In de begintijd van de elektronische handel stak Wall Street zijn nek uit, en voorspelde dat Sun, Oracle, EMC en Cisco de grote vier van de nieuwe generatie zouden worden. Het was een dappere en interessante speculatie, en in feite zijn ze alledrie goed uit de internetrevolutie gekomen. Maar ze hadden ook te lijden van de verslechterde economie. Het is dan ook niet verbazingwekkend dat -ondanks belangrijke stappen van HP- het oude oorlogspaard IBM en zijn aartsrivaal Microsoft het beter doen dan de rest.
IBM heeft natuurlijk een gezond belang in hardware en concurreert direct met Sun en EMC, en ook met HP. Ook zijn ze zeer betrokken bij dienstverlening, inclusief consultancy (ik vraag me vaak af welke systemen die IBM- consultants aanbevelen). Maar het is weer eens de software die het belangrijkste slagveld vormt. Hier zetten IBM en Microsoft de lijnen uit. Dat is niet zo’n gelukkige situatie, omdat toekomstige richting aangegeven zou moeten worden door onafhankelijke standaardisatie-instellingen en niet door commerciële bedrijven met een eigenbelang. Dit is echter de situatie waarmee we moeten leren leven, hoewel internet erin geslaagd is sommige standaardisatie-instellingen te koesteren, die wat succesvoller zijn dan die uit het verleden. Eén belangrijke reden voor het succes van sommige webstandaarden, voornamelijk die door W3C worden ondersteund, is paradoxaal genoeg het feit dat ze belangrijke steun krijgen van IBM en Microsoft, evenals van de meeste andere commerciële softwareleveranciers.
Veel is er echter niet veranderd. De softwarebedrijven hebben nog steeds hun eigen gevestigde belangen voor ogen, maken zich niet druk om de behoefte van de gebruikers, maar om wat zij kunnen verkopen. Ze zijn met name erg vaardig in het marketen van producten die de deur open laten voor het verkopen van vervangingen en opwaarderingen. In het verleden was de it-industrie gefragmenteerd, zodat er geen commercieel voordeel was te behalen uit het ondersteunen van standaarden. Het omgekeerde was eerder het geval. Als iedereen dezelfde standaarden zou gebruiken, zou er weinig gelegenheid zijn om gebruikers te ‘vangen’ in een specifieke productenfamilie. In het verleden ondersteunden leveranciers in het algemeen de in zwang zijnde standaarden, en breidden die uit. Zogenaamd om het product te verbeteren, maar in werkelijkheid om ze bedrijfseigen te maken en de gebruiker te binden. SQL was het beruchtste voorbeeld.
Internet dwong leveranciers, inclusief IBM en Microsoft, tot een frisse kijk op de zaak. Systemen zijn niet langer onafhankelijk. Systemen van verschillende leveranciers moeten samenwerken, omdat bedrijven nu handel met elkaar drijven via het Net. De enige oplossing is om de nieuwe standaarden te ondersteunen. De leveranciers werken samen met de standaardisatie-instellingen, zowel door mankracht te leveren als door hun eigen systemen aan te beiden als mogelijke toekomstige standaarden. Maar dat maakt niet veel verschil uit, niet waar? Het is een slimme goocheltruc. Ze proberen hun eigen systemen door te drukken, en het is een kwestie van slim nadenken hoe de volgende uitbreiding moet worden gepositioneerd.
Het beste nieuws is dat er tenminste weer enige concurrentie is in de software-industrie. Microsoft staat alleen met zijn .Net-architectuur, terwijl IBM de ontwikkelingen rondom Java gebruikt. In die zin heeft IBM meer concurrentie dan Microsoft, omdat belangrijke spelers dezelfde weg bewandelen. Bijvoorbeeld Oracle en BEA, en niet te vergeten Sun Microsystems, de architect van Java.
Ooit was IBM het grootste softwarebedrijf ter wereld, maar het werd ruimschoots ingehaald door Microsoft toen de pc zijn opmars begon. Nu is laatstgenoemde het grootste en meest winstgevende softwarebedrijf. Terwijl Microsofts omzet voornamelijk afkomstig is van de bureau-producten, hebben ze ook flinke inkomsten uit de servermarkt en de markt van ontwikkeltools. Als ze de servermarkt verder zouden binnendringen (Linux zal dat verhinderen), zouden ze uiteindelijk IBM’s belangrijkste inkomstenbron belagen: de grootschalige datacentra. Daarom verzekert IBM zich ervan dat het concurrerend blijft in de internetmarkt om iedere aanval van Microsoft op zijn kernbusiness af te weren. Tot dusverre slagen ze er goed in, en de overname van Rational is een zeer goede zet. Maar laten we niet vergeten dat Microsoft de vorige keer gewonnen heeft dankzij superieure marketing, en niet door superieure producten. Zal het deze keer anders zijn?
Martin Healey, pionier ontwikkeling van op Intel gebaseerde computers en c/s-architectuur. Directeur van een aantal it-bedrijven en professor aan de Universiteit van Wales.