De verwachtingen rond telefonie via het internetprotocol zijn altijd hooggespannen geweest. Door spraak en data over één en hetzelfde communicatienetwerk te sturen, zouden de kosten van telefonie drastisch dalen. Jarenlang stond kwaliteitsverlies en een gebrek aan standaarden een doorbraak van ip-telefonie in de weg. De eerste implementaties lijken hier nu verandering in te brengen.
Ip-telefonie of voice over ip? Er heerst veel verwarring over bovenstaande termen. Volgens Frank Ruigrok en Rogier van der Ven, consultants bij netwerkdienstverlener Telindus, is er sprake van ip-telefonie als een ip-centrale al het telefoonverkeer afhandelt. Conventionele telefoongesprekken worden in deze centrale geconverteerd naar ip en omgekeerd. Aan deze centrale hangen telefoons, geschikt voor ip. Voice over ip wordt meestal in een ruimer verband gebruikt. Hiermee wordt bedoeld dat telefoonverkeer over ip-netwerken wordt gestuurd. Een zelfde convergentie van spraak en data is ook mogelijk met een ander pakketgestuurd netwerkprotocol, atm (asynchronous transfer mode). Daarom wordt ook wel gesproken over voice over packet. Beide termen zeggen weinig over de benodigde apparatuur en middelen. |
Ook op hardwareterrein is er veel verbeterd. Vooral producenten van datanetwerkapparatuur als Cisco hebben hun router en switches uitgebreid met specifieke producten voor ip-telefonie. Daarbij is ook aan de betrouwbaarheid gedacht. Cisco heeft bijvoorbeeld zijn ip-telefonie-switches uitgerust met voeding voor de telefoons, zodat telefonie mogelijk blijft bij stroomuitval.
Ook komen er steeds meer producten die een geleidelijke overstap van het conventionele telefoonnetwerk naar ip-telefonie mogelijk maken. Zo hebben bijna alle telecomproducenten nu insteekkaarten beschikbaar die traditionele telefooncentrales geschikt maken voor ip-telefonie. Producenten van netwerkapparatuur staan te trappelen om deze nieuwe producten aan de man te brengen ten einde nieuwe markten aan te boren en hun ontwikkelkosten terug te verdienen.
Langzamer
Alleen de diensten rond ip-telefonie komen moeizaam van de grond. De apparatuur is er wel, maar de dienstverlening schiet tekort. Veel telecombedrijven hebben hun plannen voor ip-telefonie in de ijskast gezet vanwege de huidige malaise in de sector. Vooral nieuwkomers op telecomgebied zouden met het verwerken van spraak via hun vaak uitgebreide datanetwerk een goedkoop alternatief kunnen bieden voor KPN dat met zijn conventionele telefonienetwerk heel Nederland bereikt.
Het mes snijdt wat dit betreft aan twee kanten. Het belbedrijf zit met lagere kosten doordat het meer netwerkverkeer over zijn datanetwerk genereert. De afnemer zou door gebruik van het alternatieve netwerk een goedkopere dienst kunnen krijgen. Gevestigde telecombedrijven zijn nauwelijks te porren voor een overstap op ip-telefonie. Het ondermijnt hun inkomstenbron uit het bestaande telefonienetwerk, afgezien van de benodigde investeringen in het netwerk. Omdat de meeste bedrijven kiezen voor het afnemen van standaard telefoniediensten, is een grootschalige overstap naar ip-telefonie op korte termijn niet waarschijnlijk.
Deze trend wordt alleen maar verstevigd doordat de bestaande spelers op termijn maatregelen moeten nemen om hun groeiende dataverkeer in goede banen te leiden. De huidige netwerken kunnen het dataverkeer nog voldoende aan, maar als de verkeersstromen blijven groeien, zullen ook de grote marktleiders maatregelen moeten nemen. Zeker omdat de inkomsten uit spraak alleen maar dalen, terwijl de waarde van datacommunicatie alleen maar toeneemt. Op de langere termijn zullen telecomaanbieders dus wel degelijk hun zinnen zetten op ip-netwerken en uit kostenoogpunt ook het spraakverkeer over dit netwerk willen leiden.
Kleinere bedrijven
Dit geldt zeker voor de telecombedrijven die zich richten op het midden- en kleinbedrijf. Een kabelbedrijf als Essent zegt te wachten met ip-telefonie, omdat het teveel investeringen vergt. Telecombedrijf Energis gelooft ook heilig in spraak over zijn ip-netwerk, maar kan hiermee niet aan de slag omdat het op zwart zaad zit. Bovendien staat ip-telefonie niet altijd bovenaan het investeringslijstje. Zo geeft Essent aan dat de helft van zijn kabelaansluitingen nog niet voor retoursignaal geschikt zijn. Dit is nodig om internet via de kabel en een toepassing als ip-telefonie aan te kunnen bieden. Internet-aanbieders, die zich met ip-telefonie ook op spraak zouden kunnen richten, zitten met een zelfde investeringsdilemma.
Bedrijven die zich richten op het hoge marktsegment lopen ook niet al te hard van stapel. Erwin Veenhuyzen, werkzaam bij Equant, constateert dat ip-telefonie op dit moment nog geen breekijzer voor nieuwe investeringen is. "Offertes voor beveiligde ip-verbindingen, louter voor telefonie, kom ik niet tegen. Wel is er sprake van groeiende belangstelling voor ip-telefonie als men de verbindingen naar ip-vpn heeft opgewaardeerd."
Verhoging beschikbaarheid
"Het is niet zozeer kostenbesparing, als wel een verhoging van de beschikbaarheid die ip-telefonie kan bieden", zegt Veenhuyzen. "Het netwerk van Equant reikt tot landen waar lokale telecomnetwerken enkele uren plat liggen. Het door Equant zelf beheerde netwerk heft dit probleem op en garandeert communicatieverbindingen voor data en telefonie".
Equant, nu onderdeel van France Telecom, is voortgekomen uit Sita. De vliegtuigindustrie zette dit netwerk op om vluchtgegevens en ticketinformatie uit te wisselen. In maart van dit jaar gaf Equant te kennen dat het in zestig van de honderdveertig landen, waar het actief is met datacommunicatie, ip-telefonie aanbiedt. Drie bedrijven, verspreid over de wereld, testen de dienstverlening van Equant op dit gebied momenteel uit.
|
D-Reizen gaat op termijn zijn vijf callcenters overzetten op ip-telefonie door de telefooncentrales bij de vijf vestigingen te vervangen door één centrale die geschikt is voor ip-telefonie. Daaraan komen een kleine tweehonderd ip-telefoons te hangen. Momenteel hangen twee callcenters aan de ip-telefoniecentrale. Voor de zomer zijn alle vijf callcenters over verzekert Smit.
"Door deze gecentraliseerde opzet van het telefoniesysteem is een toevloed aan telefoontjes beter te verdelen over de beschikbare capaciteit van de callcenters", stelt Smit. Deze intelligentere routering van telefoongesprekken moet uiteindelijk de investering terugverdienen. "Dat zal nog lastig aan te tonen zijn", aldus Smit. Het bedrijf wil het aantal afgehandelde gesprekken turven en ook cijfers over opgehangen telefoontjes bijhouden. Deze informatie is hooguit indicatief en geeft geen harde cijfers over de toegevoegde waarde van ip-telefonie. "Een afname van het aantal afgehandelde telefoontjes door de callcenters kan net zo goed liggen aan de conjuctuur."
Van een goedkopere exploitatie van de hardware – door het op termijn schrappen van aparte telefooncentrales op de callcentervestigingen – verwacht Smit niet veel. De nieuwe ip-telefoniecentrale is een flinke investering. Daarnaast zijn aan de nieuwe verbindingen ook de nodige kosten verbonden. Verlaging van de kosten is ook niet de insteek geweest van de overstap op ip-telefonie.
D-Reizen denkt er vooralsnog niet over om ip-telefonie op bredere schaal in te zetten. "In de verkoopwinkels van ons concern hebben medewerkers geen tijd om telefoontjes voor het callcenter af te handelen. Dat zou hun directe contact met klanten in de weg zitten. Bovendien zouden voor een dergelijk vergaande opzet van de callcenters de netwerkvoorzieningen drastisch uitgebreid moeten worden. De huidige winkels beschikken over een verbinding met lage capaciteit. Alleen de vijf callcenters zijn nu onderling met 2 Mb verbindingen van BT Ignite aan elkaar geknoopt. Netwerkdienstverlener Vanco tekent voor het ontwerp en het onderhoud van de nieuwe netwerkarchitectuur achter de callcenters van D-Reizen.
Besparing op beheer
Ballast Nedam verwacht juist wel op de beheerkosten te kunnen besparen. De bouwonderneming startte eind vorig jaar met de implementatie van ip-telefonie in zijn nieuwe hoofdkantoor in Nieuwegein. September vorig jaar zijn de eerste ip-telefoons in gebruik genomen in dit nieuwe kantoor. Nu zijn dat er achthonderd, aldus Martijn Balhuizen, manager datacommunicatie bij Ballast Nedam. Binnenkort komen er 150 telefoons bij doordat een onderhuurder in het pand ook overstapt op ip-telefonie. Het ip-telefoniesysteem is geschikt voor 1700 aansluitingen.
Bij de ingebruikname van het pand kwamen de beheervoordelen van ip-telefonie gelijk naar voren aldus Balhuizen. "Computers en telefoons maakten gebruik van dezelfde netwerkstekker. Er is nog maar één netwerk waar we naar om moeten zien. Voor het inrichten van de werkplekken konden we met één groep aan de slag, die zowel de pc’s als de telefoons installeerden." Het bedrijf bespaarde zo op netwerkbekabeling en personeelskosten.
Balhuizen is uitermate tevreden over ip-telefonie. "We hebben nog geen enkel probleem gehad. Het systeem heeft zonder hapering doorgedraaid." Gevolg was dat de gebruikers nauwelijks gemerkt hebben dat ze over een bijzondere telefoon beschikken. "Alle aandacht ging bij de ingebruikname van het pand uit naar de nieuwe computers. De werknemers vonden de telefoon mooi om te zien, maar verder hadden ze er niets mee. Dat een telefoon het doet wordt als vanzelfsprekend ervaren. Wij, de it-afdeling die het systeem implementeerde, vonden het absoluut niet zo vanzelfsprekend. Dat heeft ons wel enigszins teleurgesteld."
Een gedistribueerde opzet van ip-telefonie laat nog even op zich wachten. Ballast Nedam heeft andere vestigingen in Nederland. "We moeten kijken wat de afschrijvingstermijn is voor de bestaande telefooncentrales op deze vestigingen", stelt Balhuizen. Ook moeten de bestaande netwerkverbindingen naar deze vestigingen op de schop. De huidige verbindingen zijn niet geschikt voor ip-telefonie. De huidige contracten met BT Ignite en KPN zijn gebaseerd op frame relay. Dit protocol ondersteunt geen kwaliteitscontrole, die nodig is om spraak over het datanetwerk te kunnen sturen. Het bedrijf wil eerst zijn verbindingen opwaarderen met ip-vpn. Spraak zal daar later als functionaliteit aan toegevoegd worden. Dit geldt ook voor de datacommunicatieverbindingen die het bedrijf voor de ontsluiting van buitenlandse vestigingen onderhoudt.
Sytse van der Schaaf