Het is onderzoekers van IBM gelukt gaatjes van 10 nanometer te maken in een stukje plastic ter grootte van een postzegel.
Na zes jaar onderzoek claimen de wetenschappers uit Zürich 1 terabit aan gegevens op het stukje plastic te kunnen plaatsen. Dat is ongeveer 128 GB, vergelijkbaar met de capaciteit van een huidige harde schijf.
Het experimentele prototype, onderdeel van een lopend nanotechnologie-onderzoek genaamd Millipede, is een chip met meer dan duizend verhitte pinnetjes die de minuscule putjes op een polymere film kan maken en aftasten.
Het patroon van de putjes, die elk 10 nanometer meten, is in essentie de digitale versie van de opgeslagen data. Dit is vergelijkbaar met ponskaarten, alleen passen er drie miljard putjes in één ponskaartgat. Door de minuscule grootte van de putjes is de opslagdichtheid op de Millipedechips twintig keer zo groot als die van de huidige harde schijven. Omgerekend naar een formaat voor mobiele telefoons betekent dit dat er 10 GB valt op te slaan.
Ook belangrijk is dat de Millipede redelijk goedkoop te produceren is, omdat dit kan gebeuren met bestaande technieken. "Geen enkele stap in het productieproces hoeft nog ontwikkeld te worden", aldus Peter Vettiger, projectleider. "Als alles goed gaat en IBM dit project blijft financieren, denk ik dat er eind 2005 iets beschikbaar komt."
Een aantal bedrijven probeert een vervanging te vinden voor de harde schijf, het universele opslagmedium voor pc’s, en flashgeheugen, wat data opslaat in mobiele telefoons. Hitachi heeft bijvoorbeeld een soortgelijke methode die gebruikmaakt van putjes in polymeer. Die methode maakt echter geen gebruik van verhitting van de pinnetjes. Intel werkt aan Ovonics, een geheugen gemaakt van hetzelfde materiaal als cd-rom-schijven.