opgeslagen, herkent het systeem spam. Ongewenste bijlagen kunnen ook makkelijk onderschept worden, doordat het systeem het originele bestand herkent. Dus hernoemen van mp3 naar mp2 werkt niet. Vervolgens kijkt het filter in zijn parameters wie wat mag versturen en ontvangen binnen het bedrijf, en laat het het mailtje al dan niet door."
"Het is ook mogelijk om mailtjes vertraagd te sturen, zodat grote bijlagen als pdf’s, die veel bandbreedte nodig hebben, in de daluren worden verstuurd. Het filter kan ook �n de bijlage kijken, dus als iemand pornografisch materiaal in een word-document plakt, wordt dat mailtje ook onderschept. Ook herkent het vertrouwelijke documenten. Dat moet je de software wél leren, middels neurale netwerktechnologie. Wanneer dat gedaan is, herkent het systeem algoritmes en kan het vervolgens zelf beslissen of het mailtje vertrouwelijk is of niet", aldus Van Grol.< BR>