Het is voor mij duidelijk dat nutsverwerking (‘utility computing’) de toekomstige richting van de it is. Het leveren van verwerkingsfaciliteiten zal een dienst worden die te vergelijken is met de ontwikkeling van elektriciteits- en telefoniediensten in de vorige eeuw. In plaats van serverbanken te installeren, zullen ondernemingen van willekeurige grootte zich in het netwerk pluggen en toegang krijgen tot de juiste computers en toepassingen. Maar er is nog een lange weg te gaan!
Het basisidee van het leveren van verwerkingsbronnen als utiliteitsdienst is niet nieuw. In het verleden was het echter slechts van gering belang, maar in de toekomst zou het de norm kunnen en moeten worden. Het leveren en beheren van de computers is slechts de eerste stap, en waarschijnlijk de makkelijkste. De huidige netwerken zijn net geschikt maar behoeven wel verbetering voor wat betreft betrouwbaarheid, beschikbaarheid, snelheid en kosten. Dit wint aan belang naarmate e-handelapplicaties meer worden toegepast, aangezien die op netwerken zijn gebaseerd. Inderdaad vormt deze algemene trend een sleutelrol bij het creëren van de vraag naar nutsverwerking.
De basale systeemsoftware zoals besturingssysteem, databasemanagementsoftware en beheertools zijn net zo makkelijk te delen als de hardware maar de werkelijke data en de applicaties vormen een veel groter probleem. De data zijn altijd uniek voor het bedrijf dat ze bezit; zelfs in het geval standaard applicatiepakketten worden gebruikt, zijn ze toegesneden op de behoeften van de individuele bedrijven. He bedrijf dat de nutsdienst verleent, kan verantwoordelijk zijn voor operationele diensten. Maar de onderneming die de dienst gebruikt moet verantwoordelijk zijn voor de data en de applicaties.
De eerst pogingen tot nutsverwerking werden ’time sharing’ genoemd. Dat had weinig succes vanwege de onacceptabel hoge kosten van communicatie op afstand. Deze eerste systemen waren gebaseerd op simpele Ascii-terminals en waren beperkt in hun communicatiemogelijkheden zodat ze nooit tegemoet hadden kunnen komen aan de eisen die graphics tegenwoordig stellen. Internet en goedkope pc’s hebben daar verandering in gebracht, en het time-sharing-concept is weer boven water gekomen in de hoedanigheid van ‘application service providers’. Technologie zoals Windows Terminal Server of Citrix wordt gebruikt om toegang te verlenen tot beheerde applicaties die compatibel zijn met lokale pc-applicaties. In ieder geval is internet zelf een verfijnde vorm van timesharing, hoewel momenteel een beperkt aantal applicaties wordt geboden, gedomineerd door webservers.
Voor wat betreft grootschalige dataverwerkingssystemen hebben veel bedrijven zich tot outsourcing gewend. Dat varieert van het uitbesteden van menselijke vaardigheden door het hosten van apparatuur tot het ontwikkelen en draaien van applicaties. Als de outsource-leverancier de apparatuur bezit en die leent aan de klant, hoeft geen sprake te zijn van losse machines. Partititioneringstechnologie is vereist bij het gebruik van een enkele machine voor een aantal klanten. Elke klant moet een ‘virtuele machine’ hebben, geheel geïsoleerd en afgeschermd van andere gebruikers. Dergelijke virtuele-machinediensten zijn lange tijd de kracht van mainframecomputers geweest, maar nu bieden veel grote Unix-machines ook dezelfde basismogelijkheden, hoewel die niet zozeer zijn uitgeprobeerd en getest als mainframes.
De technologie voor het installeren van asp’s, timesharing en outsourcing, zoals hierboven beschreven is nu goed genoeg; veel bedrijven profiteren ervan. Er moet echter aan nog een voorwaarde worden voldaan (evenals verbeterde communicaties) voordat ondernemingen van diverse grootte zich en masse aan het concept committeren. Bij elektriciteits- en telefoonfacturering wordt standaard een basisbedrag in rekening gebracht, met daarbovenop een bedrag afhankelijk van het gebruik van de dienst. Nutsverwerking moet ook een dergelijk ‘op verzoek’-model hanteren. Dit betekent in de praktijk dat partitioneringstechnolgie dynamisch moet zijn, en dat kan tot dusverre alleen IBM leveren voor business-applicaties. Verwerking-op-verzoek is dus van groot belang voor IBM als zij proberen hun voordeel te gebruiken ten opzichte van HP, Sun en Microsoft: het zal niet eeuwig duren. Op de lange termijn willen organisaties een maandelijkse rekening op basis van werkelijk gebruik, hetgeen van maand tot maand zal variëren. Inderdaad is het een grote technische uitdaging om dynamisch herconfigureerbare systemen te leveren die kunnen omgaan met piekbehoeften en die toch voldoen aan de ‘service level agreements’. Hoewel de aandacht momenteel op technische thema’s is gevestigd, is het duidelijk dat IBM, HP en Sun, en niet te vergeten Oracle, hopen hun technologie te gebruiken om inkomsten uit diensten te halen, zodat nutsverwerking de grootste verandering in de it-industrie sinds veel jaren teweeg zou kunnen brengen.
Martin Healey, pionier ontwikkeling van op Intel gebaseerde computers en c/s-architectuur. Directeur van een aantal it-bedrijven en professor aan de Universiteit van Wales.