Softcell is in handen gekomen van het management en een externe financier. Het Belgische softwarebedrijf behoorde tot de Benelux Technology Group (BTG), een doorstart van het eind vorig jaar failliet verklaarde LCI. Die houdt uitverkoop.
De curatoren zijn bezig met de ontmanteling van BTG. Deze doorstart van LCI, bestaande uit een tiental ogenschijnlijk gezonde dochterondernemingen, houdt het onder de gegeven droevige marktomstandigheden niet meer vol. De meeste dochters zijn of worden daarom weer terugverkocht aan het oorspronkelijk management dan wel de oprichter. Het Belgische bedrijf Softcell, met een kantoor in Driebergen, is deze week in handen gekomen van het zittende management en een privé-investeerder.
Softcell, leverancier van het bedrijfssoftwarepakket Efas, is in 1981 opgericht door Eddie Vloeberghs. Hij verkocht zijn familiebedrijf drie jaar geleden aan LCI. Doel was om door deze aansluiting een verdere professionalisering van Softcell te bereiken en om te kunnen expanderen. De huidige directeur Carl Moons werd aangetrokken om dit proces te begeleiden.
Het faillissement van LCI trok hier echter een streep door.
Voor Softcell gloorde hoop toen de curatoren het eind december 2001 onderbrachten bij BTG. "Maar", vertelt Moons, "wij zijn eigenlijk op de honger blijven zitten. Doordat de schulden nog steeds openstonden, bleven we gegijzeld door de banken die BTG te gelde wilden maken. BTG was opgezet in de stiekeme hoop dat de markt weer zou exploderen. Dat is in de verste verte niet gebeurd. Ook kon de holding geen kopers vinden om aan inkomsten te komen voor de schuldsanering."
Omdat de situatie nijpender werd, ook doordat een ander Belgische dochter, Covra, flinke verliezen leed, drong Softcell aan op een managementuitkoop. "Met hulp van een privé-investeerder – de investeringsmaatschappijen zitten op droog zaad – hebben we toen een voorstel gedaan. De curatoren en de banken zijn hiermee akkoord gegaan." Moons wil niet aangeven hoeveel er is betaald, maar zegt wel dat de investeerder extra kapitaal heeft verschaft om alsnog de expansieplannen te realiseren. Softcell heeft twee nieuwe oplossingen ontwikkeld in samenhang met Efas: een informatieportaal voor het registreren van ziekteverzuim en een inkooptoepassing, gericht op de informatiestromen tussen inkoper en aanbieder.
Moons beweert dat er in Nederland veel belangstelling is voor het ziekteverzuimportaal, omdat die is toegesneden op de pas ingevoerde wet Poortwachter. Het betekent voor Softcell wellicht een aanwas van andersoortige klanten, omdat de firma zich met Efas oorspronkelijk richt op project- enengineering-gedreven partijen.
Moons gelooft dat de ergste kommer en kwel op de markt voorbij is. "We hebben ons noodgedwongen stilletjes moeten houden, maar we willen nu vol gas geven." Hij denkt dat middelgrote ondernemingen – de doelgroep – tegenwoordig een nuchtere aanpak prefereren en behoefte hebben aan betaalbare en snel te implementeren (erp-) oplossingen. "Ik voorzie een verschuiving van algemene naar specifieke automatisering. Firma’s die alle sectoren willen bedienen, krijgen het moeilijk. Wij richten ons liever op nichemarkten. Je kunt niet álles doen." Softcell werkt daarom met partners, zoals Kraan voor de bouwwereld en Epicor voor de logistieke sector.
Softcell telde 180 medewerkers. Na het LCI-tijdperk zijn er nog 125 medewerkers over: negentig daarvan werken in de Benelux (Antwerpen, Driebergen) en 35 in Tsjechië, zowel voor de softwareontwikkeling als het bewerken van de lokale markt. Moons verwacht voor dit jaar een omzet van twaalf miljoen euro te kunnen draaien.