'Gij zijt stof en tot stof zult gij wederkeren'. Deze bijbelse spreuk gaat ook op voor computerapparatuur. Opgebouwd uit chips, edele metalen en plastic blijft er na verwerking niets meer over dan een handjevol gruis. Maar het verwerken van computerschroot is lucratief, zeker nu Europa het voorbeeld van Nederland-gidsland wil volgen.
Chauffeur Frans Hendriks van transporteur Waterschoot is die ochtend om vijf uur vertrokken uit Valkenswaard, gelegen onder de rook van Eindhoven. Doel is het regionale overslagstation in het Gelderse Ermelo. Daar wacht een lading afgedankte computerapparatuur die moet worden afgeleverd bij afvalverwerker Mirec in Eindhoven. Hendriks pikt me met zijn truckoplegger – een DAF 95 430 pk – om zes uur 's ochtends op bij het benzinestation vlak voor Houten op de A27. Wie denkt dat het dan nog rustig is op de Nederlandse wegen, komt bedrogen uit. Radio 10 FM meldt files op de A1 door een omgevallen vrachtwagen, tot opluchting van Hendriks pas bij Hoogeveen.
Volgens schema komen we om zeven uur in alle vroegte aan bij de Ermelose stortplaats. Het ruikt er naar bos. Het immense terrein ligt midden op de Veluwe en maakt deel uit van het landgoed Sandberg. Het hek is nog dicht. Het wachten is op de weegmachinist die een kwartiertje later aan komt rijden. Nadat de truck op de weegbrug is gereden en het gewicht is bepaald op 18.440 kilo rijden we door naar de stort. Daar staan 26 pallets vol pc's, printers, monitoren, kopieermachines, faxen en randapparatuur. Hendriks laadt eerst een rij lege wisselpallets uit voor de volgende lading. Om kwart voor negen is de vrachtwagen volgeladen. Piet Loedeman van het Ermelose overslagstation vertelt dat er gemiddeld om de zes weken een transport klaar staat met apparatuur afkomstig van huishoudens en kleine bedrijven uit de regio.
Na 'een bakkie' gedaan te hebben, wacht de terugweg. Eerst nog even langs de weegbrug – de eindweging geeft 27.240 kilo aan, dus de lading bedraagt zo'n acht ton – en dan weer richting Eindhoven. "Ik rijd nu zo'n 3,5 jaar dit transport voor Waterschoot", vertelt Hendriks. "Die heeft drie wagens rondrijden die iedere dag langs stortplaatsen en inzameladressen gaan. Ik kom in alle hoeken van het land: van Den Helder tot Maastricht en van Purmerend tot Groningen." Die afwisseling houdt het werk leuk, want zelf heeft hij weinig op met computers.
Rond kwart voor elf draait Frans Hendriks zijn truck het terrein van afvalwerker Mirec op.
Na ook hier gewogen te zijn, wordt de lading gelost. Voor Hendriks zit na nog wat formulieren te hebben ingevuld, het werk erop. Morgen wacht een nieuwe vracht.
9,5 kiloton in 2002
Op 1 januari 1999 is in Nederland het Besluit Verwijdering wit- en bruingoed in werking getreden. Producenten en importeurs zijn sindsdien wettelijk verplicht hun producten die worden afgedankt, terug te nemen en te zorgen voor een milieuverantwoorde verwerking ervan. De overheid hoopt hiermee de belasting op het milieu te beperken. Vorig jaar werd circa 134 kiloton aan wit- en bruingoed afgedankt. Volgens Vrom-prognoses stijgt dit in 2005 tot 200 miljoen kilo. Absolute koploper: wasmachines (53 procent); ict-apparatuur is verantwoordelijk voor circa 7 procent van het afval.
De nieuwe wetgeving heeft twee inzamelsystemen opgeleverd, waarmee Nederland in Europa voorop loopt. De Nederlandse vereniging Verwijdering Metalectro Producten zorgt voor de collectieve afvoer van de traditionele wit- en bruingoedspullen (wasmachines, koelkasten, tv's, radio's e.d.), betaald uit de pot van verwijderingsbijdragen bij nieuwe producten. De vereniging Nederland-ICT is verantwoordelijk voor het laten verwerken van ict-apparatuur. Hierbij betalen de producenten de kosten van verwijdering van hun eigen apparaten achteraf, een afspraak die beter past bij de komende Europese richtlijn 'De vervuiler betaalt'.
Volgens Annetje Huizinga, directeur ICT Milieu – de milieupoot van Nederland-ICT – loopt de inzameling van wat zij grijsgoed noemt naar wens. In het eerste jaar 1999 werd 2,7 kiloton ict-apparatuur verwerkt, in 2000 6,4 en vorig jaar 8,5 kiloton. Het ministerie van Vrom vindt overigens dat de inzameling van ict-producten achterblijft bij die van het traditionele wit- en bruingoed. Voor 2002 verwacht Huizinga dat de teller op 9,5 kiloton komt te staan. "We praten hier over de afgedankte ict-apparatuur die van huishoudens en de detailhandel afkomstig is. Voor deze indirecte stroom van particulier afval hebben wij voor onze leden een inzamel- en verwerkingsstructuur opgezet." ICT Milieu is met twee verwerkers in zee gegaan. Mirec vangt de stroom consumentenafval op die uit zo'n 65 regionale overslagstations afkomstig is, goed voor 98 procent van de ingeleverde apparatuur. Het veel kleinere Computer Recycling Services (CRS) uit Alphen aan den Rijn zorgt, in samenwerking met transporteur ABX Logistics, voor de ruiming van de apparaten die particulieren bij winkels hebben ingeleverd.
Milieuschadelijke elementen verwijderd
Helm, bril en soms oordopjes zijn verplicht wanneer je over het bedrijfsterrein van Mirec loopt. Met een flinke dreun valt een karkas van een beeldscherm uit een trechter in een transportcontainer. Overal staan pallets met afgedankte apparatuur, zélfs uit Denemarken afkomstig. Bergen met ontmantelde pc's, printers, tv's, routers, copiers, rekenmachines, telefoons en wat dies meer zij wachten op verdere verwerking. Mirec (Milieu Incourante Reststoffen Centrale) was ooit de afvalspecialist van Philips en is inmiddels een dochtermaatschappij van de Franse vuilverwerker Sita. Toen duidelijk werd dat wetgeving in de maak was voor de grootschalige verwerking van elektra- en elektronicaproducten besloot Mirec hiervoor een proceslijn op te zetten. "Wij demonteren op een bewuste manier", zegt group manager Johan Zwart. "Geen geschroef tot het bittere eind. Eerst halen we de milieuschadelijke elementen eruit, dan maken we alles gereed voor mechanische bewerking, gericht op kunststof, glas en metaalhoudende delen. Uiteindelijk komen deze componenten al dan niet in vermalen vorm bij smelterijen terecht die er respectievelijk regranulaat van maken, het glas hergebruiken of er metalen uitpikken."
Mirec eindigt bij het ruwe materiaal, dat het vervolgens naar grote smelters in Europa en één in Canada laat vervoeren. "Er bestaat slechts een tiental grote smelters in de wereld. Dat komt omdat verwerking van schroot pas interessant wordt bij gigantische volumes." Zwart vertelt dat bij Mirec 65 procent van de ict-verwerking via collectieve contracten loopt en 35 procent business-to-business is. Naast het particuliere computerafval bestaat er namelijk nog een directe, veel kleinere stroom afval tussen fabrikanten en distributeurs en hun klanten. Sommige fabrikanten, zoals IBM, Siemens, Océ en Xerox, verwerken zelf de producten die ze van klanten terugkrijgen ('oud-voor-nieuw'-regelingen). Anderen schakelen daarvoor firma's als Mirec, Recydur of sociale werkplaatsen in. Naast deze afvalstroom zijn er nog de spullen die doelbewust vernietigd moeten worden. Denk aan binnengekomen producten na inruilacties, overtollige voorraden, of apparaten met productieschade. Sony, bijvoorbeeld, liet een partij van 300.000 spelcomputers vernietigen, nadat de douane en Vrom Inspectie deze hadden tegengehouden vanwege ondeugdelijke snoeren. Maar het kan ook een bank betreffen die na een migratie uit beveiligingsoverwegingen zijn oude servers en pc's laat opruimen.
Hoog- en laagwaardig afval
Na het lossen, sorteren vier mannen in een fabriekshal de binnengekomen lading
routineus in pc's, printers, monitoren, telefoons, faxen en dergelijke. Batterijen en toners gaan eveneens in aparte bakken en worden als eerste afgevoerd naar specialistische verwerkers. De Mirec-medewerkers tikken aan de hand van de typeplaatjes in een registratiesysteem het merk, de soort en het gewicht in. Gegevens die belangrijk zijn voor de facturen die Mirec naar de fabrikanten en distributeurs stuurt.
De monitoren krijgen een extra behandeling: via een transportband en een lift komen ze op de eerste verdieping terecht waar een legertje medewerkers klaar staat om ze razendsnel uit elkaar te schroeven: het beeldscherm zelf, de elektronicakanonnen, de kunststof omkasting, de deflectie- en demagnetiseringsspoelen en de overige onderdelen, zoals snoeren: ze gooien het in gescheiden bakken. Een deel gaat het verdere verwerkingsproces in; andere delen, zoals de kanonnen en de spoelen, zijn direct bestemd voor eindverwerkers die er metalen uithalen, zoals ijzer en koper.
De gesorteerde apparaten komen buiten op een van de twee bergen terecht: de hoog- of laagwaardige. In hoogwaardig afval, zoals pc's en notebooks, zit veel elektronica en dat betekent een hoog edelmetaalgehalte. Het laagwaardige afval, waaronder printers, bevat veel kunststof. De stromen gaan gescheiden een transportband op. Daar wacht hen een eerste grove vermaler: deze machine slaat met veel kabaal de apparatuur in stukken. Iets verderop halen een of twee medewerkers in hoog tempo de grote stukken kunststof en ijzer eruit.
Dan hobbelt de afvalstroom verder de transportband op, hoog bovenin het gebouw. Een grote shredder maakt er fijne, soms gloeiend hete deeltjes van. Eronder hangt een zeef, die de 'ontsnapte' stukken kunststof, aluminium en ijzer tegenhoudt. Na opnieuw een proces van fijnmalen en filteren blijft er computergruis over. Een laborant van Mirec bepaalt aan de hand van monsters wat er per kilo aan edelmetalen, metalen en halfmetalen in zit, zoals goud, zilver, palladium, koper, ijzer en aluminium, en risicostoffen zoals beryllium: informatie die voor smelterijen en de hoogte van de verkoopprijs van belang is.
30 Procent niet te verhalen
Het ministerie van Vrom stelt als norm dat 65 procent van het ict-materiaal hergebruikt moet worden. Dat halen de afvalverwerkers ruimschoots: 80 procent is voor hergebruik geschikt. Van het restant wordt 10-15 procent gebruikt als brandstof voor de oven waarin het computergruis wordt verhit. Het gaat hierbij dus om het hergebruik van materialen. Producthergebruik, het oppoetsen en doorverkopen van computers of componenten, komt ook voor, zij het op bescheiden schaal en met andere regelingen.
Medewerkster Flory Berkvens toont zich blij verrast met mijn bezoek. Zij kan zich niet herinneren dat iemand eerder de stukken wilde inzien bij het Bureau Afhandeling Mededelingen in Woerden. De leden van Nederland-ICT moeten namelijk zelf een mededeling bij Vrom indienen hoe zij de verwijdering van hun grijsgoed willen organiseren. Die mededelingen liggen, na gepubliceerd te zijn in de Staatscourant en een landelijk dagblad, ter inzage bij het Woerdense bureau. Er kunnen bezwaren worden ingediend tegen de plannen van een fabrikant, maar dat is nog nooit gebeurd. Het overgrote deel levert braaf zijn mededelingen in. Wie echter na herhaaldelijke verzoeken zijn papierhandel nog steeds niet in orde heeft, krijgt de Vrom-inspectie op zijn dak, zoals – blijkt uit de stukken – onlangs bij elektronicaproducent LG Electronics. Een woordvoerster van het ministerie zegt dat de inspectie dit jaar bij zo'n veertig bedrijven op bezoek is gegaan. De helft daarvan heeft een waarschuwingsbrief ontvangen; in drie gevallen is proces-verbaal opgemaakt of een dwangsom opgelegd.
Volgens ICT Milieu-directeur Annetje Huizinga en Johan Zwart van Mirec verloopt het inzamelings- en verwerkingsproces vandaag de dag zonder al te grote horten en stoten. Toch is het niet al goud wat er door het afval blinkt. Zo klagen de leden van Nederland-ICT over het hoge percentage 'verweesde merken': nog steeds zijn de kosten van zo'n 30 à 35 procent van de geruimde apparaten niet te verhalen op de leveranciers. Die zijn gestopt of failliet gegaan, weigeren mee te werken aan het systeem of zijn niet op de hoogte van de wettelijke verplichting afgedankte producten uit het milieu te houden. De leden draaien voor deze kosten op – een miljoenenstrop – en oefenen druk uit op ICT Milieu om hier iets aan te doen. "Het enige wat wij kunnen", aldus Huizinga, "is de betreffende bedrijven aanspreken en eventueel dreigen de milieu-inspectie in te schakelen. Probleem is daarbij dat als een failliete onderneming doorstart onder een andere naam, wij dit bedrijf niet meer kunnen omslaan voor zijn 'oude' producten. Daarin voorziet het faillissementsrecht niet."
Huizinga zou graag zien dat de Vrom-inspectie hiertegen fermer en vaker optreedt. Milieu-inspecteur Kees van Hees brengt hiertegen in dat de aandacht voor handhaving en toezicht bij Vrom de afgelopen jaren flink is toegenomen. Hij wijst erop dat begin november net diverse dwangsombeschikkingen de deur zijn uitgegaan. De inspecteur stelt dat vooral nieuwe importeurs en assembleurs, die er sinds de voorbije groei van de ict-markt massaal zijn bijgekomen, op de regeling moeten worden gewezen. "Meestal is de dreiging met een dwangsom of proces-verbaal voldoende om ondernemers te bewegen mee te werken."
Illegaal dumpen
Nog een ander spanningsveld is het bestaan van een grijs circuit. Huizinga schat dat circa 20 procent van 'overleden computerspullen' niet bij de verwerkers terechtkomen. Waar blijven die dan en hoe schadelijk is dit voor het milieu? Vrom onderzoekt momenteel hoe de afvalstromen wit- en bruingoed verlopen en op welke punten er lekken kunnen zitten. "Er zitten natuurlijk zwakke schakels in de keten", meent Huizinga. "Het begint bij de consument: neemt die zijn verantwoordelijkheid om het apparaat niet in de vuilnisbak te gooien? Dan is er de gemeente: in hoeverre maakt zij ernst van het gescheiden inzamelen? En wat gebeurt er precies op de milieustraat van een overslagstation?". Volgens Zwart bestaat er handel in afgedankte apparaten. "Stel, je bent winkelier: wat doe je wanneer iemand langskomt en een bod op tafel legt voor je verzameling door klanten ingeruilde oude pc's. Laat je die dan toch netjes ophalen door de afvalverwerker?"
Onderzoek begin dit jaar van de Zwitserse milieuorganisatie Basel Action Network wijst uit dat de VS en Europa in toenemende mate elektronisch afval illegaal in Azië dumpen, dat wil zeggen zonder zich hiervoor aan afvalexportregels te houden. In landen als China, India en Pakistan worden de producten gestript – vaak door kinderen – en gerecycled zonder de juiste voorzorgsmaatregelen te nemen waardoor giftige stoffen vrijkomen. Van Hees meldt dat de Vrom-inspectie in Nederland bij transportcontroles ook af en toe ladingen zonder exportvergunning tegenhoudt. Het onderwerp staat inmiddels op de Europese agenda. In de loop van 2003 gaat een Europese havenactie van start met extra aandacht voor de export van ict-apparatuur. Bovendien is de inspectie bezig met het 'Azië-project': het maken van afspraken met landen zoals China en Thailand voor een betere handhaving van de exportregels.
Spanningsveld nummer drie is de machtspositie van Mirec dat de verwerking van bijna alle particuliere computerafleggertjes afhandelt. Daar is behoorlijk wat brood mee te verdienen: fabrikanten en importeurs ontvangen maandelijks een factuur voor elke kilo computerschroot die in hun naam is vermalen: de verwijdering van een complete PC van dertig kilogram komt neer op zo'n 14 euro en die van een printer van vijf kilo kost 2,75 euro. Vandaar dat de concurrenten, onder aanvoering van Recydur – een joint venture van Essent en Afvalverwerking Rijnmond -, er alles aan doen om ook bij de Vereniging ICT aan tafel te komen. Zij vinden dat Mirec een monopoliepositie inneemt. Daarbovenop is het hen een doorn in het oog dat veel winkeliers de bij hen ingeruilde computers inleveren bij regionale overslagstations. Die apparatuur komt ook bij Mirec terecht en niet bij CRS, zoals het volgens de opzet zou moeten.
De contracten tussen ICT Milieu en Mirec/CRS lopen eind 2003 af. Mochten Recydur en andere op het vinkentouw zittende afvalverwerkers geen voet tussen de deur krijgen, dan kunnen ze zich nog altijd richten op Europa. De EU legt de laatste hand aan de definitieve invulling van een Europese richtlijn op dit gebied: de Weee (Waste Electrical and Electronic Equipment). Huizinga zit namens ICT Milieu in de Europese branchevereniging Eicta en poogt de andere lidstaten warm te maken het Nederlandse inzamelsysteem uniform in te voeren. "De meeste fabrikanten en importeurs hebben hun moedermaatschappij in de VS of Azië. Die willen best meewerken, maar niet geconfronteerd worden met een waaier aan verwijderingsstructuren." Voor verwerkers lonken in ieder geval bergen Europees computerschroot.
Rik Sanders